Bedenk met maximaal 4 leerlingen samen een verhaal.
Maak gebruik van de gevarensymbolen om een persoon, een plaats een moordwapen en een reddingspoging te verwerken.
Vertel niet letterlijk in je verhaal welk symbolen jullie gekozen hebben.
Over 10 minuten worden alle verhalen voorgelezen en raadt de rest van de klas welke symbolen jullie gekozen hebben.