Uitleg hoofdlettergebruik

- Tussenstand: Socrative
- Uitleg hoofdlettergebruik
- Oefening hoofdlettergebruik
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

- Tussenstand: Socrative
- Uitleg hoofdlettergebruik
- Oefening hoofdlettergebruik

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Tussenstand: Socrative
- Bijvoeglijk naamwoord: Nieuwe stoffen, oude stoffen
- Spelling algemeen:
Je weet wanneer je HOOFDLETTERS en kleine letters moet gebruiken in de Nederlandse spelling.

Slide 2 - Tekstslide

In welke situaties
schrijf je een hoofdletter?

Slide 3 - Woordweb

Neem de zin over en plaats waar nodig een hoofdletter:
in december en januari was het steeds erg koud in nederland

Slide 4 - Open vraag

Het juiste antwoord is:
In december en januari was het steeds erg koud in Nederland.

Slide 5 - Tekstslide

Neem de zin over en plaats waar nodig een hoofdletter:
wij volgen de vakken engels, wiskunde, nederlands en aardrijkskunde

Slide 6 - Open vraag

Het juiste antwoord is:
Wij volgen de vakken Engels, wiskunde, Nederlands en aardrijkskunde.

Slide 7 - Tekstslide

Hoofdletters
Je gebruikt hoofdletters in de volgende situaties:
  • Aan het begin van een zin 
  • Het regent. 's Morgens fiets ik naar school toe.
  • Aardrijkskundige namen (of afgeleide hiervan):
  •  Hardinxveld-Giessendam,  Frankrijk, Franse
  • Namen van godsdienstige zaken
  • God, de Bijbel

Slide 8 - Tekstslide

Hoofdletters
Je gebruikt hoofdletters in de volgende situaties:
  • Eigennamen (merknamen, boeken, films etc.):
  • Fiat Panda, De aanslag, De hongerspelen
  • Namen van personen
  • J. Biesheuvel, dhr. Van Schoonhoven, mevrouw Den Brink - van Dal
  • Feestdagen en historische gebeurtenissen
  • Koningsdag, Kerst, Pasen, Tweede Wereldoorlog

Slide 9 - Tekstslide

Kleine letters
Je gebruikt geen hoofdletters in de volgende situaties:
  • Namen van dagen
  • dinsdag, zaterdag
  • Namen van maanden
  • februari, mei
  • Namen van tijdperken
  • middeleeuwen, renaissance
  • Afgeleide van godsdiensten en feestdagen
  • christenen, moslim, kerstboom

Slide 10 - Tekstslide

Welke woorden moeten met hoofdletter worden geschreven?
in de atlantische oceaan zwemt meneer van schoonhoven rondjes.
A
In, Atlantische, Schoonhoven
B
In, Atlantische, Oceaan, Schoonhoven
C
Atlantische, Oceaan, Van, Schoonhoven
D
In, Atlantische, Oceaan, Van, Schoonhoven

Slide 11 - Quizvraag

Welke woorden moeten met hoofdletter worden geschreven?
de maand september staat in italië in het teken van de rooms-katholieke feestdag st. maria.
A
De, September, Italië, Rooms-Katholieke, St. Maria
B
De, Italië, St. Maria
C
September, Italië, Rooms-Katholieke, St. Maria
D
De, Italië, Rooms-Katholieke, St. Maria

Slide 12 - Quizvraag

Oefenen hoofdlettergebruik
- Ga naar SOM
- Ga naar Leermiddelen
- Klik op de link
- Ga naar Opstromen
- Maak de oefeningen van hoofdletters en kleine letters
Klassencode: 4CF7A4D8

Slide 13 - Tekstslide