2223_H2_Semana16_Les1_Hgl

Bienvenidos a la clase de español
Havo 2
Semana 16 - lección 1
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bienvenidos a la clase de español
Havo 2
Semana 16 - lección 1

Slide 1 - Tekstslide

Starter
Verbeter de fouten in de volgende zinnen:
Werk in duo's

  1. Mi escuela es la Hilversum. (twee woorden fout)
  2. Me no gusta el Español. 
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

STARTER
Verbeter de fouten in de volgende zinnen:
1. Mi escuela es la Hilversum. (twee woorden fout)
2. Me no gusta el Español.
Schrijf de verbeterde zin HELEMAAL op.
timer
5:00

Slide 3 - Open vraag

Programa de hoy
  1. 5 minutos: Starter
  2. 10 minutos: Repaso gramática: SER / ESTAR / HAY
  3. 10 minutos: Practicar
  4. 5 minutos: Evaluación 

Slide 4 - Tekstslide

Wat weten jullie nog van de werkwoorden
SER/ ESTAR/ HAY?

Slide 5 - Woordweb

Verschil tussen ser, estar en hay
Alle 3 betekenen ze ''zijn''
SER = beschrijving
ESTAR = plek
HAY = er is, er zijn (aanwezigheid)
HERHALING

Maak hiervan een aantekening

Slide 6 - Tekstslide

Zijn dit de vervoegingen van hay , ser of estar?
soy
eres
es
somos
sois
son

Slide 7 - Open vraag

Wat iemand of iets is 
Waar iemand of iets is
Er is/ er zijn
HAY
ESTAR
SER

Slide 8 - Sleepvraag

Vamos a practicar
We gaan oefenen

Maak alle opdrachten door op de links te klikken in de volgende slides
Alle opdrachten gaan over de werkwoorden:

SER / ESTAR / HAY

Slide 9 - Tekstslide

¡A practicar!
Vul in: hay, ser of estar
(Let op: de werkwoorden moeten nog vervoegd worden)
1. Carmen ________________ mi amiga.
2. Yo __________________ en casa.
3. Las sillas ________________ al lado de la mesa.
4. ¿Sabe usted si ________________ un banco por aquí cerca?
5. Mis zapatos _________________ rojos.
6. En nuestro barrio ________________dos panaderías.
7. Nosotros ____________________ en Barcelona en este momento.
8. Vosotros ____________________ holandeses, ¿verdad?
1. es
2. estoy
3. están
4. hay
5. son
6. hay
7. estamos
8. sois

timer
7:00

Slide 10 - Tekstslide

Ejercicio: ser/estar/hay/tener


1.  Maak DEZE opdrachten

2. Scrol een beetje naar beneden en maak de opdrachten.

LET OP: ook TENER, wat was dat rijtje en betekenis ook alweer?

Slide 11 - Tekstslide

La casa
Maak DEZE online opdracht
(hay/estar/ser + tener)

Slide 12 - Tekstslide

Evaluación

Slide 13 - Tekstslide