- 0-meting R+L staat op dashboard (click SWEPVO) DO IT.
- Je 0-meting resultaat laat zien wat je mag overslaan op de leerroute voor reading & listening. Open for the last time!
- Je leerroute maak je zelf buiten de lessen om.
- Tijdens de lessen maken we grammatica opdrachten. - De test yourself+ assessments maak je zelf/ plan je bij mij in. - Tijdens de les is er ruimte voor vragen .
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
I wrote a letter yesterday.
A
past perfect
B
present perfect
C
past simple
D
present continuous
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Yesterday, he walked to school.
exercise 8+9+10+11+12
Slide 7 - Tekstslide
Je gebruikt de verleden tijd (past simple) als je het over het volgende hebt:
• iets plaats vond in het verleden op een specifieke tijd
• wanneer een vraagzin begint met When
• wanneer de inhoud van de zin een duidelijke verleden aantoont
Vaak staat er ook een indicatie van tijd in de zin zoals, yesterday, ago, last etc.
Regelmatige werkwoorden (regular verbs): werkwoord + ed
Werkwoorden die eindigen op een -e krijgen alleen de -d er nog achter.
Werkwoorden die eindigen op een -c veranderen in -ck +ed.
+Let op! Als het ww eindigt op een medeklinker +y dan veranderd de -y in -ied.
Voorbeeld: study. De ‘d’ is een medeklinker dus: study-y=stud +ied.
Het wordt dus: Yesterday, I studied English.
Bij een aantal korte ww van 1 letergreep met een korte klinker ( a e i o u) zoals stop and grab wordt de medeklinker verdubbeld
+Als het woord eindigt op een -y met daarvoor een klinker: stay, kan er gewoon -ed achter;
► Present perfect: Je gebruikt de present perfect als de zin iets over het verleden zegt en ook nu nog bezig is of nu nog invloed heeft. ... --> present perfect --> Het is gebeurd (voltooid) en heeft ook nu nog invloed.
► Present perfect: I have helped, she has worked
In het Nederlands gebruik je vaak een vorm van hebben + een voltooid deelwoord. Die vorm gebruik je als je praat of schrijft over iets wat al is gebeurd:
Ik heb meegeholpen bij dat feestje.
Gertjan heeft zijn kamer opgeruimd .
In het Engels kan dat ook. Je gebruikt dan de present perfect.
De present perfect bestaat uit have + een voltooid deelwoord.
Het voltooid deelwoord maak je meestal met het hele werkwoord + ed .
OF 3e rijtje irregular verbs.
present simple; (hele werkwoord/ SHIT +s/ es, past simple (ww+ed of onregelmatig) of present continuous ?(iets is nu aan het gebeuren; vorm van 'to be'+ ww +-ing)
Als je niet zeker weet wanneer je welke moet gebruiken:
Vraag jezelf af:
1. Is het op dit moment aan de gang?
Ja: present perfect. Nee: zie vraag 2.
2. Gaat het over ervaringen tot nu toe?
Ja: present perfect. Nee: zie vraag 3.
3. Is het resultaat van de actie nu merkbaar?
Ja: present perfect. Nee: past (verleden tijd +ed of onregelmatig ww in verleden tijd.) / present simple (SHIT +s)
I will help you with your homework.
ex. 18
Slide 10 - Tekstslide
Als je wilt zeggen dat iets nog gaat gebeuren, gebruik je de toekomende tijd.
Er zijn twee manieren om dat te doen: met will (Er is geen bewijs voor) of met am / is / are going to . (Hier is wel bewijs voor; iets staat vast te gebeuren)
► Will: I will help, you will talk, she will work -> Voorspelling waar je geen bewijs voor hebt. > We are going to France, we have arranged our stay.
Next time: March 31st
- DIY: 07: Read between the lines - Together: Toekomende tijd: ex. 18-21, hulp ww + ontkennend maken: ex.22- 27 - If you have any topics/ language / culture-related topics you would like me to explain or discuss in the group, please send the topic to me before the next session so we can look at it together! :D