Spelling les 3

Spelling les 3
In deze les komen de volgende spellingregels aan bod
- Liggend streepje (128) 
- Weglatingsstreepje (129)
- Aan elkaar of los? (130)
- Sommige of sommigen (131)
- Woordafbreking (135)
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Spelling les 3
In deze les komen de volgende spellingregels aan bod
- Liggend streepje (128) 
- Weglatingsstreepje (129)
- Aan elkaar of los? (130)
- Sommige of sommigen (131)
- Woordafbreking (135)

Slide 1 - Tekstslide

Video 'Liggend streepje'

De volgende video gaat over het liggend streepje, dus -.
 In de video worden het liggend streepje als koppelteken (128), het weglatingsstreepje (129) en de woordafbreking (135) behandeld.  

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Welke spelling is correct?
A
exechtgenoot
B
ex-echtgenoot

Slide 4 - Quizvraag

Welke spelling is correct?
A
assistentonderzoeker
B
assistent-onderzoeker

Slide 5 - Quizvraag

Welke spelling is correct?
A
Boeren- en Tuindersbond
B
Boeren en Tuinders Bond

Slide 6 - Quizvraag

Welke spelling is correct?
A
Alkmaar-Noord
B
Alkmaarnoord

Slide 7 - Quizvraag

Welke spelling is correct?
A
de kwestie Schenk
B
de kwestie-Schenk

Slide 8 - Quizvraag

Welke spelling is correct?
A
anti terreurpolitie
B
antiterreurpolitie
C
anti-terreurpolitie

Slide 9 - Quizvraag

Is anti-terreurpolitie fout?
Nee het is niet fout, maar de afspraak is dat we bij anti alleen een streepje schrijven in de volgende twee situaties:
- voor een woorddeel dat met een e, een i of een j begint: anti-epileptisch, anti-intellectueel, anti-jachtlobby;
- voor een woorddeel dat met een hoofdletter begint: anti-Cruijff, anti-Duits, anti-Europees, anti-Joods, anti-Vietnamdemonstratie.

In die gevallen is het streepje zelfs verplicht.

Slide 10 - Tekstslide

Welke spelling is correct?
A
brutobedrag
B
bruto bedrag

Slide 11 - Quizvraag

Welke spelling is correct?
A
kat en muis spelletje
B
kat-en-muisspelletje

Slide 12 - Quizvraag

Aan elkaar of los?
Als je van twee woorden een nieuw woord maakt dan schrijf je die in de meeste gevallen aan elkaar. 
Hoe het precies zit wordt uitgelegd in de volgende video.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Oefenen?
Ga naar: Cambiumned.nl daar staat nog een keer de theorie, maar onder de knop 'Oefeningen' staan ook een aantal oefeningen. 

Slide 15 - Tekstslide

Sommige of sommigen?
  • Wanneer het woord zelfstandig is gebruikt én betrekking heeft op personen, komt er een n achter.
    De makelaars verwachten allen een daling van de prijzen van de woningen.
    De vrouwen keken naar elkaar. Beiden lachten.
    De dieren liepen op elkaar af. Beide gromden.

  • Als je het eerder genoemde zelfstandig naamwoord erachter kunt zetten, zet je er géén n achter.
    De meeste kinderen kijken geregeld naar het Jeugdjournaal; slechts enkele (kinderen) weten niet dat er zo’n journaal is.

  • Je schrijft geen n als het woord bijvoeglijk is gebruikt, dat wil zeggen als het voor een zelfstandig naamwoord staat.
    Alle medewerkers waren aanwezig.
    Beide gemeenten willen hun industriegebied uitbreiden.

Wil je nog meer uitleg, kijk dan naar het filmpje op de volgende dia.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slechts ...... zetten hun fiets in de stalling.
A
enkele
B
enkelen

Slide 18 - Quizvraag

In de pauze dronken ............... een kopje thee.

A
sommige
B
sommigen

Slide 19 - Quizvraag

De boeken in de kast staan .......... op kleur gerangschikt.

A
alle
B
allen

Slide 20 - Quizvraag

.......... jongens ontweken de blik van hun ouders.

A
Beide
B
Beiden

Slide 21 - Quizvraag

Verder oefenen?

Slide 22 - Tekstslide