Les 2 - weerstand van een draad

Leerdoel 2  
weerstand van een draad
Lesplanning:
  1. Uitleg spanning en lading
  2. Aan de slag met leerdoel 1
  3. Demo: van de graaffgenerator
  4. Uitleg 'Wat is weerstand?'
  5. Maken opgave §3.2  + check 1
  6. Afsluiting: wet behoud van lading

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Leerdoel 2  
weerstand van een draad
Lesplanning:
  1. Uitleg spanning en lading
  2. Aan de slag met leerdoel 1
  3. Demo: van de graaffgenerator
  4. Uitleg 'Wat is weerstand?'
  5. Maken opgave §3.2  + check 1
  6. Afsluiting: wet behoud van lading

Slide 1 - Tekstslide

Les 2
Lesdoel
Aan het einde van de les kan je met de begrippen spanning, stroomsterkte en lading uitleggen waarom een lampje brandt. 

Slide 2 - Tekstslide

Les 2
Wat is lading?
Heeft een voorwerp ...
  • meer positieve deeltjes, dan is het positief geladen.
  • evenveel positieve als negatieve deeltjes, dan is het neutraal.
  • meer negatieve deeltjes, dan is het negatief geladen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe raakt een voorwerp geladen?
Negatieve deeltjes (elektronen) kunnen zich verplaatsen. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elektrische stroom
Bij een “groot” ladingsverschil bewegen de elektronen van een negatief geladen plaats naar een positief geladen plaats. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraak:
Stroom gaat van de pluspool van de batterij naar de minpool.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stroomsterkte
Stroomsterkte (I) in ampère(A) geeft aan hoeveel ladingen er per seconde een bepaald punt in de stroomkring passeren.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gesloten stroomkring

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spanning veroorzaakt stroom.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spanning
Spanning (U) in volt (V)
Geeft aan hoeveel energie een lading afgeeft tussen twee punten in de stroomkring. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het lampje brandt...
A
... wanneer schakelaar 1 sluit.
B
... wanneer schakelaar 2 sluit.
C
... wanneer beide schakelaars open zijn
D
... pas nadat schakelaar en en 2 zijn gesloten.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Spanningsbronnen
  • pompen ladingen rond;
  • geven energie mee aan
    de ladingen;
  • zorgen voor een constante
    stroom; 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wisselspanning

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werken aan leerdoel 1
vanuit de studiewijzer (classroom)

timer
15:00
Maak de opgave vanuit het papieren boek in je schrift. 
Opgave 5 bespreken we straks klassikaal.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opgave 5
1200 mA =           
450 mA =           
80 kA =               
4   µA =   
2,818 A =
0,347 A = 
263 kA =        
70 µA =   
 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het symbool I wordt gebruikt voor...
A
spanning
B
stroomsterkte
C
ampère
D
volt

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De eenheid van stroomsterkte is ...
A
spanning
B
stroomsterkte
C
ampère (A)
D
volt (V)

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lading...

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Opgave 8

A. Teken een schakelschema waarin een lampje met twee draden is aangesloten op een spanningsbron.


Online tekenen

Online whiteboard:
https://whiteboard.fi/...
Maak hierin je tekening.

Slide 20 - Tekstslide

whiteboard.fi 
2 uur voor de les nog toevoegen
Afronden leerdoel 1
Werk vanuit de studiewijzer.
Maak de opgave vanuit het papieren boek in je schrift.
Maak de check op een los blaadje.

timer
12:00
Klaar: starten met leerdoel 2 volgens de studiewijzer.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

demo
van de Graaffgenerator

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel 2
Je kan aangeven wat weerstand is en welke invloed de weerstand heeft op de stroomsterkte. 
Met de wet van Ohm kan je de spanning, stroomsterkte of weerstand berekenen. Tevens kan je aangeven hoe de dikte en de lengte van een draad de weerstand beïnvloeden. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weerstand en geleidbaarheid

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geleidbaarheid (G) in 
Siemens (S)
Geleiders en isolatoren
Metalen zijn goede geleiders. Maar ook water en koolstof zijn goed geleiders. Ze hebben een hoge geleidbaarheid.

Hout, plastic, glas zijn isolatoren, ze hebben een hoge weerstand.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weerstand (R) in Ohm (Ω)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geleidbaarheid (G) in Siemens (S)
Geeft aan hoe goed een voorwerp elektrische stroom geleid. 

Weerstand (R) in Ohm (Ω)
Geeft aan hoe slecht een voorwerp elektrische stroom geleid.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kleiner de weerstand,
A
hoe groter de stroomsterkte
B
hoe kleiner de spanning
C
hoe kleiner de stroomsterkte

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet van Ohm
R=IU

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geleidbaarheid en weerstand
Formules:

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Geleidbaarheid en weerstand
R(Ω)=I(A)U(V)
G(S)=U(V)I(A)
G(S)=R(Ω)1
R(Ω)=G(S)1

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een luidspreker is aangesloten op 230 V. Er loopt een stroom van 8,2 A door de luidspreker. Bereken de weerstand van de luidspreker.
A
28 Ohm
B
1886 Ohm
C
65 Ohm
D
8,2 Ohm

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een mobiele telefoon heeft ene geleidbaarheid van 0,2 S. De spanning die je adapter levert is 12,0 V. Bereken de stroomsterkte die door de mobiele telefoon loopt tijdens het opladen.
A
60 A
B
2,4 A
C
0,0167 A
D
1,0 A

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Afronden leerdoel 1 opgaven + check
 §3.2 opgave 17, 20, 21 en 23

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Maken en nakijken
§3.2 opgave 17, 20, 21, 23, 24, 25 en 26
timer
15:00
Klaar: werk verder aan leerdoel 2 volgens de studiewijzer.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom moeten de kabels naar de versterkers in een theater zo dik zijn?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies