Hoe kan het dat? - Nederlands

Hoe kan het dat? 
- Je leest en beoordeelt verschillende teksten over AI, Chat GPT en robots.
- Je leert een spannend verhaal rondom het thema 'fantasy' of 'science fiction' te schrijven.
- Je leert een correcte mail te schrijven.
- Je houdt een pitch over een robot.


1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Hoe kan het dat? 
- Je leest en beoordeelt verschillende teksten over AI, Chat GPT en robots.
- Je leert een spannend verhaal rondom het thema 'fantasy' of 'science fiction' te schrijven.
- Je leert een correcte mail te schrijven.
- Je houdt een pitch over een robot.


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom N23!
- Groevenbeek Got Talent (opgeven tot 1 december)
- Filmpje 2 + boekje
- Start met de pitchopdracht 'robot'
Huiswerk: 45 minuten Numo + tekst 1

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen in je schrift/werkboek

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

2. Wanneer is dit filmpje gemaakt, denk je? Motiveer je antwoord.
3. Wat is kunstmatige intelligentie?
4. Wat is een robot?
5. Zijn er bij jou thuis robots? Zo ja, licht eens toe…
6. Maak je zelf weleens gebruik van een robot?
7. Waarvoor zou jij een robot willen ontwikkelen? Waarom?

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen in je schrift/werkboek

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

2. Wie is Pepper?
3. Voor welke werkzaamheden wordt Pepper ingezet?
4. Wat is de doelgroep van Pepper?
5. Is er een reden voor het feit dat Pepper niet zo groot is?
6. Waarvoor wordt Maartje ingezet? Geef je antwoord in een zin en som op met gedachtestreepjes.
7. ‘Volgens Richard zullen robots in de toekomst vooral repeterend werk overnemen.’ Herschrijf deze zin op zo’n manier dat de betekenis van het woord ‘repeterend’ duidelijk wordt.
8. Aan het einde van dit filmpje worden op het gebied van robots in de zorg nog drie problemen genoemd. Geef je antwoord in drie volle zinnen. Begin zin twee en drie met een signaalwoord dat een opsomming aangeeft.

Lezen
Maak de verschillende teksten in het werkboek.
Werk eerst alleen en vraag daarna je buur om hulp.
Termen die je niet kent, mag je opzoeken. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chat GPT
Open de website (volgende link)
Maak een account,
Geef Chat GPT de volgende opdracht:

Schrijf een mail aan de directie van mijn school
waarin je vraagt huiswerk af te schaffen. Geef
hiervoor twee redenen. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Maak een screenshot van het resultaat van Chat GPT en stuur je foto op.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bespreek met je buur:
1. Verschillen jullie teksten van elkaar?
2. Zo ja, welke tekst vind je beter?
3. Past de tekst bij hoe jij (jouw persoonlijke stijl) een mail zou sturen? Waarom wel/niet?

En nu? Herschrijf in een tweetal de mail zodat het beter past bij jouw persoonlijke stijl. Lever je resultaat in de volgende slide in.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jullie aangepaste mail:

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Jullie aangepaste mail:

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor- en nadelen
Alles heeft voor- en nadelen. Vul in je werkboekje de voor- en nadelen van Chat GPT in. Maak gebruik van de artikelen die je al hebt gelezen. Beantwoord tot slot de vraag: 'Wanneer kun je Chat GPT beter wel of juist niet gebruiken?'

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je eigen robot

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De pitch
In een pitch van één minuut vertel je welke robot jij bij ‘Opdrachten’ ontworpen hebt, waar hij ingezet wordt en wat hij kan. Op het scherm projecteer je een afbeelding van de robot, met de naam en drie voordelen van de robot in steekwoorden. De docent vertelt je nog een keer hoe een goed pitch in elkaar zit. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar moet een goede pitch aan voldoen? - wat zijn de beoordelingscriteria?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Pitch - de presentaties
1. Je neemt de pitch over je robot op met je iPad. Het duurt maximaal 1 minuut. Je maakt er dus een filmpje van.
2. Je gaat in groepen van 3 personen zitten.
3. Laat elkaar om de beurt het filmpje zien. Geef elkaar daarna feedback op (1) de inhoud en (2) de presentatietechniek.
4. Wat hebben jullie van elkaar geleerd?
5. Kies met je groepje het beste filmpje uit en stuur deze naar PNM in Teams

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pitch - de presentaties
Kies twee criteria uit die jij al wel beheerst.
Kies één criteria uit die je nog zou willen leren beheersen.

