Module 2 - Communicatie - Les 1

COMMUNICATIE 2





Docent: Wies Welhuis
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

COMMUNICATIE 2





Docent: Wies Welhuis

Slide 1 - Tekstslide

Eindopdracht

De student maakt de oefenopdracht uit de DIGIBIB serie 2021 horend bij werkproces B1-K1-W6 op het niveau van toepassen

Slide 2 - Tekstslide

Inleveren
  • E-learnings
  • Deelopdracht 1 met 2 smartdoelen
  • Deelopdracht 3, peerfeedback ...Bijlage 1 format peerfeedback
  • Digibib opdracht
  • Beoordeling Docent

Slide 3 - Tekstslide

Wat is communicatie?
Communicatie is het overbrengen van informatie van de een naar de ander.




Bij communicatie gaat het altijd om het uitwisselen van woorden en signalen tussen mensen. Dat kan rechtstreeks, maar steeds vaker gebruiken we hulpmiddelen als e-mail, internet etc.

Slide 4 - Tekstslide

"Je kunt niet niet communiceren"

Slide 5 - Tekstslide

De beroepskracht VIG luistert aandachtig naar een cliënt die vertelt over zijn thuissituatie.

Is hier sprake van communicatie?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

De praktijkopleider geeft feedback aan de stagiaire die onderuitgezakt zit en boos kijkt.

Is hier sprake van communicatie?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

De praktijkopleider maakt middels een gebaar duidelijk dat de student nog even moet wachten op de gang.

Is hier sprake van communicatie?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

De docent mailt een student dat zij een onvoldoende heeft voor haar opdracht.

Is hier sprake van communicatie?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Dirk zegt tegen collega Elya: 'Ik ga zo meneer Driesen helpen. Help jij mevr. Reus?'



Wie is de zender? Wie is de ontvanger? Wat is de boodschap?

Slide 11 - Tekstslide

Interactie
Is een ander woord voor wisselwerking, wederzijdse beïnvloeding.

Bij interactie reageert de een op de ander en gaan boodschappen heen en weer.

Slide 12 - Tekstslide

Medium
Communicatie kan direct plaatsvinden tussen twee mensen, maar communicatie kan ook indrect plaatsvinden. Er is dan sprake van een medium.

Een medium is een informatiedrager die zorgt voor de overdracht van de boodschap.

Wat zijn voordelen? Wat zijn nadelen?

Slide 13 - Tekstslide

Feedback
Feedback is het terugkoppelen van informatie van de ene persoon naar de andere, waarbij duidelijk gemaakt wordt hoe de boodschap (of het gedrag) van de een op de ander overkomt. 

Mondelinge communicatie zonder feedback stopt vrijwel meteen. Als zender heb je namelijk behoefte aan feedback, al zijn het maar kleine geluidjes zoals 'hmm' of knikjes van het hoofd.

Slide 14 - Tekstslide

Soorten communicatie
  1. Eenzijdige communicatie
  2. Tweezijdige communicatie
  3. Verbale communicatie
  4. Non-verbale communicatie

Slide 15 - Tekstslide

Eenzijdige communicatie

  • Eenrichtingsverkeer
  • De zender is nooit tegelijk de ontvanger
  • Vaak via een tussenweg en niet rechtstreeks
Tweezijdige communicatie

  • De ontvanger heeft de mogelijkheid om te reageren op wat de ander zegt
  • Er is sprake van interactie

Slide 16 - Tekstslide

Verbale communicatie

Verbale communicatie is de communicatie waarbij iemand met woorden (gesproken of geschreven) informatie overbrengt.
Non-verbale communicatie

Alle communicatie die niet via woorden verloopt, valt onder non-verbale communicatie.

  • Bewust: Bijv.: zwaaien
  • Onbewust: Bijv.: Zweten, blozen

Slide 17 - Tekstslide


A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 18 - Quizvraag


A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

De vaardigheden op een rij
  1. Niet invullen wat je niet weet 
  2. Gevoelsreflectie
  3. Aandachtgevend gedrag
  4. Actief luisteren
  5. Confronteren
  6. Open en gesloten vragen
  7. Kennis hebben van gesprekssoorten

Slide 21 - Tekstslide

1. Niet invullen wat je niet weet
Oefening:
Stel mij vragen over mijn getekende huis. Probeer hetzelfde huis te tekenen.
timer
2:30

Slide 22 - Tekstslide