Les 3.4 Kosten levensonderhoud

Kosten levensonderhoud
Boek Leefomgeving MZ
Thema 4 Ondersteunen vd cliënt bij geldzaken
 Hfst 12. Kosten levensonderhoud
12.1 Inleiding
12.2 Kosten levensonderhoud
12.3 Wat komt er binnen?
12.4 Wat gaat er uit?
12.5 Begroting
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Wonen en HuishoudenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kosten levensonderhoud
Boek Leefomgeving MZ
Thema 4 Ondersteunen vd cliënt bij geldzaken
 Hfst 12. Kosten levensonderhoud
12.1 Inleiding
12.2 Kosten levensonderhoud
12.3 Wat komt er binnen?
12.4 Wat gaat er uit?
12.5 Begroting

Slide 1 - Tekstslide

Hoeveel geld heb je per maand
nodig om zelfstandig van te leven?

Slide 2 - Woordweb

Welke kosten heb je dan elke maand?

Slide 3 - Open vraag

Kosten levensonderhoud
Vaste lasten zoals:  
**Wonen - huur of hypotheek
                     - inboedel-, en/of opstal verzekering,                              
                     - Internet, Tv, kabel, telefoon, 
                     - Gem. belastingen, 
                     - Energiekosten,
**Persoonlijke -Diverse verzekeringen, Ziektekosten, WA, uitvaart, etc.
                                - Contributies, abonnementen, 
                                - Vervoer

Slide 4 - Tekstslide

Gas, water, licht, huur/hypotheek vallen onder:
A
woonlasten
B
persoonlijke lasten
C
verzekeringen
D
heffingen

Slide 5 - Quizvraag

Welke heffingen en belastingen ken jij ?

Slide 6 - Woordweb

Heffingen en belastingen (Gemeentelijke)

- Afvalstoffenheffingen (vuilnis) 
- Rioolheffing of zuiveringsheffing  (onderhoud en     aanleg van riolen)
- Waterschapsbelasting (dijken en afwatering)
- Onroerend Zaak / Goed (WOZ, bij eigen woning) 
- Parkeren
- Honden

Slide 7 - Tekstslide

Welke verzekering is verplicht ? Ziektekostenverzekering, Wettelijke Aansprakelijkheid, Inboedel, Opstal, Uitvaart, Rechtsbijstand
A
Ziektekosten en Inboedel en Opstal
B
Ziektekosten en W.A.
C
Ziektekosten, W.A. en Uitvaart
D
Geen enkele

Slide 8 - Quizvraag

Wat zijn Huishoudelijke uitgaves?

Slide 9 - Woordweb

Variabele kosten
Huishoudelijke uitgaven; - eten en drinken, 
- toiletartikelen, - schoonmaakmiddelen-materialen,
- pers. verzorging, b.v. kapper, - cadeautjes, - bankkosten, 
- verz. huisdieren, - zakgeld, - collectes

Slide 10 - Tekstslide

Reserveringskosten of...een spaarpotje
Naast je vaste lasten heb je ook variabele uitgaves zoals:
* Kleding en schoenen
* Inrichting huis
* Eigen bijdrage medicijnen
* Vakantie
* extra sparen
*..............

Slide 11 - Tekstslide

Wat komt er binnen? 
  • Salaris, loondienst of ondernemer
  • Bijversiensten
  • Uitkering
  • Vakantiegeld
  • Bijstand
  • Kinderbijslag
  • Toeslagen
  • Alimentatie, Belastingteruggave, Rente op spaargeld


Slide 12 - Tekstslide

Het loonstrookje 
Verschillend  per werkgever, verandert onder invloed van CAO en wetgeving.
* Naam werkgever en werknemer en BSN werknemer
* Periode zoals de maand waarin gewerkt is
* Bruto maandsalaris ( netto is het loon wat uitbetaald wordt)
* Brutoloon is opgebouwd uit: basisloon, overwerk, vakantiegeld, bonussen, dertiende maand
* Evt. onkostenvergoedingen, verrekeningen en inhoudingen -- woon-werkverkeer, koffie/thee
*Loonheffingen, voor loonbelasting, volksverzekeringen, werknemersverzekeringen, inkomensafhankelijke bijdrage ZKV ( worden aan overheid en ziektekostenverzekeraar afgedragen)
* heffingskorting ( belastingvoordeel)
* Pensioen

Slide 13 - Tekstslide

Op welke huishoudelijke kosten kun je het beste bezuinigen?

Slide 14 - Open vraag

Premies voor de AOW en de WW worden ook door de werkgever betaald en vallen onder:
A
onkostenvergoeding
B
burgerservice
C
pensioenpremie
D
loonheffing

Slide 15 - Quizvraag

WW , AOW en de Bijstand
- Werkloosheidsuitkering ( meer dan een half jaar gewerkt en duurt drie maanden/meer dan 4 jaar gewerkt dan langer)
- Arbeids ongeschiktheidsuitkering ( WIA) Na twee jaar ziekte, want werkgever stopt dan met loondoorbetaling. Er zijn verschillende soorten uitkeringen: b.v. de WAJONG voor jongeren vanaf 18 jaar die nooit hebben kunnen werken of tijdens studie arbeidsongeschikt werden

Slide 16 - Tekstslide

De bijstand
Voor mensen die onvoldoende inkomen hebben of geen vermogen en geen recht hebben op andere uitkering. ( WWB) 
De aanvrager moet laten zien dat hij/zij 4 weken lang zich heeft ingespannen om werk te zoeken/vinden.
Mensen met eigen vermogen of eigen huis krijgen geen bijstand.

Slide 17 - Tekstslide

Wat gaat er uit?
Vaste lasten
Variabele lasten (Huishoudelijke uitgaven)
Reserveringsuitgaven
Wat houdt je per maand over???
Om zicht te krijgen op je uitgaven, kun je een administratie bijhouden. Weten wat je per maand/ per week kan uitgeven,
Kasboek bijhouden ------> Begroting maken.

Slide 18 - Tekstslide

Begroting per maand/jaar
Inkomsten
Uitgaven
salaris/uitkering/bijstand
huur / hypotheek
bijverdiensten
Energiekosten
kinderbijslag
Verzekeringen
Toeslagen
belastingen
Vakantiegeld
huishoudgeld
reserveringen

Slide 19 - Tekstslide

Nibud

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Huiswerk
Maak de verwerkingsopdrachten in de digitale leeromgeving.
Boek Leefomgeving MZ
Hfst 12
Opdracht 1 t/m 5d
Ga naar de site van het NIBUD en bekijk hoe je een een maandbegroting maakt.
Bereken het zelf - Alle tools - naar beneden scrollen - maandbegroting maken. 

Slide 22 - Tekstslide