Les 3. Basisstof 3. Nieuwe soorten ontstaan

Basisstof 3. Nieuwe soorten ontstaan 

  • Huiswerk nakijken 
  • Basisstof 3
  • Huiswerk maken 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Basisstof 3. Nieuwe soorten ontstaan 

  • Huiswerk nakijken 
  • Basisstof 3
  • Huiswerk maken 

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling
  • Wat wordt er bedoeld met de genenpool?

  • Wat wordt er bedoeld met de allelfrequentie?

Slide 2 - Tekstslide

Basisstof 2. Soorten veranderen
Genenpool: de verzameling van alle genen  (allelen) in een populatie. 

De omvang van de genenpool is een maat voor de genetische variatie in een populatie:   als er van 1 gen maar 1 allel voorkomt ,  kan er geen natuurlijke selectie met betrekking tot dit allel plaatsvinden.

Voorbeeld: bij beren het gen voor de haarkleur ,  allelen 1 = bruin. Dan geen variatie. Zijn er meerdere allelen, bruin, lichtbruin, wit. Dan is er variatie en kan er natuurlijke selectie plaatsvinden. 

Slide 3 - Tekstslide

Als er geen selectiedruk optreedt, worden alle allelen op een willekeurige manier doorgegeven aan de nakomelingen. 

De kans dat een bepaald allel wordt doorgegeven aan de volgende generatie is groter naarmate het allel vaker in de populatie voorkomt. 

Elk allel heeft binnen een populatie een eigen allelfrequentie, ook wel genfrequentie genoemd. 
Binnen een populatie blijft, als er geen beïnvloedende factoren zijn, de allelfrequentie van een bepaald allel constant.
  
Verschillende allelen van een gen kunnen echter leiden tot verschillen in overlevingskans voor het individu. In dat geval zal in een populatie door natuurlijke selectie de allelfrequentie toenemen van het allel dat de hoogste overlevingskans geeft.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Het verschijnsel dat in kleine populaties door toeval grote verschuivingen in allelfrequenties kunnen optreden wordt genetic drift genoemd.
Het verschijnsel dat in kleine populaties door toeval grote verschuivingen in allelfrequenties kunnen optreden wordt genetic drift genoemd.

Slide 6 - Tekstslide

We hebben het vaak over selectiedruk in de evolutie. Wanneer is de selectiedruk laag?

Slide 7 - Open vraag

Leg uit wat genetic drift inhoudt.

Slide 8 - Open vraag

Wanneer is er dan een hoge selectie druk?

Slide 9 - Open vraag

Basisstof 3. Nieuwe soorten ontstaan
In basisstof 1 zag je in het filmpje over Darwin het voorbeeld van de Darwin
vinken. 

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kon Darwin aan deze vinken zien dat er sprake is van evolutie/survival of the fittest? Leg je antwoord uit.

Slide 11 - Open vraag

Darwin vinken 
De Darwin vinken lijken sterk op elkaar. Alleen de bouw van de snavel is verschillend. Darwin veronderstelde dat deze vinken uit één soort voorouder zijn ontstaan. Waarschijnlijk is miljoenen jaren geleden een kleine groep vinken van het vasteland van Zuid-Amerika op de eilanden terechtgekomen. Er heeft adaptatie plaatsgevonden: de bouw van de snavel is aangepast aan het beschikbare voedsel en dit is op de diverse eilandjes verschillend.

Slide 12 - Tekstslide

We hebben in voorgaande lessen gezien dat:

- Elk allel heeft binnen een populatie een eigen allelfrequentie/genfrequentie heeft.
 
- Binnen een populatie blijft, als er geen beïnvloedende factoren zijn, de allelfrequentie van een bepaald allel constant.

Om de allelfrequentie te veranderen is reproductieve isolatie nodig tussen populaties van dezelfde soort: gedurende een lange tijd geen voortplanting tussen populaties, er vindt geen uitwisseling van genen plaats. Mutaties in de ene populatie bereiken de andere populatie niet, hierdoor ontstaan verschillen.  

Slide 13 - Tekstslide

Isolatie
Als verschillende vormen van een soort van elkaar gescheiden raken noem je dat isolatie. Dit kan bijvoorbeeld komen door een rivier, een zee, ijs, bergen of een woestijn. 

De vormen zullen dan steeds meer van elkaar gaan verschillen omdat ze zich gedurende lange tijd aanpassen aan de omgeving.

Zo ontstaan er twee verschillende soorten. Deze kunnen geen vruchtbare nakomelingen voortbrengen. (Zie filmpje over beren)

Slide 14 - Tekstslide

Een andere vorm van isolatie is geografische isolatie. Hierbij vindt er ook geen uitwisseling van genen plaats, maar in dit geval komt dat door de omgeving. 
Bv. een bergketen die 2 populaties afzondert, of een populatie verplaatst zich naar een eiland. 

Reproductieve isolatie kan ook plaatsvinden door verschillen in gedrag

Slide 15 - Tekstslide

Wat is reproductieve isolatie?

Slide 16 - Open vraag

Wat is geografische isolatie?

Slide 17 - Open vraag

Huiswerk 
VSR methode


Maken opdracht 4 


Slide 18 - Tekstslide