Theorie begrijpend lezen + oefeningen

Nederlands week 22
welkom;
donderdag 3-6 inleveren PO recensie en PW spelling;
herhaling theorie lezen.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands week 22
welkom;
donderdag 3-6 inleveren PO recensie en PW spelling;
herhaling theorie lezen.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Hoeveel tekstdoelen kun je noemen?

Slide 3 - Open vraag

Welke manieren van inleiden kun je noemen?

Slide 4 - Open vraag

Geef de definitie van een kernzin.

Slide 5 - Open vraag

Hoe lees je de tekst voor het vak Nederlands? Tekstgestuurd of vraaggestuurd?
A
tekstgestuurd
B
vraaggestuurd

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de definitie van een hoofdgedachte?

Slide 7 - Open vraag

Subjectief of objectief?
Klas 2ha4 is een vervelende klas.
A
subjectief
B
objectief

Slide 8 - Quizvraag

Objectief of subjectief?
Per week worden er meer dan een miljoen coronaprikken gegeven.
A
subjectief
B
objectief

Slide 9 - Quizvraag

Alineaverbanden en verbindingsmanieren
In een saaie omgeving ga je je vervolgens focussen op de klok. En dan lijkt wachten een eeuwigheid te duren.

Een ander aspect is ondezekerheid. Je weet niet hoe lang het gaat duren en vaak word je ook niet ingelicht over de oorzaak van de vertraging, Dan is is er nog 'fairness'of in mooi Nederlands billijkheid. De relatie is onevenwichtig: jij komt op tijd en de andere partij laat je wachten. Dat is onbillijk.. Billijkheid kan ook gelden in relatie tot andere klanten. Denk aan voorkruipen wat ook ook een grote factor van ergernis is.

Tot slot speelt bij wachten angst een rol.
Verbindingsmanier: door het gebruik van een signaalwoord

Slide 10 - Tekstslide

Waar verwijst het woordje 'dat' naar in de tweede alinea?

Slide 11 - Open vraag

Kernzin
Hoogleraar consumentengedrag Ad Pruyn doet al 25 jaar onderzoek naar wachttijdbeleving. 'Wachten is een emotionele cocktail van sterk negatieve emoties', zegt hij. 'Mensen beschouwen wachttijd als verloren tijd. Bovendien vindt wachten in de meeste gevallen plaats in een uiterst saaie omgeving: de wachtkamer van een ziekenhuis of een perron van een treinstation. In een saaie omgeving ga je je vervolgens focussen op de klok. En dan lijk het wachten een eeuwigheid te duren.

Slide 12 - Tekstslide

Citeer de kernzin van de hiervoor getoonde alinea.

Slide 13 - Open vraag

In de kerstvakantie heb ik veel sociale verplichtingen, zo moet ik altijd op kerstavond naar mijn oma.
Wat is het signaalwoord.
A
veel
B
heb
C
zo
D
altijd

Slide 14 - Quizvraag

Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord 'zo'?
A
opsommend verband
B
uitspraak-reden
C
uitspraak-tegenstelling
D
uitspraak -voorbeeld

Slide 15 - Quizvraag

Ik sport het liefst elke dag, omdat ik dan gezond en fit blijf.
Wat is het signaalwoord?

Slide 16 - Woordweb

Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord 'omdat'?
A
opsommend verband
B
uitspraak-reden
C
uitspraak-tegenstelling
D
uitspraak -voorbeeld

Slide 17 - Quizvraag

Volgende week
Starten we met lezen blok 5, opdr.  5. Deze maken wij klassikaal.

Slide 18 - Tekstslide