Synoniemen, Homoniemen, Antoniemen en Eponiemen

Synoniemen, Homoniemen, Antoniemen en Eponiemen
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Synoniemen, Homoniemen, Antoniemen en Eponiemen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je synoniemen herkennen en gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over synoniemen, homoniemen, antoniemen en eponiemen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Synoniemen en voorbeelden
  • Synoniem: een woord dat (ongeveer) hetzelfde betekent als een ander woord

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Homoniemen en hun betekenissen
  • Homoniem: een woord dat hetzelfde is als een ander woord, maar een andere betekenis heeft

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antoniemen en hun toepassingen
  • Antoniem: een woord met een betekenis die het tegenovergestelde is van een ander woord

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eponiemen en hun herkomst
  • Eponiem: een woord dat afgeleid is van een persoonsnaam

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Definities
Synoniem: een woord dat (ongeveer) hetzelfde betekent als een ander woord
Homoniem: een woord dat hetzelfde is als een ander woord, maar een andere betekenis heeft
Antoniem: een woord met een betekenis die het tegenovergestelde is van een ander woord
Eponiem: een woord dat afgeleid is van een persoonsnaam

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 9 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 10 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.