Veel water opgeslagen in ijskap op Gondwana, hierdoor een lage zeespiegel
-> Bij een lage zeespiegel is veel land ‘boven water’. Hierdoor veel verwering en erosie
-> Het afbraakmateriaal werd door rivieren in de zee afgezet
-> Flora en fauna in de oceanen gebruikten deze voedingsstoffen en groeiden flink
-> Sterke plantengroei leidt tot de onttrekking van CO2 aan de atmosfeer (fotosynthese)
-> Minder CO2 in de atmosfeer betekent een vermindering van het broeikaseffect en leidt tot afkoeling
-> IJskappen groeide en de zeespiegel daalde nog meer.