BP1FM 4.1 - Feit, mening en argument


LEZEN HOOFDSTUK 4


4.1
Feit, mening en argument
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


LEZEN HOOFDSTUK 4


4.1
Feit, mening en argument

Slide 1 - Tekstslide


4 TEKSTEN MET MENINGEN LEZEN 

Planning: 
  • Periodeplanning bespreken
  • Behandelen theorie 4.1 Feit, mening en argument

  • Online opdracht 1 , 2 en examenopdracht maken

Slide 2 - Tekstslide

Planning

Slide 3 - Tekstslide


DOEL

AAN HET EINDE VAN DE LES HERKEN JE FEITEN, MENINGEN EN ARGUMENTEN IN EEN TEKST

Slide 4 - Tekstslide


Geef aan wat je weet over de volgende begrippen:

Slide 5 - Tekstslide

Feit

Slide 6 - Woordweb

Mening

Slide 7 - Woordweb

Argument

Slide 8 - Woordweb

Feiten

Feiten kun je op waarheid controleren.

Omdat lang niet alle feiten makkelijk te controleren zijn, moet je je wel afvragen of ze geloofwaardig zijn.  Soms heeft een informatiebron er belang bij bepaalde zaken mooier of juist slechter voor te spiegelen. 

Slide 9 - Tekstslide

Meningen / argumenten
Bij meningen gaat het niet om de vraag of ze waar of onwaar zijn, je bent het ermee eens of oneens. 

Omdat een mening niet te bewijzen is, gebruikt een schrijver argumenten om zijn mening te onderbouwen of aannemelijk te maken. 

Signaalwoorden die een argument aangeven zijn bijvoorbeeld: omdat, want, namelijk, immers.


Slide 10 - Tekstslide

VOORBEELD:

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld:

Slide 12 - Tekstslide

VRAGEN:

Slide 13 - Tekstslide

Octopussen hebben 3 harten.
A
feit
B
mening
C
argument
D
x

Slide 14 - Quizvraag

Het is niet goed om vlees te eten.
A
feit
B
mening
C
argument
D
x

Slide 15 - Quizvraag

Omdat je in dierentuinen dingen leert over de natuur.
A
feit
B
mening
C
argument
D
x

Slide 16 - Quizvraag

IJsberen hebben een zwarte huid.
A
feit
B
mening
C
argument
D
x

Slide 17 - Quizvraag

Wat te doen:

Lezen 4.1 - Feit, mening en argument
Online opdracht 1, 2 en examenopdracht maken 


VOLGENDE LES:
4.2 Argumenten beoordelen

Slide 18 - Tekstslide