Oefentoets K4

Oefentoets K4
K2e
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Oefentoets K4
K2e

Slide 1 - Tekstslide

Das ist ... Fußball (m).
(zijn)

Slide 2 - Open vraag

Das sind ... Eltern (mv).
(onze)

Slide 3 - Open vraag

Das Gerrit Komrij College ist ... Schule (v).
(jullie)

Slide 4 - Open vraag

Wie heißt ... Kind (o).
(haar)

Slide 5 - Open vraag

Wer ist ... Lehrer (m)?
(jouw)

Slide 6 - Open vraag

Wo ist ... Haus (o)?
(hun)

Slide 7 - Open vraag

Ich finde ... Uhr (v) schön.
(uw)

Slide 8 - Open vraag

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
möchten
möchten
möchtet
möchtest
möchte
möchte

Slide 9 - Sleepvraag

Was ... du machen?
(möchten)

Slide 10 - Open vraag

Was ... Sie essen?
(möchten)

Slide 11 - Open vraag

Er ... Fußball spielen.
(möchten)

Slide 12 - Open vraag

Ihr ... in die Schweiz fahren?
(möchten)

Slide 13 - Open vraag

in februari

Slide 14 - Open vraag

in april

Slide 15 - Open vraag

in juli

Slide 16 - Open vraag

in september

Slide 17 - Open vraag

in november

Slide 18 - Open vraag

op 7 januari

Slide 19 - Open vraag

op 17 maart

Slide 20 - Open vraag

op 10 juni

Slide 21 - Open vraag

op 28 augustus

Slide 22 - Open vraag

op 3 oktober

Slide 23 - Open vraag

das Geschenk

Slide 24 - Open vraag

teuer

Slide 25 - Open vraag

oder

Slide 26 - Open vraag

warten

Slide 27 - Open vraag

die Sprache

Slide 28 - Open vraag

plötzlich

Slide 29 - Open vraag

stattfinden

Slide 30 - Open vraag

einladen

Slide 31 - Open vraag

de broek

Slide 32 - Open vraag

de rokken

Slide 33 - Open vraag

het T-shirt

Slide 34 - Open vraag

de sokken

Slide 35 - Open vraag

op mijn verjaardag

Slide 36 - Open vraag

met Kerstmis

Slide 37 - Open vraag

Mijn spijkerbroek is nieuw.
A
Meine Jeans sind alt.
B
Meine Jeans sind neu.

Slide 38 - Quizvraag

Ja, we hebben ook maat 38.
A
Ja, wir haben auch Größe 38.
B
Ja, wir haben auch größe 38.

Slide 39 - Quizvraag

Fijne feestdagen!
A
Schöne Feiertage!
B
Frohe Feiertage!

Slide 40 - Quizvraag