Planetarium

Wat gaan we doen?
Jeugdjournaal kijken
Woordweb maken en vragen maken


1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?
Jeugdjournaal kijken
Woordweb maken en vragen maken


Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Planetarium

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Een planetarium is een model van het zonnestelsel.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Tijdens de Verlichting geloofden mensen alleen wat er in de kerk werd verteld.

A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

In de achttiende eeuw werden veel uitvindingen
gedaan, zoals de stoommachine.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Het planetarium van Eisinga werkt met een slingeruurwerk.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Op de Werelderfgoedlijst van Unesco staan geen plekken in Nederland.

A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent onheilspellend?
(regel 6)
A
boeiend
B
dreigend
C
kloppend
D
schijnend

Slide 10 - Quizvraag

In welke zin wordt uitgelegd wat de ‘onheilspellende verhalen’ waren?
A
Zin 1: In 1744...
B
Zin 2: Daar geloofde ...
C
Zin 3: Daarom bouwde
D
Zin 4: Zo kon ...

Slide 11 - Quizvraag

Waarom kon niet iedereen boeken lezen in die tijd?
(regel 13-14)
A
lastig te krijgen + duur
B
geen zin om te lezen + te duur
C
mensen moesten werken dus geen tijd
D
alleen verkrijgbaar voor hoogbegaafde kinderen

Slide 12 - Quizvraag

Waarom maakten veel mensen
zich grote zorgen over het Einde der tijden?
A
Omdat ze de dominee geloofden.
B
Omdat ze Eise Eisinga geloofden.
C
Omdat ze in de wetenschap geloofden.
D
Omdat ze zelf kritisch nadachten.

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent omvangrijk?
(regel 25-26)
A
heel groot
B
heel zwaar
C
nutteloos
D
simpel

Slide 14 - Quizvraag

Kijk in het stukje Het planetarium. Welke zin past het beste als laatste zin van dit stukje?
A
De aarde verbrandde in de zon.
B
De dominee kreeg gelijk.
C
De wereld verging niet.
D
De mensen werden boos.

Slide 15 - Quizvraag

Welke twee vragen worden beantwoord in het stukje met het kopje Werelderfgoedlijst?
A
Hoe lang heeft het geduurd om het planetarium op de werelderfgoedlijst te krijgen?
B
Hoeveel plekken staan er op de Werelderfgoedlijst?
C
Wat betekent het als een plek op de Werelderfgoedlijst staat?
D
Welke andere planetaria staan er op de Werelderfgoedlijst?

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een planetarium?
A
Een plek waar je planeten kunt aanraken.
B
Een model van ons zonnestelsel.
C
Een telescoop om de maan te bekijken.
D
Een museum over de geschiedenis van de aarde.

Slide 17 - Quizvraag

Waarom mocht Eise Eisinga niet verder leren na de lagere school?
A
Omdat hij niet slim genoeg was.
B
Omdat hij liever thuis wilde werken.
C
Omdat hij moest helpen met het werk thuis.
D
Omdat er geen scholen in zijn dorp waren.

Slide 18 - Quizvraag

Waarom waren mensen in 1774 bang volgens de tekst?
A
Omdat er een voorspelling was dat de aarde zou vergaan.
B
Omdat Eise Eisinga bang was voor de sterren.
C
Omdat er een voorspelling was dat er buitenaardse wezens zouden landen.
D
Omdat er een voorspelling was dat er een meteoriet op aarde zou inslaan.

Slide 19 - Quizvraag

Waarom besloot Eise Eisinga een planetarium te bouwen?
A
Omdat hij een beroemd wilde worden.
B
Omdat hij bange mensen gerust wilde stellen.
C
Omdat hij graag de koning van Nederland wilde ontmoeten.
D
Omdat hij zijn huis wilde versieren met sterren.

Slide 20 - Quizvraag

Hoe lang duurde het om het planetarium van Eise Eisinga te bouwen?
A
Zeven dagen.
B
Zeven maanden.
C
Zeven jaar.
D
Zeven eeuwen.

Slide 21 - Quizvraag

Waar bevond Eise Eisinga zijn planetarium?
A
In een speciaal planetariumgebouw in Amsterdam.
B
In zijn eigen woonkamer in Franeker.
C
In een groot kasteel in Friesland.
D
In een museum in Rotterdam.

Slide 22 - Quizvraag

Hoe reageerde koning Willem de Eerste op het Eise Eisinga Planetarium?
A
Hij kocht het planetarium en liet het slopen.
B
Hij was onder de indruk en kocht het voor Nederland.
C
Hij lachte erom en vond het belachelijk.
D
Hij negeerde het planetarium volledig.

Slide 23 - Quizvraag

Wat is Unesco?
A
een televisieprogramma over planeten en sterren.
B
een organisatie die belangrijke monumenten erkent.
C
een beroemd planetarium in Frankrijk.
D
een Nederlands museum dat planeten en sterren tentoonstelt.

Slide 24 - Quizvraag

Waarom zijn de mensen van het museum trots volgens de tekst?
A
Omdat ze de grootste collectie meteorieten ter wereld hebben.
B
Omdat ze het oudste museum van Nederland beheren.
C
Omdat het Planetarium op de Werelderfgoedlijst staat.
D
Omdat ze elke dag gratis ijsjes uitdelen aan bezoekers.

Slide 25 - Quizvraag

Welke andere plekken in Nederland staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco?
A
de Eiffeltoren
B
de piramides van Egypte
C
de Big Ben
D
de molens van Kinderdijk

Slide 26 - Quizvraag

Wat omvat het zonnestelsel?
A
Alles wat rond de maan draait.
B
Alles wat rond de aarde draait.
C
De zon en alles wat om de zon heen draait, zoals planeten.
D
Alleen de planeten Mercurius, Venus, de aarde en Mars.

Slide 27 - Quizvraag

Wat is een monument?
A
Een modern gebouw met veel technologie.
B
Een gebied waar niets mag worden gebouwd.
C
Een gebouw of een gebied dat bewaard moet worden vanwege zijn historische waarde.
D
Een groot gebouw voor sportevenementen.

Slide 28 - Quizvraag