Herhaling Levensloop 1 t/m 4

Welkom
4 vwo ECONOMIE  ||  2023-2024
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welkom
4 vwo ECONOMIE  ||  2023-2024

Slide 1 - Tekstslide

Herhalen
H3 --> Marginaal, belastingen, heffingskortingen, figuur 3.6
Opdracht 4.3

Slide 2 - Tekstslide

Stappenplan uitrekenen inkomensheffing
Stap 1: Belastbaar inkomen uitrekenen:
               Bruto inkomen  + bijtellingen -aftrekposten= belastbaar inkomen
Het belastbaar inkomen is het inkomen waarover je belasting/inkomensheffing moet betalen
Aftrekposten zijn dingen als; pensioenpremie,  rente over je hypotheek en reiskosten.
Bijtelling; eigenwoningforfait

Stap 2: het schijvensysteem toepassen
Stap 3: de heffingskorting(en) er af halen.


Slide 3 - Tekstslide

Belastbaar inkomen
Het inkomen dat overblijft na de bijtellingen en aftrekposten noemen we het belastbaar inkomen. Schematisch kan je dat alvolgt weergeven:
Bruto jaarinkomen
Bijtellingen +
Aftrekposten      -
Belastbaar inkomen

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld
Het bruto jaarinkomen van mevrouw X. is 76.000 euro.
Zij bezit een huis met een WOZ waarde van 450.000 
(EWF 0.75%).
Ze heeft ook een hypotheek van 450.000 euro en betaalt 2,3% rente daarover.

Slide 5 - Tekstslide

Stap 1
450.000 x 0,023 = 10.350
450.000 x 0,0075 =3.375

Belastbaar inkomen = 76.000 - 10.350 + 3.375 = 69.025
Nu naar stap 2!

Slide 6 - Tekstslide

Stap 2
Schijf 1: 68.507 x 0,371 = 25.416,10 euro
Schijf 2: 69.025 - 68.507 = 518 euro
518  x 0,4950 =  256,41 euro

Belasting totaal = 25.416,10 + 256.41  = 25.672,51 --> centen mag je weglaten, dus 25.672,- 

Slide 7 - Tekstslide

Stap 3
Belasting totaal = 25.416.10 + 256.41 = 25.672,51 --> centen mag je weglaten, dus 25.672,- 

Verminderen met de heffingskortingen! 
Bijvoorbeeld algemene heffingskorting 500 euro
Arbeidskorting 1.250 euro
25.672 - 500 - 1.250 = 23.922 euro


Slide 8 - Tekstslide

Gemiddelde heffingstarief & marginaal tarief
26.068 - 500 = 25.568 inkomensheffing
Gemiddeld heffingstarief = inkomensheffing : brutoloon x 100%
Dus 25.568 : 76.000 x 100 = 33,6% 

Marginaal tarief
  • Tarief dat je betaalt over je laatst verdiende euro. 
  • 49,5% --> de laatste schijf die je gebruikt hebt. 

Slide 9 - Tekstslide

Marginaal tarief
Schijf
Inkomen
Tarief
1
€ 0 - € 68.507
37,1 %
2
> € 68.507
49,5 %
Belastbaar inkomen Evelien € 37.500
Belastbaar inkomen Kira € 81.000
A. Marginaal tarief van Evelien --> 37,1 %
B. Marginaal tarief van Kira: --> 49,5 %

Slide 10 - Tekstslide


Als je 60.000 euro verdient is je marginale tarief hier: 
A
36,55 %
B
40,4 %
C
52%

Slide 11 - Quizvraag

De inkomstenbelasting van land A werkt als volgt:
iedereen betaalt 30% belasting over iedere euro en heeft recht op een heffingskorting van 2.000 euro.
Voor iemand met een belastbaar inkomen van 40.000 euro is het marginale tarief (1) en het gemiddelde tarief (2)
A
(1) 25% en (2) 30%
B
(1) 30% en (2) 25%
C
(1) 30% en (2) 30%
D
(1) 25% en (2) 25%

Slide 12 - Quizvraag

Het brutoloon van Willem bedraagt € 2.148,32 per maand. Er gaat 39,2% af aan belastingen en premies.
Hoeveel bedraagt zijn nettoloon in euro's? Geef je berekening.

Slide 13 - Open vraag

Opdracht 3.9

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 3.9
Loonheffing
  • Van te voren ingehouden.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 4.3
Let op de lening & hoeveel jaar er in een categorie zitten. 

Slide 16 - Tekstslide

4.3
Je hebt de cumulatieve punten nodig om de grafiek te maken. 

Slide 17 - Tekstslide

Is hier sprake van een gevangenendilemma? En waarom?

Slide 18 - Open vraag