Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Maandag, 1.02.21
1 / 47
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
47 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
quiz Duits
Wie worden de nummers
1, 2 en 3 ?
- Log in met je eigen naam (anders telt het niet)
- Let op de timer (20sec)
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet je over Duitsland?
Slide 3 - Tekstslide
D-A-CH landen
van groot naar klein
A
Zwitserland, Oostenrijk, Luxemburg
B
Luxemburg, Oostenrijk, Zwitserland
C
Oostenrijk, Zwitserland, Luxemburg
Slide 4 - Quizvraag
Waar ligt Liechtenstein?
A
Tussen Oostenrijk en Zwitserland
B
Tussen Duitsland en België
C
Tussen Luxemburg en Duitsland
Slide 5 - Quizvraag
Wat is het Duitse woord voor "provincie"?
A
Provinz
B
Bundesland
C
Kanton
D
Landteil
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de hoofdstad van Duitsland?
A
Berlin
B
Bonn
C
Köln
D
München
Slide 7 - Quizvraag
Hoeveel mensen op de wereld hebben Duits als moedertaal?
A
80 miljoen
B
Meer dan 100 miljoen
C
180 miljoen
D
Meer dan 200 miljoen
Slide 8 - Quizvraag
Wie is de componist?
A
Bach
B
Mozart
C
Beethoven
D
Haydn
Slide 9 - Quizvraag
Hoe is je Duits?
Slide 10 - Tekstslide
Hoe schrijf je 68?
A
achtundsechszig
B
sechsundachtzig
C
sechundachtzig
D
achtundsechzig
Slide 11 - Quizvraag
Welche Zahl hörst du?
A
14
B
16
C
13
D
12
Slide 12 - Quizvraag
Vertaal "het oog"
A
das Aug
B
die Auge
C
das Auge
D
der Augen
Slide 13 - Quizvraag
die, der of das Rücken?
A
die
B
der
C
das
Slide 14 - Quizvraag
Der Arzt ..............Meike eine Spritze.
A
gebt
B
gibst
C
gibt
Slide 15 - Quizvraag
Du ..................immer so leise.
A
sprichst
B
spricht
C
sprecht
D
sprechst
Slide 16 - Quizvraag
Wo ....................ihr euch?
A
treffen
B
trifft
C
trefft
Slide 17 - Quizvraag
Merel ...................ihrer Mutter beim Kochen.
A
helfst
B
hilfst
C
helft
D
hilft
Slide 18 - Quizvraag
Erich ................noch ein Stück Kuchen.
A
nehmst
B
nihmt
C
nimmt
D
nimt
Slide 19 - Quizvraag
Mario .................zwei Tore.
A
schisst
B
schießt
C
schießen
Slide 20 - Quizvraag
..................du mir mal das Brot, bitte?
A
gibst
B
gebst
C
giebst
Slide 21 - Quizvraag
Auf welcher Seite .................das?
A
stieht
B
stiht
C
stehen
D
steht
Slide 22 - Quizvraag
Ihr ................hier das neueste Modell von Tesla.
A
sieht
B
sehen
C
seht
Slide 23 - Quizvraag
Ich .............heute keine Milch in den Kaffee.
A
nehme
B
niehme
C
nimm
Slide 24 - Quizvraag
Warum ................... meine Mutter die Zeitung? (lesen)
timer
0:21
Slide 25 - Open vraag
Marie .............. immer 8 Stunden pro Nacht. (schlafen)
timer
0:20
Slide 26 - Open vraag
Du ............. immer schöne Blumen für meine Mutter mit. (nehmen)
timer
0:20
Slide 27 - Open vraag
Du ............... ohne Regenschirm. (laufen)
timer
0:20
Slide 28 - Open vraag
Ihr ................... uns zu Hause. (treffen)
timer
0:20
Slide 29 - Open vraag
Der Arzt ................. immer einen weißen Kittel. (tragen)
timer
0:20
Slide 30 - Open vraag
Du .................. meinem Vater immer mit dem Garten. (helfen)
timer
0:20
Slide 31 - Open vraag
Er .................. ohne Führerschein nach Frankreich. (fahren)
timer
0:20
Slide 32 - Open vraag
Het werkwoord haben
timer
0:20
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben
Slide 33 - Sleepvraag
Anna .......... (kaufen) für ihre Mutter.
timer
0:20
Slide 34 - Open vraag
Hannes und Anton ..... (warten) vor der Schule auf den Bus.
timer
0:20
Slide 35 - Open vraag
Es .... (regnen) draußen, deshalb gehe ich nicht mit dem Rad zur Schule.
timer
0:20
Slide 36 - Open vraag
Hals- und Beinbruch betekent:
A
Gute Besserung!
B
Hoffentlich fühlt man sich bald besser
C
Viel Glück mit den Knochenbrüchen
D
Viel Glück und Erfolg!
Slide 37 - Quizvraag
Ein PKW ist ein ......
A
Schiff
B
Flugzeug
C
Auto
D
U-Boot
Slide 38 - Quizvraag
Wat weet je nog over de Duitse naamvallen?
Slide 39 - Tekstslide
Het onderwerp van de zin is altijd de .................
A
eerste naamval
B
vierde naamval
Slide 40 - Quizvraag
Wat verandert bij de eerste naamval?
A
der -> den
B
die -> der
C
der -> dem
D
niks
Slide 41 - Quizvraag
Waar staan de voorzetsels?
A
der die das
B
mein dein sein
C
ich du er sie es
D
für ohne mit nach in
Slide 42 - Quizvraag
Vul in:
All ....... Schüler (mv) schreiben
dies ..... Klassenarbeit (v).
A
allen, dieser
B
alle, dies
C
alle, diese
D
allen, diese
Slide 43 - Quizvraag
Het meervoud van
'das Schaf' is ....
A
die Schäfer
B
die Schafe
C
die Schäfen
Slide 44 - Quizvraag
Welke vraag stel je om een vierde naamval te bepalen bij de keuzevoorzetsels?
A
Wohin?
B
Wo?
C
Wodurch?
D
Wovon?
Slide 45 - Quizvraag
Slide 46 - Tekstslide
Viel Glück mit dem weiterlernen von dieser schönen Sprache
Viel Glück im nächsten Jahr
Slide 47 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Ärger zeigen auf Deutsch
Januari 2024
- Les met
22 slides
Duits
Secundair onderwijs
Anne Frank, ihr kurzes Leben
September 2022
- Les met
15 slides
door
Anne Frank Stichting
History
Primary Education
Secondary Education
Age 11-13
Anne Frank House
4T K2 der- en ein-Gruppe in 3e en 4e naamval
December 2018
- Les met
18 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Anne Frank, das Hinterhaus
September 2022
- Les met
13 slides
door
Anne Frank Stichting
History
Secondary Education
Primary Education
Age 11-13
Anne Frank House
sterke werkwoorden
Maart 2020
- Les met
19 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Vok 35-41 + sterke ww
Augustus 2022
- Les met
34 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Woche 9
Maart 2023
- Les met
16 slides
Duits
Secondary Education
die starken Verben im Präsens
Maart 2022
- Les met
40 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3