Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
§3.1
3.1
Begrippen:
belasting toegevoegde waarde (btw) (Wat als de btw stijgt, wat gaan mensen dan doen?) Gevolg daarvan?
Accijns
Indirecte belastingen
Directe belastingen
1 / 16
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
In deze les zitten
16 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
3.1
Begrippen:
belasting toegevoegde waarde (btw) (Wat als de btw stijgt, wat gaan mensen dan doen?) Gevolg daarvan?
Accijns
Indirecte belastingen
Directe belastingen
Slide 1 - Tekstslide
Winkelprijs berekenen
Inkoopprijs
€ 10.95
Brutowinstopslag
€ 5,88 +
Verkoopprijs excl.
€ 12,88
BTW 21%
€ 2,70 +
Winkelprijs
€ 15,58
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Directe en indirecte belasting
Slide 4 - Tekstslide
BTW (en consumentenprijs)
Verkoopprijs
= inkoopprijs + brutowinstopslag (H5)
Consumentenprijs
= verkoopprijs + btw.
Dit is het bedrag wat ik als bedrijf ontvang
MET
btw.
Bedrijven moeten de btw
afstaan
aan de
overheid
, dus zij houden
alleen de verkoopprijs
over.
Slide 5 - Tekstslide
Verschillende BTW tarieven
Slide 6 - Tekstslide
Subsidie en accijns
Wil je iets stimuleren? -> subsidie
Wil je iets afremmen? -> accijns
Slide 7 - Tekstslide
De verkoopprijs exclusief btw is € 568,75.
De btw is 21%.
Bereken de btw.
Slide 8 - Open vraag
Bereken wat een kar vol boodschappen kost (75,- incl BTW6 %) als de BTW 21% was geweest?
Slide 9 - Open vraag
Wat is een directe belasting?
A
Accijns
B
btw
C
inkomstenbelasting
D
subsidie
Slide 10 - Quizvraag
9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%
Slide 11 - Quizvraag
Wat is accijns?
A
extra belasting
B
financiele bijdrage
C
huur
D
brandstof
Slide 12 - Quizvraag
Wat is een indirecte belasting?
A
Een belasting die je rechtstreeks aan de overheid betaalt
B
Een belasting die je via de belastingdienst aan de overheid betaalt
C
Een belasting die je via een winkelier aan de overheid betaalt
Slide 13 - Quizvraag
Welke BTW-tarieven kennen we in Nederland.
A
21%, 9% & 0%
B
21%, 6% & 0%
C
19%, 9%,0%
Slide 14 - Quizvraag
Wat zijn accijns?
A
extra kosten op voedsel
B
belasting voor kleding
C
geld wat terug kan krijgen
D
extra belasting op tabak, drank en benzine
Slide 15 - Quizvraag
Bereken de winkelprijs van een stoel met een inkoopprijs van € 171,-- Een brutowinst van 15% en een btw van 21%
A
€ 196,65
B
€ 206,91
C
€ 232,56
D
€ 237,95
Slide 16 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
6.3 Winst of verlies?
November 2018
- Les met
26 slides
door
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
BTW
Januari 2019
- Les met
28 slides
door
Economie voor vmbo
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
Economie voor vmbo
leerjaar 4 economie Hst 3 paragraaf 3 Wat wordt de prijs?
November 2018
- Les met
14 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
6.3 Hoe maak je winst?
December 2018
- Les met
28 slides
door
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
3.3 Wat betaalt de consument?
Augustus 2018
- Les met
35 slides
door
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
Leerjaar 3 Hst 5 les 3
Maart 2020
- Les met
17 slides
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
De prijs
Januari 2019
- Les met
19 slides
door
Economie voor vmbo
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
Economie voor vmbo
Administratie hst 1 Een bedrijf van dichtbij paragraaf 5 en 6
Januari 2022
- Les met
21 slides
Economie & Ondernemen
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3