Klaar? Pak alvast de voorbereidingen voor je spannende verhaal erbij.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een spannend verhaal schrijven (scifi/fantasy)

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke spannende dingen heb je zelf wel eens meegemaakt? (of in een film/serie gezien)

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Kies één foto uit. Welke hoofdpersonage zou jij nu kiezen voor een creatief verhaal?

Slide 22 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Vertel zoveel mogelijk over het gekozen personage (wie is hij/zij, wat kan hij/zij, waar leeft hij/zij)

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies één foto uit. Welke ruimte zou jij kiezen voor je creatieve verhaal?

Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Kies één voorwerp uit

Slide 25 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Noteer in 3 minuten informatie over je voorwerp. Je mag alles opschrijven! Wat kan er mis mee zijn? Wat gebeurt er met het voorwerp? Welke rol heeft het in je verhaal?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Er was (misschien) eens
We lezen samen een fragment uit het boek 'Er was (misschien) eens'. 

Noteer een antwoord op de vraag: wie, wat, waar, wanneer?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TIJD
Verteltijd: ongeveer 1000 woorden
Vertelde tijd: 30 minuten, 1 dag, 1 week, 1 maand of een jaar. 
Chronologische volgorde: wat gebeurde er eerst, wat kwam er daarna?

* Een verhaal is a-chronologisch als je bijvoorbeeld een flashback of flashforward toevoegt. 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

“Ik had eerder gemoord en was er moeiteloos mee weggekomen. Het idee was gegroeid totdat het buitenproportionele vormen had aangenomen. Ik wilde mijn manager vermoorden. Dat was de enige optie om onder haar tirannie uit te komen.” Dit verhaal begint:
A
Bij het einde
B
Aan het begin
C
In het midden

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Perspectief - vanuit wie beleef je het verhaal?
Auctoriaal/alwetend: er hangt een verteller boven het verhaal. Je weet soms meer dan de personages in het verhaal.
Ik-perspectief: het verhaal wordt vanuit de 'ik-persoon' verteld. Je kent hierdoor ook iemands gedachten en beleeft het verhaal vanuit één persoon.
Hij/zij-perspectief: Het verhaal wordt in de hij/zij-vorm beschreven. Je bent een toeschouwer in het verhaal. 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'Maartje had nog nooit zoiets gezien. Een gigantische wolk van mist. Het maakte haar bang.' - schrijf dit gedeelte nu in een ik-perspectief

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

'En ze leefden nog lang en gelukkig' is een voorbeeld van een ...
A
flashback
B
flashforward
C
open einde
D
gesloten einde

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De schoolweek is ten einde. Tijd voor weekend. Toch blijft de vraag hangen in mijn hoofd: waar is Jim?
A
flashback
B
flashforward
C
open einde
D
gesloten einde

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Start!
Je hebt nu kennisgemaakt met een aantal begrippen.
Het is tijd om aan je verhaal te beginnen. 
Ga naar de studiewijzer van Nederlands en open het document 'Een spannend verhaal schrijven'
Sla het goed op in je OneDrive. Het is jammer als je opnieuw moet beginnen.
Je hebt voor dit verhaal ongeveer twee weken de tijd. 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FEEDBACK
  • Hoe geef je eigenlijk feedback?
  • Feedbackronde in groepjes
  • Tips delen met de klas

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FILMPJE FEEDBACK

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FEEDBACKRONDE
Je werkt in drietallen. Haal een setje van 3 verhalen op bij de docent. Leg de verhalen per ronde op volgorde van 'in ontwikkeling' tot 'expertniveau'. 

Ronde 1: het verhaal heeft een spannende/passende opening
Ronde 2: het verhaal heeft een duidelijke rode draad
Ronde 3: het verhaal heeft een goed uitgewerkt personage

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies