Les 6

Les 6
Het meervoud van mensen en dingen (1)
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Les 6
Het meervoud van mensen en dingen (1)

Slide 1 - Tekstslide

De kinderen spelen buiten.
... spelen buiten.

Slide 2 - Woordweb

De man komt nog niet.
... komt nog niet. (Hij, Zij of Het)

Slide 3 - Open vraag

Wat zijn dit?

a, e, i, o, u, y
A
klinkers
B
medeklinkers

Slide 4 - Quizvraag

Wat zijn dit?

b, c, d, f, g
A
klinkers
B
medeklinkers

Slide 5 - Quizvraag

in de klas/ jeff en vadym/ zitten

Slide 6 - Woordweb

na school/ de leerlingen/ naar het park/ gaan

Slide 7 - Open vraag

Het meervoud van mensen en dingen
meervoud= ?

Slide 8 - Tekstslide

Het meervoud van mensen en dingen
meervoud= meer dan één

de docent - twee docenten
de cursist - de cursisten
de stoel - drie stoelen
het woord - twintig woorden 
de punt - twee punten 

Slide 9 - Tekstslide

Het meervoud van mensen en dingen
Veel woorden hebben in het meervoud -en.

Kijk goed:
Klassen, lessen, zinnen, bossen, kussen: twee medeklinkers na a, e, i, o, u in een kort woord.

Slide 10 - Tekstslide

Welke letter hoort er niet bij?
r, k, h, g, i, j, c, b, l

Slide 11 - Open vraag

Woord met twee medeklinkers na a, e, i, o, u in een woord.

Slide 12 - Woordweb

aa, ee, oo, uu gevolgd door één medeklinker wordt in het meervoud a, e, o, u. 

het raam - de ramen
het been - de benen
het brood - de broden
de muur - de muren 


Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld meervoud met aa, ee, oo, uu

Slide 14 - Woordweb

Let op!
De kaart - de kaarten
het paard - de paarden

Twee medeklinkers na de a!

Slide 15 - Tekstslide

Let op!
De brief - de brieven

het huis - de huizen 

de f word in het meervoud een v
de z wordt in het meervoud een z

Slide 16 - Tekstslide

enkelvoud naar meervoud:
de kast -

Slide 17 - Open vraag

enkelvoud naar meervoud:
de stoel - de stoelen

Slide 18 - Open vraag

enkelvoud naar meervoud:
de vloer -

Slide 19 - Open vraag

enkelvoud naar meervoud:
de bal -

Slide 20 - Open vraag

enkelvoud naar meervoud:
het huis -

Slide 21 - Open vraag

enkelvoud naar meervoud:
de baas -

Slide 22 - Open vraag

Doen!
Maak oefening 14, 15, 16 en 17 op pagina 28 en 29.

Klaar? Leer de theorie van les 1 tot en met 5. 
Klaar met leren? Maak de online opdrachten van h,z,s of Zebra.

Slide 23 - Tekstslide