Signaalwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1-4

Lesdoel

Aan het eind van de les weet ik wat signaalwoorden zijn en kan ik deze zelf goed gebruiken in een zin. 

Planning deze les

Stillezen 10 minuten

Lesson up - uitleg

Opdrachten maken

Wat is een signaalwoord?

• Verbindingswoorden

•Signaalwoorden geven het verband aan tussen zinsdelen, zinnen en alinea’s.

• Signaalwoorden helpen je om een tekst beter te begrijpen.

verwijswoorden

je gebruikt verwijswoorden om vooruit of terug te verwijzen in een tekst.

Daarvoor kun je verschillende voornaamwoorden gebruiken.

Waar of wie + voorzetsel

Naar mensen verwijs je met voorzetsel + wie

Naar dingen, zaken, verwijs je met waar+voorzetsel

Chronologisch

Voordat, nadat, eerst, daarna, wanneer, vroeger.

Opsommend

En, ook, ten eerste, ten tweede, vervolgens

vergelijkend

evenals, in vergelijking met,

even / net zo... als

zoals

Tegenstellend

Maar, zo, echter, evenals, in vergelijking met, soortgelijk(e)

Oorzakelijk

Door, doordat, waardoor, te danken aan

Doel – middel

Om te, daarmee, waarmee, door middel van

toelichtend

Een voorbeeld ( hier)van, ter illustratie, bijvoorbeeld, zoals

toegevend

alhoewel, desondanks, niettemin, ofschoon

redengevend

Want, omdat, daarom, vanwege, immers,

voorwaardelijk

Als, wanneer, tenzij, in (voor) het geval dat

Samenvattend

Samengevat, kortom, dus, al met al, vandaar dat

concluderend

al met al, concluderend, daarom, dat houdt in, dus

toegevend

voorwaardelijk

redengevend

kortom

nadat

desondanks

mits

daarom

samenvattend

chronologisch

Aan het werk

Maak opdracht 1 en 2 op blz, 247 (huiswerk voor maandag 2/12)

Klaar? cursus 7 spelling, paragraaf 2 blz 250

lees de theorie  
maak opdracht 1, 2 en 3 (je maakt deze opdrachten in je onlineboek )