2.1 Herhaling orienterend lezen

Onderwerp van een tekst zoeken:
Oriënteren
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Onderwerp van een tekst zoeken:
Oriënteren

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Herhaling theorie onderwerp van een tekst
  • Filmpje met uitleg bekijken
  • Nakijken tekst 3, start maken opdracht 4
  • Elfje inleveren en persoonlijke puntjes.
  • Start woordenschat synoniem

Slide 2 - Tekstslide

Onderwerp van een tekst:
Waar gaat de tekst over?
Elke tekst gaat ergens over. 
Dat noem je het onderwerp van een tekst. 

Slide 3 - Tekstslide

Hoe? Leest de tekst oriënterend: 
1. Bekijk de tekst.   
2. Kijk naar de titel.   
3. Kijk naar de illustraties (plaatjes, foto’s, lijstjes, rijtjes of schema’s).   
4. Kijk naar eventuele tussenkopjes (de ‘titels’ van tekstgedeeltes).   
5. Let op anders gedrukte woorden (vet, cursief, GROOT of gekleurd). 
6. Lees de eerste alinea. 
Een alinea bestaat uit een aantal zinnen die bij elkaar horen omdat ze over hetzelfde deelonderwerp gaan.

Slide 4 - Tekstslide

Heb je dit allemaal gedaan?

Stel jezelf de vraag: waar gaat de tekst over?
Het antwoord op die vraag is het onderwerp!

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Nakijken en maken
Nakijken tekst 3

Maken opdracht 4
( is ook huiswerk)


Slide 7 - Tekstslide

Antwoorden
Opdracht 2 
1. Geheimen  2. Eigen antwoord   3. B 
4. Drie van deze vijf: we willen niet afgewezen worden, we zijn extreem sociale wezens / we communiceren graag, geheimen delen bindt, mensen zijn nieuwsgierig, je laat een ander weten dat je hem vertrouwt.  
5. a. spectaculaire  b. vreemd  c. delen met anderen / vertellen  d. liegen 
   e. iets vertellen wat een last wordt 
6. Bij alinea 4, omdat daar gesproken wordt over de angst voor afwijzing.  
7. Dat je door je geheim niet ongelukkig moet zijn. Praten helpt dan.  
8. Diegene moet zonder oordeel zijn, niets doorvertellen en iets kunnen met de informatie. 
9. Eigen antwoord  10. Eigen antwoord 

Slide 8 - Tekstslide

3. Extra opdracht
Antwoord: D
Waarom?
De inhoud van de tekst wordt nog eens herhaald.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
       Vragen?

Maken opdracht 4
( is ook huiswerk)


Slide 10 - Tekstslide

Vertel meer over jezelf.
Schrijf op en lever in.
  • Naam
  • Broers en zusjes?
  • Beroepen ouders?
  • Welke hobbies heb je? 
  • Waar ben je goed in?
  • Wat zou je later willen worden?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link