BVJ 6.4/7.4 Energie

7.4 Energie
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

7.4 Energie

Slide 1 - Tekstslide

Even herhalen

Slide 2 - Tekstslide

Leg uit wat duurzame ontwikkeling is:

Slide 3 - Open vraag

Wat zijn twee oorzaken van milieuprobemen?

Slide 4 - Open vraag

Wat is kunstmatige inseminatie (ki)?

Slide 5 - Open vraag

Wat gebeurt er bij veredeling?

Slide 6 - Open vraag

Benoem vormen van landbouw waarbij minder stoffen aan het milieu worden onttrokken of toegevoegd:

Slide 7 - Open vraag

Leerdoelen
6.4.1 Je kunt de belangrijkste energiebronnen noemen met hun voordelen en nadelen.

Slide 8 - Tekstslide

Wanneer gebruik jij energie?

Slide 9 - Woordweb

De belangrijkste energiebronnen

Slide 10 - Tekstslide

Fossiele brandstof
Fossiele brandstoffen: brandstof die miljoenen jaren geleden is ontstaan uit resten van dode planten en dieren. 

Voorbeelden: aardgas, aardolie en steenkool. 
Voordelen: het winnen ervan is goedkoop. Ze zijn gemakkelijk te gebruiken en te vervoeren.
Nadelen: Koolstofdioxide is een broeikasgas, de afvalstoffen veroorzaken luchtvervuiling, uitputting van de aarde. 

Slide 11 - Tekstslide

Vorming van fossiele brandstoffen.
Dit duurde miljoenen jaren.

Al die tijd zat de koolstof onder de grond.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

broeikaseffect: wat was het ook al weer...

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Kernenergie 
Kernenergie: bij het splitsen van atoomkernen komt veel warmte vrij. Hiermee wordt in een kerncentrale electriciteit opgewekt. Hiervoor is uranium nodig.

Voordelen: geen luchtverontreiniging, geen koolstofdioxide, veel energie
Nadelen: radioactief afval: een deel wordt hergebruikt. De rest is nog tienduizenden jaren gevaarlijk. Bij een kernongeval kans op radio actieve straling dat weefsel en DNA kan aantasten en kanker kan veroorzaken. Voorraad uranium kan uitgeput raken. 


Slide 16 - Tekstslide

Duurzame energiebronnen
Duurzame energiebronnen: energie uit energiebronnen die niet opraken en die geen vervuiling veroorzaken.

Voorbeelden: Windenergie, zonne-energie, aardwarmte en waterkracht.
Voordelen: deze energiebronnen raken niet op en ze veroorzaken geen milieuvervuiling.
Nadelen: er is niet altijd genoeg zon en wind om voldoende energie op te wekken, geen mooi aanzicht. 


Slide 17 - Tekstslide

Duurzame energiebronnen
zonne-energie: energie door zonnestraling.
windenergie: energie door de wind.
waterkracht: energie van stromend water in een rivier.
getijdenenergie: energie van stromend water bij eb en vloed. 
warmte: warmte van diep in de aarde of uit de omgeving wordt gebuikt om gebouwen te verwarmen. 

biobrandstof: brandstof door verbranding van biomassa (energierijke stoffen in planten en dieren). 

Slide 18 - Tekstslide

zonneboiler voor warm water
zonnepanelen voor elektriciteit
De zon is niet altijd beschikbaar

Slide 19 - Tekstslide

Windmolens: bewegingsenergie wordt omgezet in elektriciteit
Werkt alleen als het waait, horizonvervuiling, slagschaduw, bromtoon
Daarom windmolenparken op de Noordzee

Slide 20 - Tekstslide

Waterkracht: vroeger met watermolens, bv om hout te zagen
kan bij hoogteverschillen in rivieren, in NL is het te vlak voor grote stuwdammen
Stuwdam in de Rijn

Slide 21 - Tekstslide

Getijdenenergie: de stroming van water tussen eb en vloed wordt gebruikt om electriciteit op te wekken
Kleine getijdencentrales bij Texel en in de Oosterscheldekering
kleine getijdencentrales bij Texel

Slide 22 - Tekstslide

aardwarmte wordt gebruikt om water op te warmen
een warmtepomp haalt warmte uit de omgeving (de lucht, de bodem of het grondwater) en geeft dit in je huis af

Slide 23 - Tekstslide

Verbranden, vergisten of vergassen van biomassa (energierijke stoffen in planten en dieren) waarbij energie, en biogassen vrijkomen

Is het wel duurzaam?

Soms worden bomen gekapt om ruimte te maken voor landbouwgrond voor biomassa

Bij verbranding komt evenveel koolstofdioxide vrij als de planten hebben opgenomen. Dus tijdelijk extra CO2 in de lucht.

Slide 24 - Tekstslide

Van biomassa wordt ook vloeibare brandstof gemaakt. 

Bio-ethanol wordt vermengd met benzine zodat minder aardolie nodig is

Slide 25 - Tekstslide

Aan de slag
Maken en nakijke/ verbeteren 'Energie'
timer
20:00

Slide 26 - Tekstslide

Leerdoelen
6.4.1 Je kunt de belangrijkste energiebronnen noemen met hun voordelen en nadelen.

Slide 27 - Tekstslide

1. Geef een voorbeeld van fossiele brandstof

Slide 28 - Open vraag

2. Wat is een groot nadeel van kernenergie?

Slide 29 - Open vraag

3. Waarom heeft duurzame energie niet alleen maar voordelen?

Slide 30 - Open vraag

4. Wat is duurzame energie?

Slide 31 - Open vraag

Opdracht
Je krijgt zo een werkblad. In twee of drietallen bespreek je de punten op het werkblad, zodat ieder in je groepje het kan vertellen (schrijf het op om te onthouden). Hier krijg je 5 min de tijd voor. Daarna doen we een soort quiz met de antwoorden die je hebt opgeschreven. 

Slide 32 - Tekstslide

Afsluiten
Hoe ging de les?
Huisewerk 'Energie'
Volgende keer: Klimaatverandering

Slide 33 - Tekstslide