Week 3, les 1 Werkwoordspelling pv tt en pv vt

Mooi Nederland(s)
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Mooi Nederland(s)

Slide 1 - Tekstslide

Gemompel

Kijk hem met z'n bloemen
Nou denk je hij heeft succes gehad
of een rijke bewonderaar.
Maar reken maar dat ze elke avond dezelfde bos krijgen
op alle bühnes van het land
rozen van plastic
voor de goedkoopte.

Slide 2 - Tekstslide

Vorige keer een rommelige les
Hitte
Vermoeidheid
WiFi-problemen
Geen kopie van schema

Slide 3 - Tekstslide

Hoge scores bij de opdrachten!

Slide 4 - Tekstslide

Werken in stilte. 
timer
15:00
iPad / oortjes / pen / schrift / werkboekje werkwoordspelling

Slide 5 - Tekstslide

Instructiemoment
pen / papier / aandacht

Slide 6 - Tekstslide

1. Benoem welke werkwoordsvorm je moet invullen.
2. Spel het werkwoord op de juiste manier. 
Als er een ramp [gebeuren], [gebeuren] hij altijd vlak nadat er een andere ramp is [gebeuren]. Zo'n noodlottige situatie [optreden] namelijk op in groepen, hij [verschijnen] nooit alleen. Dat [beseffen] ik vroeger nooit.

Slide 7 - Tekstslide

1. Benoem welke werkwoordsvorm je moet invullen.
2. Spel het werkwoord op de juiste manier. 
Als er een ramp GEBEURT (PV TT), GEBEURT (PV TT) hij altijd vlak nadat er een andere ramp is GEBEURD (VT. DLW). Zo'n noodlottige situatie TREEDT (PV TT) namelijk op in groepen, hij VERSCHIJNT (PV TT) nooit alleen. Dat heb ik eigenlijk nooit BESEFT (VT.DLW).

Slide 8 - Tekstslide

1. Benoem welke werkwoordsvorm je moet invullen.
2. Spel het werkwoord op de juiste manier. 
In de regel [flembaggen] een klein kind vaak als het heeft [boemtakken].

Slide 9 - Tekstslide

1. Benoem welke werkwoordsvorm je moet invullen.
2. Spel het werkwoord op de juiste manier. 
In de regel flembagt een kleine kind vaak als het heeft geboemtakt.

Slide 10 - Tekstslide

Werken (overleggen mag)
iPad / oortjes / pen / schrift / werkboekje werkwoordspelling

Slide 11 - Tekstslide