Laat afbeeldingen zien van deze amfibieën en vraag de studenten om ze te benoemen.
Reptielen
Slang, krokodil, schildpad, hagedis, kameleon
Slide 10 - Tekstslide
Laat afbeeldingen zien van deze reptielen en vraag de studenten om ze te benoemen.
Dierengeluiden
Waf waf, miauw, tok tok, bèèèh, oink oink, grrrr
Slide 11 - Tekstslide
Laat afbeeldingen zien van de dieren en vraag de studenten om het juiste geluid erbij te maken.
Raad het dier
Ik ben groot en grijs en heb een lange slurf. Wie ben ik?
Slide 12 - Tekstslide
Beschrijf een dier zonder het te noemen en laat de studenten raden welk dier het is.
Dierenspel
Verdeel de klas in teams en laat ze tegen elkaar spelen in een quiz over dieren.
Slide 13 - Tekstslide
Gebruik deze slide als een interactief element, waarbij de studenten kunnen samenwerken en hun nieuwe kennis kunnen toepassen.
Dierenwoordzoeker
Geef de studenten een woordzoeker met de nieuwe dierenwoorden.
Slide 14 - Tekstslide
Geef de studenten een woordzoeker om hun nieuwe woorden te oefenen en te versterken.
Herhaling
Herhaal de nieuwe dierenwoorden en vraag de studenten om ze te benoemen.
Slide 15 - Tekstslide
Gebruik deze slide om de nieuwe woorden te herhalen en te zorgen dat de studenten ze onthouden.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 16 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 17 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 18 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.