4.4A Huid en voelen

4.4A Huid en voelen
Leerdoelen:

Je kent de 5 huidzintuigen en weet in grote lijnen hoe deze prikkels omzetten naar signalen die onze hersenen opvangen
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

4.4A Huid en voelen
Leerdoelen:

Je kent de 5 huidzintuigen en weet in grote lijnen hoe deze prikkels omzetten naar signalen die onze hersenen opvangen

Slide 1 - Tekstslide

Huid en zintuigen
De huid heeft zintuigcellen waarmee je prikkels waarneemt en die een impuls sturen naar je hersenen. Soms wijst de impuls je op een gevaar en reageer je onbewust, in een reflex. Soms is je reactie op de impuls een bewuste reactie.

De zintuigen in je huid zijn de tastzintuigen, pijnzintuigen, drukzintuigen, koudezintuigen en warmtezintuigen. Met deze zintuigen kun je voelen.

Slide 2 - Tekstslide

Huidzintuigen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Reukzintuig
Tastzintuig
Gehoorzintuig
Gezichtszintuig
Smaakzintuig

Slide 5 - Sleepvraag

bloedvaatje
haar
pijnzintuig
tastzintuig
zenuw

Slide 6 - Sleepvraag

Experiment: Warmte en koudezintuigen
Warmtezintuigen reageren wanneer je huid in aanraking komt met iets dat warmer is dan je huid. Je zegt dan dat de warmtezintuigen worden geprikkeld. Koudezintuigen worden geprikkeld bij aanraking met iets dat kouder is.
In dit practicum onderzoek je de werking van deze zintuigen.

Onderzoeksvraag:
Geven waarnemingen van de warmte- en koudezintuigen in de huid een
betrouwbare aanwijzing voor de temperatuur?

Hypothese:
...




Slide 7 - Tekstslide

Benodigdheden:

- Een bekerglas met ijswater (0 °C)
- Een bekerglas met water op kamertemperatuur (20 °C)
- Een bekerglas met warm water (40 °C)

Uitvoering:
- Houd tegelijk twee vingers van de rechterhand in een bekerglas met ijswater en twee vingers van de linkerhand in een bekerglas met warm water.
- De vingers worden twee minuten onder water gehouden.
- Daarna worden de vingers van beide handen tegelijk in een bekerglas met water op kamertemperatuur gehouden. 


Slide 8 - Tekstslide

Hypothese
Wat verwacht je dat het antwoord op de onderzoeksvraag zal zijn?

Slide 9 - Open vraag

Resultaat:
Wat zijn je waarnemingen geweest tijdens dit experiment?

Slide 10 - Open vraag

Conclusie:
Geef hier antwoord op de onderzoeksvraag

Slide 11 - Open vraag

Experiment: Temperatuur van een druppel
In het vorige experiment heb je gezien wat het effect is van de temperatuur van je huid op het waarnemen van temperatuur.

In dit proefje onderzoek je het effect van stofeigenschappen op het waarnemen van temperatuur. De omgevingstemperatuur blijft gelijk, namelijk kamertemperatuur (20 °C). 

Slide 12 - Tekstslide

Onderzoeksvraag:

Hebben verschillende stofeigenschappen een effect op waarnemingen van de warmte- en koudezintuigen in de huid?
Benodigdheden (docent/toa):
- Druppelpipet (3x)
- Flesje water
- Flesje alcohol
- Flesje aceton


Slide 13 - Tekstslide

Uitvoering:

- Je komt met een groepje van 4 leerlingen bij de docent/toa.
- De docent laat achtereenvolgens één druppel water, alcohol en aceton vallen op de rug van de hand van de leerling en stelt de volgende vragen:
       - Hoe warm denk je dat de druppel water is?
       - Hoe warm denk je dat de druppel alcohol is?
       - Hoe warm denk je dat de druppel aceton is?
- Beschrijf je waarnemingen hieronder

Slide 14 - Tekstslide

Resultaten:

Wat waren je waarnemingen tijdens dit experiment? Hoe warm dacht je dat de drie stoffen waren?

Slide 15 - Open vraag

Conclusie:
Geef hier antwoord op de onderzoeksvraag

Slide 16 - Open vraag

Waarom is het verstandig om een thermometer te gebruiken wanneer je temperatuur wilt meten? Noem 3 redenen

Slide 17 - Open vraag

Experiment: Tastzintuig
In dit experiment onderzoek je of de huid overal evenveel tastknopjes per vierkante centimeter bevat. Je werkt in groepjes van drie. Één leerling is proefpersoon. Een andere leerling voert de proef uit. De derde leerling noteert de waarnemingen.

Onderzoeksvraag:
Heeft de huid overal evenveel tastknopjes per vierkante centimeter?

Benodigdheden:
- Een blinddoek
- Een passer met twee scherpe (metalen) punten
- Een liniaal



Slide 18 - Tekstslide

Uitvoering:
- Blinddoek proefpersoon.
- Buig de passer zó dat de twee punten 10 mm uit elkaar staan.
- Raak de huid van de proefpersoon aan met de twee passerpunten tegelijk. Doe dat op drie plaatsen:
      1. De top van de wijsvinger
      2. De onderarm
      3. De neuspunt.
      De punten mogen niet in de huid worden gedrukt! De proefpersoon geeft na elke aanraking aan of hij één of twee punten voelt.
- Noteer de waarnemingen van de proefpersoon in de tabel.
- Herhaal de proef in willekeurige volgorde met de passerpunten 8, 6, 4 en 2 mm uit elkaar, en met slechts één passerpunt.

Slide 19 - Tekstslide


Resultaten:
Noteer de waarnemingen in de tabel in je schrift/ word.

Slide 20 - Tekstslide

Conclusie:
Geef hier antwoord op je onderzoeksvraag

Slide 21 - Open vraag

Lezen met je vingers
Zonder je ogen zou je deze tekst nu niet kunnen lezen. We zijn enorm afhankelijk van ons zicht. Toch zijn er in Nederland alleen al ongeveer 76.000 blinde mensen, die in het dagelijks leven alle posters, tekstberichten, WhatsApps enzovoorts niet kunnen lezen. Of toch wel?

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Schrijf jouw naam in braille. Bedenk een manier waarmee je de puntjes tastbaar kunt maken. Maak een foto of kort filmpje waarin je duidelijk laat zien dat iemand die niet kan zien, zo toch jouw naam kan lezen. Upload die foto hieronder.

Slide 24 - Open vraag

smaakzintuig
gezichtszintuig
warmtezintuig en koudezintuig
gehoorzintuig
reukzintuig
tastzintuig en drukzintuig

Slide 25 - Sleepvraag