haben & sein Wiederholung

Haben und sein
Präsens
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Haben und sein
Präsens

Slide 1 - Tekstslide

Das Verb: Haben
habe
hast
hat
haben
habt
er
ich
sie (mv)
sie (ev)
Sie
ihr
du
es
wir

Slide 2 - Sleepvraag

Wiederholung "haben" im Präsens
Er komen nu een aantal zinnen. Vervoeg het werkwoord "haben" in de tegenwoordige tijd.

Let goed op het onderwerp, welke persoon is het?

Slide 3 - Tekstslide

Ich ____ ein neues Auto.

Slide 4 - Open vraag

Ihr ____ heute eine Mathe Prüfung.

Slide 5 - Open vraag

Wir _____ zu Hause twei Katzen.

Slide 6 - Open vraag

Herr Müller, ____ Sie ein Geschenk für Hans?

Slide 7 - Open vraag

Peter ____ eine Schwester.

Slide 8 - Open vraag

Das Verb: sein
bin
bist
ist
sind
seid
er
ich
sie (mv)
sie (ev)
Sie
ihr
du
es
wir

Slide 9 - Sleepvraag

Wiederholung "sein" im Präsens
Er komen nu een aantal zinnen. Vervoeg het werkwoord "sein" in de tegenwoordige tijd.

Let goed op het onderwerp, welke persoon is het?

Slide 10 - Tekstslide

Martha ____ heute krank.

Slide 11 - Open vraag

____ ihr Brüder?

Slide 12 - Open vraag

Wie alt ____ du?

Slide 13 - Open vraag

Ich ____ 14 Jahre alt.

Slide 14 - Open vraag