VK2 - 18-01-24

Welcome
18-01-24
Turn off your phone and put it in the phonebag.
Take out your books + laptop.

Start reading, in silence
timer
5:00
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welcome
18-01-24
Turn off your phone and put it in the phonebag.
Take out your books + laptop.

Start reading, in silence
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Theorie:
Door iedere les op dezelfde manier te starten zorg ik voor voorspelbaarheid, wat volgens de theorie (Teitler, 2019, p. 166 & p. 170) voor rust zou moeten zorgen.
Today
- Startup
- Learning objectives
- Homework check
- Recap lesson 4 - Check lesson 4
- Recap lesson 5 - Check lesson 5
- Blooket (if time left)
- Check L.O.
- Goodbye

Slide 2 - Tekstslide

Theorie
- Structuur
 Iedere les bespreken we ná het 5 minuten stil lezen de opbouw van de les. Deze structuur is nodig voor de leerlingen omdat de meeste leerlingen moeite hebben met het plannen, bewaken, afstemmen, controleren en evalueren.
Door dagelijks de planning door te nemen én te visualiseren help in de leerlingen structuur aan te brengen in hun leerproces ( Geert & Kralingen, Van, 2018, p. 417)

- Duidelijke communicatie over verwachtingen
Learning objective
- You have checked your answers to the made exercises and understand what went wrong.

Slide 3 - Tekstslide

Theorie
- De docent helpt de leerling het nut inzien van de lesstof/leerstof door de leerdoelen te communiceren met de leerlingen. Doordat er voor een leerling betekenis hangt aan het leren van de stof, kan hij beter leren en onthouden. (Geerts en Van Kralingen, 2018, pp. 109 en 112)


Homework check + missed tests
- ReadTheory

- Lesson 5 > for those who had not finished it.

- Missed tests 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Recap lesson 4

- Vocab: clothes shopping.
- Grammar: quantities; much, many, a little. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe weet je of een zelfstandig naamwoord telbaar is?
A
Wanneer het z. nw. altijd in enkelvoud staat.
B
Wanneer je 'little' ervoor kunt zetten.
C
Je kan er 'two' voor zetten.
D
Je kan er 'one' voor zetten

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je 'many'
A
Tijd komt voor plaats
B
Plaats komt voor tijd
C
Tijd en plaats niet in éen zin.
D
Tijd mag alleen middenin de zin staan.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je 'many'
A
Alleen als je telbare woorden hebt.
B
Many is geen woord.
C
Bij telbare en niet-telbare woorden.
D
Alleen als je niet-telbare woorden hebt.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste betekenis van:
a few
A
veel
B
een beetje
C
weinig
D
een paar

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de goede vertaling volgens het boek voor:
essential
A
schoeisel
B
tweedehands
C
slobberig
D
noodzakelijk

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de goede vertaling volgens het boek voor:
terugbrengen
A
to return
B
socks
C
sunglasses
D
to choose

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de goede vertaling volgens het boek voor:
zonder
A
shopping baskey
B
without
C
customer
D
different

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Check lesson 4
1. Itslearning
2. Bronnen 
3. Lesson materials
4. Period 2
5. AR_2kgt_U3_leerwerkboek_keys-part-2

timer
9:00

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Recap lesson 5

- Vocab: celebrations.
- Grammar: Tags.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de hulpwerkwoorden die we gebruiken bij deze grammatica?
A
To be, to dance, to hold
B
To swim, to do, to have
C
To be, to do, to have
D
To dance, to have, to hold

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij deze regel gebruik je een vorm van 'to do' wanneer er geen hulpwerkwoord in de zin staat.
A
Regel 1
B
Regel 2A
C
Regel 2B
D
Regel 3

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke regel moet je het hulpwerkwoord uit de zin, ook in je tag gebruiken?
A
Regel 1
B
Regel 2A
C
Regel 2B
D
Regel 3

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij deze regel moet je het persoonlijk voornaamwoord uit de zin ook gebruiken in de tag.
A
Regel 1
B
Regel 2A
C
Regel 2B
D
Regel 3

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij deze regel leer je dat 'not' maar op éen plek voorkomt. Of in de zin, of in de tag.
A
Regel 1
B
Regel 2A
C
Regel 2B
D
Regel 3

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de goede vertaling volgens het boek voor:
to announce
A
trouwdag
B
aankondigen
C
gastheer; gastvrouw
D
speciale gelegenheid

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de goede vertaling volgens het boek voor:
een feestje geven
A
to have a party
B
magical
C
surprise party
D
theme

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de goede vertaling volgens het boek voor:
fancy
A
proosten
B
aankondigen
C
chic
D
jaarlijks

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de goede vertaling volgens het boek voor:
reserveren
A
to show
B
to perform
C
to decorate
D
to book

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Check lesson 5
1. Itslearning
2. Bronnen 
3. Lesson materials
4. Period 2
5. AR_2kgt_U3_leerwerkboek_keys-part-2

timer
7:30

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Checking the learning objectives
- You have checked your answers to the made exercises and understand what went wrong.

Slide 25 - Tekstslide

Theorie
- Samen met de leerlingen kijk ik terug op wat er is geleerd. Dit kan je doen aan de hand van verschillende vormen: huiswerk controle, exit tickets, mondelinge controle (Geerts en van Kralingen, 2018, pp. 110-111).

Slide 26 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Goodbye

Questions: l.hewett@stichtinglvo.nl 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies