Insectenbloemen hebben opvallend gekleurde kroonbladeren, nectar, geur en plakkerig stuifmeel.
Een windbloem heeft kleine groene bloemen, meeldraden hangen ver uit de bloem en veel lichtgewicht stuifmeel.
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Mensen met hooikoorts zijn allergisch voor stuifmeelkorrels.
Van welke planten komen deze stuifmeelkorrels?
A
windbloemen
B
insectenbloemen
C
zowel wind- als insectenbloemen
D
alleen van gras
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
In een tomaat zitten soms wel 20 zaden. Hoeveel stuifmeelbuizen zijn door de stamper naar beneden gegroeid?
A
1
B
10
C
20
D
2
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Als een plantje ontkiemt dan gebruikt het eerste het reservevoedsel uit de zaadlobben. Hoe komt het plantje aan zijn voedsel als dit reservevoedsel op is?
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
Een appel valt van de boom en ligt direct onder de boom op de grond. Is dit een geschikte plek om te ontkiemen? Leg je antwoord uit.
Slide 20 - Open vraag
Juist of onjuist?
Een paardenbloem is een windbloeier.
A
juist
B
onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
De stamper bestaat uit:
stempel
stijl
vruchtbeginsel
Slide 23 - Sleepvraag
De meeldraad bestaat uit:
helmdraad
helmknop
Slide 24 - Sleepvraag
Waar worden de stuifmeelkorrels gemaakt?
A
helmknop
B
helmdraad
Slide 25 - Quizvraag
In welk van deze gevallen spreken we van 'bestuiving'
A
geen
B
alleen 3
C
alleen 1 en 2
D
1, 2 en 3
Slide 26 - Quizvraag
Welk werkwoord gebruiken we voor het proces waarbij het jonge plantje uit het zaadje komt?
Slide 27 - Open vraag
Heeft er in deze bloem bevruchting plaats gevonden?