Werkwoorden VT Thema 2 eten en drinken 26-5-2020

Werkwoorden verleden tijd
Doel van de les:
Herhaling van de werkwoorden in de verleden tijd
Verlengproef.........anders TaXiKoFSCHiP
Sterke werkwoorden
Zwakke werkwoorden
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Werkwoorden verleden tijd
Doel van de les:
Herhaling van de werkwoorden in de verleden tijd
Verlengproef.........anders TaXiKoFSCHiP
Sterke werkwoorden
Zwakke werkwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn sterke werkwoorden

Slide 2 - Woordweb

Wat zijn zwakke werkwoorden?

Slide 3 - Woordweb

Werkwoorden verleden tijd
Zwakke werkwoorden
Zijn werkwoorden waarvan de klank in de verleden tijd hetzelfde blijft. Verlengproef.....langer maken.

Dus er komt dan TE of TEN achter / DE of DEN
TE/DE bij--> ik, jij, u, hij, zij
TEN/DEN --> wij, jullie, zij

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Werkwoorden verleden tijd
Eerst verlengproef.....lukt dit niet:
TaXiKoFSCHiP --> Mixen
1) Neem het hele werkwoord en haal daar EN vanaf.
Niet de stam opschrijven
2) Is de laatste letter een TXKFSCHP dan schrijf je een TE / TEN 
Mixte/ten


Slide 6 - Tekstslide

Werkwoorden verleden tijd
TaXiKoFSCHiP --> Schaven
1) Neem het hele werkwoord en haal daar EN vanaf.
Niet de stam opschrijven.
2) is de laatste letter een TXKFSCHP?
3) Schav --> Nee dan eindigt de verleden tijd op DE /DEN

Schaafde / schaafden



Slide 7 - Tekstslide

Schrijf in de verleden tijd
Bedienen
Ik ..... Wij ......

Slide 8 - Open vraag

Schrijf in de verleden tijd
Betalen
Ik ..... Wij ......

Slide 9 - Open vraag

Schrijf in de verleden tijd
Braden
Ik ..... Wij ......

Slide 10 - Open vraag

Schrijf in de verleden tijd
Branden
Ik ..... Wij ......

Slide 11 - Open vraag

Schrijf in de verleden tijd
Slachten
Ik ..... Wij ......

Slide 12 - Open vraag

Schrijf in de verleden tijd
Brouwen
Ik ..... Wij ......

Slide 13 - Open vraag

Werkwoorden verleden tijd
Sterke werkwoorden zijn werkwoorden die in de verleden tijd veranderen. 

eten          ik at     wij aten
geven      ik gaf   wij gaven
roepen    ik riep  wij riepen

Slide 14 - Tekstslide

Werkwoorden verleden tijd
Sterke werkwoorden hier bestaat GEEN schema voor. Je moet dit gewoon oefenen/ opslaan in jouw hoofd.

Slide 15 - Tekstslide

Werkwoorden verleden tijd
Maken:
Online Nieuw Nederlands
Hoofdstuk 2
Rechter kolom: extra opdrachten:
* formuleren
* spelling

Slide 16 - Tekstslide