Agressie

Agressief gedrag
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Agressief gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding 
Hoofdvraag: hoe ga je als verpleegkundige om met agressie?

- Wat is agressie?
- Hoe ga je om met agressie?
- Welke disciplines kun je bij een agressie incident betrekken?
- Wat zijn de ervaringen met agressief gedrag?
- Wat is de rol van de verpleegkundige bij een agressie incident?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan bij het woord agressie?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is agressie?
  • Agressie is gedrag waardoor anderen zich onveilig of bedreigd voelen. Agressie kan zowel fysiek als psychisch zijn. Krabben, slaan, schelden, bedreigen, intimideren, schoppen en iets kapot gooien zijn voorbeelden van agressie. Kleine incidenten, zoals pesterijtjes, vallen ook onder agressie. Het gaat om een min of meer bewuste bedoeling van ongewenst gedrag. 


  • Verbaal geweld
  • Fysiek geweld
  • Discriminatie
  • Seksuele intimidatie
  • Overige intimidatie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Agressie
Bescherming van:
  • zichzelf
  • anderen
  • eigendom

Soorten agressie:
  • Frustratie-agressie
  • Impulsieve agressie
  • Instrumentele agressie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Valt vloeken onder agressie?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

Vorm van verbale agressie
Verbaal geweld

Slide 7 - Woordweb

Schreeuwen, schelden, vloeken, dreigementen. 
Non-verbaal geweld

Slide 8 - Woordweb

Non-verbale agressie bestaat uit gebaren, gelaatsuitdrukkingen en fysiek geweld. Fysiek geweld is slaan, schoppen, krabben, knijpen, enzovoort. Agressieve gebaren zijn bijvoorbeeld je middelvinger opsteken.
Naar buiten gerichte agressie

Slide 9 - Woordweb

agressie die op een ander is gericht. Deze vorm van agressie is gemakkelijk te herkennen. Je krijgt woorden naar je hoofd of een andere zorgvrager wordt lastiggevallen. Er is altijd een doelwit.
Naar binnen gerichte agressie

Slide 10 - Woordweb

op de eigen persoon gericht. De persoon wil zichzelf straffen door zichzelf pijn te doen of nare dingen over zichzelf te denken. Naar binnen gerichte agressie kan leiden tot depressief gedrag. Deze vorm van agressie is minder zichtbaar, maar kan in het ernstigste geval leiden tot zelfmoord.
Openlijke agressie

Slide 11 - Woordweb

 zichtbaar en hoorbaar is voor iedereen. Bijvoorbeeld iets gooien of iemand slaan
Bedekte agressie

Slide 12 - Woordweb

het gedrag alleen zichtbaar als je erop let. Voorbeelden hiervan zijn pesten, treiteren en sarren van andere zorgvragers
4

Slide 13 - Video

https://www.youtube.com/watch?v=gUEGvHr9084&t=4s

Frustratie agressie

Slide 14 - Tekstslide

Dit is het snel en onverwacht tonen van oplopende emoties en het ontstaan van een verminderde controle over het eigen gedrag. Frustraties ontstaan meestal over een dienstverlening of procedure binnen een organisatie en kunnen snel leiden tot een uitbarsting van geweld.

Impulsieve/ Explosieve agressie

Slide 15 - Tekstslide

wanneer er sprake is van deze vorm van agressie is de persoon in kwestie vaak onvoorspelbaar en snel gewelddadig. De realiteitszin ontbreekt volledig en vaak heeft dat te maken met een verslaving en/of een psychische stoornis.

Instrumentele agressie

Slide 16 - Tekstslide

Bij instrumentele agressie wordt de agressie gebruikt om een bepaald doel te bereiken (bewuste actie), bijvoorbeeld als de zorgvrager niet wil opstaan. De zorgverlener probeert de zorgvrager uit bed te tillen, waarbij de zorgvrager gaat slaan. De zorgverlener geeft het op: doel bereikt.
Stelling


'Agressie en grensoverschrijdend gedrag kunnen bepaalde cliënten niks aan doen en moet je als verpleegkundige accepteren'

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omgaan met agressie
  • Welke interventies kan je ondernemen?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Preventieve interventies

Slide 19 - Woordweb

- Probeer zo veel mogelijk op de hoogte te zijn. Als je bijvoorbeeld weet dat iemand de laatste tijd veel vervelende dingen heeft meegemaakt en hij eerder agressief is geweest, kun je hem extra in de gaten houden;
- Probeer een zo duidelijk mogelijk beeld te krijgen van de zorgvrager, zodat je bepaald gedrag kunt inschatten;
- Let bij bewoners die vaker agressief gedrag vertonen op verschijnselen als stijgende angst en toenemende onzekerheid;
- Neem een zorgvrager die op uitbarsten staat mee uit de groep;
- Blijf rustig;
- Probeer andere zorgverleners te waarschuwen;
- Vestig de aandacht op jezelf en niet op de situatie: ‘Kijk naar mij, ik wil er rustig over praten.’;
- Probeer extra prikkels te vermijden, bijvoorbeeld door andere zorgvragers te vragen even stil te zijn.
Interventies tijdens het event

