In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wat betekent natuurlijke selectie?
A
Individuen passen zich aan de omgeving aan.
B
De sterkste individuen overleven.
C
De omgeving selecteert de fittest en deze kunnen zich vervolgens voortplanten.
D
Recombinatie van DNA zorgt voor grotere variatie.
Slide 3 - Quizvraag
Zet in de juiste volgorde: I - Dankzij zijn kleur valt een zwarte koolmees niet op bij katten. Hij leeft lang en krijgt veel nakomelingen II - Het aantal allelen voor de zwarte kleur neemt toe in de populatie III - Door natuurlijke selectie zijn er veel zwarte koolmezen ontstaan IV - Door een mutatie ontstaat een zwarte koolmees in een populatie
A
II - IV - II - III
B
I - II - IV - III
C
IV - I - II - III
D
IV - II - III - I
Slide 4 - Quizvraag
Wat is een voorwaarde voor natuurlijke selectie?
A
Variatie in eigenschappen
B
Mannelijke en vrouwelijke organismen
C
Recombinatie
D
Mutatie
Slide 5 - Quizvraag
Op de afbeelding hiernaast zie je een vorm van
A
Selectie
B
Natuurlijke selectie
C
Seksuele selectie
Slide 6 - Quizvraag
Er wordt gesproken over Evolutie door natuurlijke selectie, en hierbij wordt vaak 'survival of the fittest' genoemd.
Wat betekent dat woord 'fittest' in evolutie precies? Je ziet hier een aantal hagedissen uit een populatie. Welke van deze zou 'the fittest' zijn?
A
Lizard A
B
Lizard B
C
Lizard C
D
Lizard D
Slide 7 - Quizvraag
Mede vanwege het ontbreken van vijanden ziet de pirarucu er al miljoenen jaren hetzelfde uit.
Wat zou een andere een oorzaak kunnen zijn van het onveranderde uiterlijk?
A
Het dier heeft een enorm verspreidingsgebied.
B
Het dier heeft een relatief lange generatietijd.
C
Het dier leeft in een stabiel milieu.
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Slide 13 - Tekstslide
Een verwantschapsschema
In de afbeelding is in een verwantschapsschema de afstamming van een aantal soorten weergegeven.
Welke soort is eerder ontstaan?
A
soort 3
B
soort 7
C
soort 6
D
soort 12
Slide 14 - Quizvraag
Een verwantschapsschema
In de afbeelding is in een verwantschapsschema de afstamming van een aantal soorten weergegeven.
Wat is de gemeenschappelijke voorouder van soort 5 en 9
A
soort 1
B
soort 2
C
soort 3
D
soort 7
Slide 15 - Quizvraag
Zet de juiste dieren bij de juiste letter in het verwantschapsschema aan de hand van de onderstaande kenmerken