Groepsdynamica


Fasen van
groepsontwikkeling
Groepsdynamica les 7

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les


Fasen van
groepsontwikkeling
Groepsdynamica les 7

Slide 1 - Tekstslide

Waar waren wij mee bezig
Je weet wat een veilig pedagogisch klimaat inhoudt en op welke manier jij deze kennis toe kan passen in de praktijk.
Je maakt hierbij gebruik van de basisbehoeften van een kind en interactievaardigheden.
Je kent de verschillende groepsfase/groepsvorming en kan de verschillende processen  herkennen als het gaat om groepsvorming

Slide 2 - Tekstslide

Maak groepjes van 4 personen. Beantwoord de volgende vragen eerst individueel. Bespreek de vragen vervolgens in je groep (5 min). Presenteer daarna de uitkomsten aan de klas.

  • Wat betekent een veilig pedagogisch klimaat?
  • Wat is veilig?
  • Hoe creëer je een veilig pedagogisch klimaat?
  • Hoe kan ik bijdragen aan een veilig pedagogisch klimaat
  • Hoe kan je een veilig pedagogisch klimaat zien?

timer
15:00

Slide 3 - Tekstslide

Wat betekent een veilig pedagogisch klimaat?
Wat is veilig?

Slide 4 - Tekstslide

Wat betekent een veilig pedagogisch klimaat?
Wat is veilig?
Een goed pedagogisch klimaat betekent dat leerlingen zich veilig voelen, gezien en gehoord worden. Ze worden geaccepteerd zoals ze zijn.  Een fijne, voorspelbare en positieve sfeer zorgt ervoor dat leerlingen (en ouders) graag naar school komen. Dit geeft een goede, ontspannen startsituatie om te leren. Aandacht en concentratie zijn daarnaast belangrijk om tot leren te komen

Veilig:
als kinderen het idee hebben dat de opvoeder hen begrijpt en serieus neemt. dat ze zichzelf mogen en durven zijn. Dat fouten maken mag en dat er respect is voor elkaar. Het gaat om fysieke en sociale veiligheid (Bijvoorbeeld ongepast  gedrag, intimidatie, pesten, diefstal en agressie)

Slide 5 - Tekstslide

Hoe creëer je een veilig pedagogisch klimaat?

Slide 6 - Tekstslide

Hoe creëer je een veilig pedagogisch klimaat?
  • De leerkracht moet aandacht hebben voor de kinderen en zich in hun situatie in kunnen leven.
  • De leerkracht moet authentiek zijn en gezag hebben.
  • De leerkracht moet vertrouwen in zijn leerlingen hebben.
  • Hij ondersteunt het zelfvertrouwen van de kinderen, door hen het gevoel te geven dat ze het kunnen.
  • De leerkracht heeft respect voor zijn leerlingen en bevordert het onderlinge respect tussen de kinderen.
  • De leerkracht moet zorgen voor een ordelijke en functionele leeromgeving. Het geeft rust en veiligheid alsde kinderen weten waar alles staat en welke functie het heeft.
  • De leerkracht stimuleert de zelfstandigheid en het verantwoordelijkheidsgevoel bij de kinderen.
  • Er zijn heldere regels, dat schept duidelijkheid. Het beste is als er in de school duidelijke omgangsregels zijn afgesproken.
  • Er is een goede structuur in de groep, dat biedt zekerheid

Slide 7 - Tekstslide

Hoe kan ik bijdragen aan een veilig pedagogisch klimaat?

Slide 8 - Tekstslide

Hoe kan IK bijdragen aan een veilig pedagogisch klimaat 
  • Toon (echte-) interesse in kinderen
  • Handel volgens afgesproken regels en routines
  • Voorkom orde-verstorend gedrag
  • Stel je ‘volwassen’ op (geen vriend van de kinderen)
  • (Gelijkwaardig (wij zijn mens) maar niet gelijk (ik ben de ‘volwassene’) Wees je bewust van de voorbeeldfunctie. Ook in je vrije tijd

Slide 9 - Tekstslide

Hoe kan je een veilig pedagogisch klimaat zien?

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kan je een veilig pedagogisch klimaat
zien/waarnemen
  • Een goed pedagogisch klimaat is voelbaar in de fijne (werk)sfeer in de groep.
  • Er is rust in de klas, het is gezellig en gemoedelijk en er wordt gelachen: je voelt je fijn. 
  • Volgens de leerlingen mag je je soms even uitleven en kletsen, en is de juf of meester niet te streng en maakt zij of hij grapjes. 
  • De leraren stralen plezier uit en zijn enthousiast. Ze hebben een positieve houding naar de leerlingen en geven hen veel gemeende complimenten. Dit leidt tot betrokken en enthousiaste leerlingen. 
  • Leraren gaan op basis van gelijkwaardigheid om met de leerlingen. Dit geeft openheid: leerlingen mogen en durven ook dingen tegen de juf of meester te zeggen. Het delen van zorgen en blije gebeurtenissen versterkt een goede sfeer in de groep. 

Slide 11 - Tekstslide

Fasen van groepsvorming

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wat hebt jij aan belangrijke gebeurtenis meegemaakt in de deze klas

Slide 15 - Open vraag

Opdracht 2
Deze klas heeft memorabele gebeurtenissen meegemaakt. Welke memorabele gebeurtenis weet jij nog en bij welke fase passen die? De antwoorden bespreek je in de klas
1. Forming; Welkom, kennismaking en oriëntatie
2. Norming; Wat is er nodig om een gelukkige groep te vormen. Regels, waarden, Veiligheid, gezamenlijke verantwoordelijkheid 
3. Storming; hoe gaan we met elkaar om? Respect, Diversiteit, empathie, pesten, conflicten, problemen oplossen 
4. Performing; plezier, rust, orde, samenwerken, talenten ontwikkelen. 
5. Adjourning; afscheid nemen van elkaar 

Slide 16 - Tekstslide

Fasen van groepsvorming 

Slide 17 - Tekstslide

• 
Bekijk eerst https://fijbes.nl/fasengroepsvorming-formingstorming-norming-performing en doe dan de test 

Slide 18 - Tekstslide

Bronnen
https://maken.wikiwijs.nl/167799/Groepsdynamica_in_de_opleiding_onderwijsassistent#!page-6479005
https://maken.wikiwijs.nl/bestanden/1064344/Def-versie-SDSG.pdf
https://maken.wikiwijs.nl/133050/Mediawijsheid___Social_Media
https://maken.wikiwijs.nl/172159/Het_kind_in_de_klas__Cohort_2020_periode_3_#!page-6511522

Slide 19 - Tekstslide