Slide 20 - Woordweb

- Praat rustig met de zorgvrager;
- Neem een goede positie in qua houding en opstelling in de ruimte. Door in het gezichtsveld van de agressieve zorgvrager met de rug naar anderen te gaan staan scherm je de zorgvrager af van prikkels;
- Probeer de aandacht van de agressieve zorgvrager af te leiden van het onderwerp van agressie;
- Neem een positie in waardoor andere zorgvragers veilig zijn, zoals bij het voorbeeld door het mes af te pakken.
Interventies na het event

Slide 21 - Woordweb

- Laat de agressieve zorgvrager op een veilige plek tot rust komen;
- Voer een individueel gesprek met de zorgvrager over wat er gebeurd is;
- Maak eventuele afspraken met de zorgvrager over het vervolg;
- Bespreek je eigen manier van handelen met je collega’s;
- Reflecteer op je eigen handelen;
Bespreek het incident in het team en pas eventueel het zorgplan aan.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je van deze benadering?


- Wat valt je op?
- Zou jij het anders aanpakken ? Zo ja hoe? 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je van deze benadering?


- Wat valt je op?
- Zou jij het anders aanpakken ? Zo ja hoe? 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat als de situatie escaleert?

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfzorg
Grens aangeven
Time-out
Gesprek beëindigen
Veilige afstand
Collega's en beveiliging alarmeren
Schakel zo nodig de politie in (doe aangifte) 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De STOP-methode
Waar staan de letters STOP voor?
A
Stress, Tot orde roepen, Oke vinden, Passen
B
Stoom afblazen, Terug koppelen, Opnieuw proberen, Parkeren
C
Stoom afblazen, Tot orde roepen, Opnieuw beginnen, Passen
D
Stress, Terug koppelen, Opnieuw beginnen, parkeren

Slide 28 - Quizvraag

Methode om te voorkomen dat een conflict escaleert. 

Stoom afblazen: Laat de persoon even uitrazen. Geef hem de tijd om ongehinderd ‘leeg te lopen’ en zijn emoties te uiten. Vaak kalmeert iemand al een beetje als hij zonder onderbroken te worden kan zeggen wat hij op zijn hart heeft. Gooi in elk geval geen olie op het vuur door in te gaan op details of persoonlijke beledigingen.
Tot de orde roepen: Zodra de persoon uitgeraasd is, kun je proberen hem tot de orde te roepen. Geef aan dat je niet op deze manier verder wilt, maar dat je graag rustig met elkaar wilt praten. Praten om er op een respectvolle manier samen uit te komen. Leg de basis voor de volgende stap.
Opnieuw beginnen: Je wilt eigenlijk de emotie van het eerste deel van het gesprek achter je laten. Begin het gesprek opnieuw, alleen dan zonder de agressie van het begin. Vanaf nu moet het gesprek een heel andere toon hebben.
Passen bij herhaling: Valt de klant toch in herhaling, stop dan direct met het gesprek en benoem wat je niet aanstaat: “Ik heb u net gezegd dat ik zo niet aangesproken wens te worden.” Of “Ik hoor u nu weer … zeggen, dat betekent dat ik het gesprek nu stop.”
Welke disciplines kunnen betrokken worden bij een agressie incident?

Slide 29 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Disciplines
  • Specialist ouderen geneeskundige
  • Psycholoog
  • Activiteiten begeleider
  • Maatschappelijk werker
  • Geestelijk verzorger
  • Ergotherapeut
  • Arts

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De rol van de verpleegkundige
  • Per instelling verschillend
  • Handelen volgens protocol
  • Meldingen maken
  • Rapporteren
  • Gesprekken
  • De wet zorg en dwang 

Slide 31 - Tekstslide

WZD
De Wet zorg en dwang regelt de rechten bij onvrijwillige zorg of onvrijwillige opname van mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie).
- In welke situaties onvrijwillige zorg en/of opname aan de orde kan zijn;
- Hoe een besluit tot onvrijwillige zorg genomen wordt;
- Wanneer onvrijwillige zorgverlening geëvalueerd moet worden.
- Het recht op een cliëntenvertrouwenspersoon. 

Slide 32 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent van de hulpverleners maakte in 2022 agressie of geweld mee?
A
23
B
50
C
78
D
92

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorkomen nieuw incident
- Gebruik de uitkomsten van de evaluatie (vanuit de patiënt en collega’s)
- Aanleidingen wegnemen (bv. overvraging, overprikkeling, om leren gaan met emoties)
- Vroegtijdige signalering (o.a. door signaleringsplan)
- Duidelijke regels en consequente uitvoering:
  • Blijf jezelf als verzorgende afvragen waarom jullie welke regels hanteren.
  • Zorg dat je het kan uitleggen aan de patiënt.
  • Voorkom onnodig veel regels, dit kan weer agressie uitlokken.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conclusie en aanbeveling
  • Geen duidelijk , kort en bondig antwoord
  • Iedereen ervaart agressie anders/gaat hier anders mee om
  • De theorie kan per situatie erg verschillen met de praktijk
  • Veiligheid en nazorg is erg belangrijk

  • Overige tips
  • Protocollen kennen en hier naar handelen
  • Melding maken en bespreken in het team
  • Goede scholing 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies