Goederenstroom H6 par. 6.3 6.4 en 6.5

• Retail
• MBO
• Studiejaar 1

Goederenstroom

Inhoud les

• Lesdoelen (examentermen)
• Uitleg par. 6.3 - Gevolgen van derving
• Uitleg en behandelen examentermen par. 6.4 - dervingbestrijdingsplan
  
• Uitleg en behandelen examentermen par. 6.5 - huisregels en procedures
• Afgewisseld met oefenopgaven
• To do - huiswerk

Doel van deze les:
Je moet de volgende examentermen uit par. 6.4 (dervingbestrijdingsplan) kennen:

• Maatregelen ter bestrijding of voorkoming
    van derving.
• Strategische, tactische en operationele
    onderdelen van het derving-
    bestrijdingsplan.
• Instructies en begeleiding personeel met
    betrekking tot derving.
• Berekenen van de omvang van derving.
• Berekenen voorraadverschil via
    administratieve en werkelijke voorraad.
• 
  

Wat is een
dervingbestrijdingsplan?

Uitwerking opdracht 1

Een dervingbestrijdingsplan is een plan die ondernemingen hebben om derving te voorkomen.

Wat moeten jullie kennen?

• Jullie moeten de drie niveaus van een dervingbestrijdingsplan kennen
    (strategisch, tactisch, operationeel).
• Jullie moeten de stappen uit het stappenplan van een
    dervingbestrijdingsplan kennen.

Wat staat er in het strategische deel van een dervingbestrijdingsplan?

Uitwerking vraag

Strategisch niveau:

• Heeft betrekking op de lange termijn (drie tot tien jaar).
  
• Voorbeeld: doel is dat derving niet meer dan 2% van de
    omzet mag zijn.

Wat staat er in het tactische deel van een dervingbestrijdingsplan?

Uitwerking vraag

Tactisch niveau:

• Betrekking op middellange termijn (eerstkomende jaren).
• Bijvoorbeeld: de beschrijving van de hulpmiddelen zoals toegangspoortjes die de komende
   jaren aangeschaft gaan worden om de derving te verlagen.

Wat staat er in het operationele deel van een dervingbestrijdingsplan?

Uitwerking vraag

Operationeel niveau:

• Heeft betrekking op de korte termijn (maximaal een jaar).
• Bijvoorbeeld: de maatregel dat medewerkers dagelijks om 17:00 uur moeten controleren of
   er artikelen zijn die over de uiterste verkoopdatum zijn.

Noem een signaal waaraan medewerkers in een winkel eventuele derving zouden kunnen herkennen.

Bepaal de schade (stap 4)

• Stap 4 uit het dervingbestrijdingsplan is de schade bepalen.
• Het bedrag aan derving stel je vast door te kijken naar het voorraadverschil.
• Voorraadverschil   =   administratieve voorraad  -  technische voorraad
• Technische voorraad is de werkelijke (fysieke) voorraad.

Dervingspercentage

• Als er niet veel schade is, heeft het geen zin veel geld uit te geven aan preventieve
    maatregelen. 
• Zeker niet als de maatregelen meer geld kosten dan de schade. 
• Of dit zo is, kun je uitrekenen door het dervingspercentage te berekenen.

Preventieve maatregelen

• In de examentermen staat ook dat je maatregelen ter
    bestrijding of voorkoming van derving moet kennen.
• Daar gaan we op de volgende dia's verder op in.

Noem organisatorische maatregelen
ter voorkoming van derving.

Vraag

• Na inventarisaties blijken er zowel van artikel X als van artikel Y
   regelmatig stuks te ontbreken.
• Bij artikel X worden maatregelen genomen om derving te bestrijden
    terwijl bij artikel Y er niets gebeurt.
• Waarom worden er bij artikel X wel maatregelen genomen en bij Y niet?

Uitwerking vraag

• De waarde van derving wordt afgewogen tegen de kosten
    van de maatregelen. 
• Blijkbaar is dit bij artikel X wel positief en bij Y niet.

Samenvattend par. 6.4

Belangrijk dat jullie kennen:

• Drie niveaus in het dervingbestrijdingsplan (strategisch, tactisch, operationeel).
• Maatregelen ter bestrijding en voorkoming van derving.
• Instructies aan personeel.
• Berekenen van de omvang van de derving.
• Berekenen voorraadverschil (administratieve voorraad - werkelijke voorraad).

6.5 Huisregels en procedures

Examentermen

Huisregels om derving te voorkomen kennen

Begrip visitatieregeling 

Huisregels 

In de volgende dia's gaan we verder in op huisregels en procedures om criminele en niet-criminele derving te voorkomen en hoe je diefstal kan voorkomen.

Gedragsregels

Medewerkers in een winkel

 moeten zich houden aan

 gedragsregels.

Bijv. op gebied van integriteit,

 omgang met klanten, veiligheid,

 milieu, etc.

Huisregels

Regels die voor klanten zijn

 opgesteld.

Bijv. dat een klant een mandje

 moet gebruiken of niet meer dan

 twee artikelen meenemen in de

 kleedkamer.

Visitatieregeling:

Visitatie is het controleren van

 jassen en tassen.

Om dit als bedrijf te mogen doen

 moet het bedrijf deze regeling

 opnemen in het huishoudelijk

 regelement.

Fouilleren:

Is wat anders als visitatie.

Fouilleren is iemands lijf aftasten

 om te kijken of hij of zij verboden

 producten of geld van de winkel

 bij zich heeft.

Alleen politie mag fouilleren.

Welke procedures heeft jouw
stagebedrijf opgesteld om
criminele derving te voorkomen?

To do

• Maken huiswerk H6 vraag 13 t/m 25 op pag. 261 t/m 264 in je
    boek (gaat over par. 6.3, 6.4 &6.5 )
• Morgen: Dervingspercentage berekenen extra in de les