Keuzes maken in je leven, wat is goed en wat is fout.
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Beroepsethiek
Keuzes maken in je leven, wat is goed en wat is fout.
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Welke keuze zou je maken
Slide 3 - Woordweb
In je werk handel je ethisch en integer.
Je doet je werk goed en houdt rekening met de verwachtingen en behoeften van de cliënt.
Dagelijks moet je verschillende keuzes maken. Sommige zijn snel genomen, andere kosten wat meer tijd.
Slide 4 - Tekstslide
Ethiek
''Nadenken over wat goed en fout handelen is''
Is onderdeel van filosoferen.
(Grondlegger: Socrates, Athene 469 v.Chr.)
Slide 5 - Tekstslide
Ethiek
Nadenken over goede keuzes op grond van normen en waarden:
van jezelf
die van de cliënt,
die van de mantelzorger
en de instelling.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
00:24
Wat zou jij doen
Slide 8 - Open vraag
01:20
Wat valt je op in de antwoorden van de mensen die in beeld waren.
Slide 9 - Open vraag
Geweten
De normen, de regels die je van huis uit hebt geleerd, heb je je eigen gemaakt. Tijdens de opvoeding worden de regels ingeprent in het bewustzijn van het kind. Er vormt zich een geweten. Geweten is iets in ons dat zegt wat goed of slecht is. Een soort moreel besef.
Slide 10 - Tekstslide
Geweten 2
Een belangrijk onderdeel van het geweten bestaat uit geboden en verboden:
zoals niet liegen,
niet discrimineren,
je plicht doen,
naar je ouders luisteren, enzovoort.
Slide 11 - Tekstslide
Als professional lever je goede zorg, maar dit is meer dan alleen maar technisch de juiste handelingen uitvoeren. Het gaat over mensen, mensen met eigen waarden, normen, behoeften en verwachtingen.
Slide 12 - Tekstslide
Dilemma
Ongeacht de keuze die je maakt heeft het altijd vervelende gevolgen voor iemand.
Slide 13 - Tekstslide
Vier ethische waarden
1. Autonomie
zo veel mogelijk zelfstandigheid en eigen regie voor de cliënt
2. Niet schaden
Geen handelingen verrichten die schadelijk kunnen zijn voor de cliënt
3. Weldoen
Bijdragen aan het welzijn van de cliënt
4. Rechtvaardigheid
Gelijke behandeling voor de cliënten
Slide 14 - Tekstslide
Moreel dilemma
Elke dag kom je wel in aanraking met grote of kleine voorvallen waarbij je voor jezelf moeten bepalen wat goed is, minder goed of helemaal niet goed.
Een moreel dilemma is een keuzeprobleem, waarbij twee (ethische) waarden tegen elkaar worden afgewogen.
Slide 15 - Tekstslide
Mag je liegen om iemands leven te redden
Slide 16 - Open vraag
Mag je om iemand te helpen een belofte of contract breken?
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Video
Wat zou jij doen?
Slide 19 - Tekstslide
Verschil ethiek en moreel
Je ethisch gedragen” betekent dus dat je nadenkt over hoe je moet handelen.
“Je moreel gedragen” betekent dat je handelt volgens je eigen moraal. Handelen volgens je eigen moraal is iets dat je eigenlijk zonder nadenken moet kunnen. Het wordt pas spannend als je aan ethiek gaat doen.
Slide 20 - Tekstslide
Je bent aan rondtoeren en stopt bij een picknick plaats om iets te drinken. Op het moment dat je weer verder wil zie je een envelop liggen met iets er in. Dat blijkt 1000 euro in briefjes van 20 te zijn. Wat ga je doen.
Slide 21 - Open vraag
Ethische kwesties in de zorg
Het maakt niet uit welke keuze je maakt, je doet het altijd voor 1 partij niet goed:
Het gaat tegen je normen en waarden in.........................
of tegen de normen en waarden van de ander.
Slide 22 - Tekstslide
Ethische kwesties
Gelukkig hoef je je in het dagelijks werk niet steeds af te vragen welke handeling goed is en welke fout.
geldende wetgeving
een beroepscode
de beroepsethiek
protocollen en richtlijnen
aanvullende voorwaarden in een arbeidsovereenkomst.
Slide 23 - Tekstslide
Casus ethische kwesties in de zorg
Een zorgvrager heeft al 2 maanden nieuwe schoenen nodig. Haar man geeft aan dat er geen geld is en dat de ze nog even (weer) een maand moet wachten. Ze kan dus daardoor niet naar buiten. Jij weet dat deze man net een nieuwe TV heeft gekocht.
Slide 24 - Tekstslide
Wat doe je
A
Ik spreek de man er op aan dat hij net een nieuwe tv heeft gekocht.
B
Ik vertel de vrouw dat haar man net een nieuwe tv heeft gekocht.
C
Ik zeg niets en regel zelf wel nieuwe schoenen voor de mevrouw.
D
Ik bespreek het met de zoon van het echtpaar.
Slide 25 - Quizvraag
Casus ethische kwesties in de zorg
Je zorgvrager wordt behandeld met hele dure medicatie. Van deze medicatie is bekent dat er in combinatie met te veel suikers extra problemen met haar gezondheid kunnen ontstaan en dat de medicatie dan niet meer werkt. Op een avond roept de zorgvrager je op en vraagt of jij het slagroomgebakje voor haar wil pakken die nog in de koelkast staat. Haar kinderen hebben die voor haar meegenomen omdat ze die zo graag lust, ondanks dat ze weten at dit niet goed voor hun moeder is. Zelf kan ze niet bij de koelkast komen omdat ze niet uit bed kan komen.
Slide 26 - Tekstslide
Wat doe je en waarom?
Slide 27 - Open vraag
Slide 28 - Tekstslide
(extra slides indien tijd over)
Slide 29 - Tekstslide
Ethiek en niveaus
Gezonde zorg speelt zich af op drie niveaus.
Het niveau van de individu
Het niveau van de organisatie
Het niveau van de samenleving
Bij elk ethisch dilemma is het belangrijk dat je jezelf afvraagt op welk niveau dit dilemma zich afspeelt.
Slide 30 - Tekstslide
Voorbeeld 1
Een agressieve psychiatrische cliënt wordt langdurig opgesloten in de separeer, omdat hij een mogelijk gevaar vormt voor de andere cliënten in de instelling.
Organisatie niveau
Slide 31 - Tekstslide
Voorbeeld 2
Mogen we als maatschappij toestaan dat ouderen die vinden dat hun leven voltooid is, kiezen voor euthanasie?
Samenleving niveau
Slide 32 - Tekstslide
Voorbeeld 3
Wat doe je als je een terminaal zieke cliënt stiekem ziet roken? Spreek je hem aan op zijn gedrag of accepteer je dit?
Individu niveau
Slide 33 - Tekstslide
Voorbeeld
Het experiment waarbij een een groep jongeren indoctrineert met een verhaal over dat mensen met bruine ogen en bruin haar slechte mensen waren en dat ze compleet genegeerd en buitengesloten moesten worden. De studenten geloofden na enkele dagen ook echt dat deze mensen slecht waren.
Tijdens dit experiment was er sprake van het vervagen van grenzen , algemene waarden en normen. Er is onderzoek gedaan naar wat er voor heeft gezorgd dat de studenten ook daadwerkelijk deze docent zijn gaan geloven en de mensen met bruine haren en bruine ogen hebben genegeerd.
Dit experiment heb je gezien in de les en is ook een voorbeeld van ….. ethiek.