In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Delier in de palliatieve fase
Richtlijn oktober 2022
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoe vaak komt een delier tijdens een ziekenhuis opname voor?
A
1 - 2%
B
14 - 24%
C
25%
D
40%
Slide 2 - Quizvraag
14 -24% van de patienten die opgenomen worden in het ZH krijgen te maken met een delier.
1 - 2% van de Nederlandse bevolking krijgt te maken met een delier. Hoe hoger de leeftijd, he vaker het voorkomt.
14% van de 85+ers wordt bij ZH opname delirant.
25% van de patiënten die een delier ontwikkelen, overlijdt binnen 1 jaar.
40% van de 65+ers die in het ZH door maakt komt binnen 2 jaar te overlijden.
Wat is een delier?
A
Stoornis in de cognitieve functies
B
Waarnemingsstoornis
C
Acute verwardheid met gedragsverandering
D
Alle antwoorden zijn goed
Slide 3 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Definitie delier
Slide 4 - Tekstslide
Een delier is een acuut optredende verwardheid met onderliggend een kwetsbaarheid (kwetsbaar brein) en een lichamelijke (metabole) oorzaak.
Kenmerken delier
Bewustzijnsstoornis met verminderde aandacht
Verstoorde cognitieve functies en/of waarneming
Acuut ontstaan en wisselend over de dag aanwezig
Onderliggende lichamelijke oorzaak
Slide 5 - Tekstslide
Een delier is een acuut optredende verwardheid met onderliggend een kwetsbaarheid (kwetsbaar brein) en een lichamelijke (metabole) oorzaak.
Welke kwetsbaarheid zien wij bij patiënten op de Kliniek oncologie
A
ADL afhankelijk voor opname
B
Verminderde mobiliteit
C
Ziekte in de palliatieve fase
D
Leeftijd
Slide 6 - Quizvraag
De nieuwe richtlijn maakt duidelijk onderscheid tussen aanwezige kwetsbaarheid en een uitlokkende factor die daarbij komt waardoor de patiënt delirant wordt.
Meerdere goede antwoorden mogelijk
(A-C-D)
Verminderde mobiliteit heeft geen directe relatie met een kwetsbaar brein en is geen kwetsbaarheid.
Verminderde cognitie, voorstadium dementie
Oudere leeftijd (> 70 jaar)
Verminderde ADL, visus, gehoor
alcohol / genotsmiddelen gebruik (actueel, verleden)
TIA, CVA, depressie of eerder delier in de voorgeschiedenis
Risico/ uitlokkende factoren delier
Slide 7 - Woordweb
Uit onderzoek blijkt het ontstaan van een delier altijd een combinatie van een aanwezige kwetsbaarheid met een uitlokkende factor (risico factor) te zijn.
Niet iedereen met de aanwezige kwetsbaarheid wordt delirant. En niet iedere uitlokkende factor zorgt individueel voor het delier
Apathie, angst, zwijgend/ ogen dicht > afsluiten van omgeving
Beide vormen van delier komen voor, zijn even ernstig en kunnen elkaar ook afwisselen gedurende de dag
Hallucinaties
Waarnemingsstoornis
Slide 11 - Tekstslide
Beide vormen kunnen gepaard gaan met het zien of horen van dingen die er niet zijn
OF het anders interpreteren van zaken die er wel werkelijk zijn of gehoord worden.
Dit kan het delier voor de patiënt heel beangstigend maken en voor de naasten heel erg ingrijpend zijn.
Verpleegkundige interventies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Vpk interventie - voorlichting
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Vpk interventie - oriëntatie
Slide 14 - Tekstslide
Creëer een herkenbare en veilige omgeving voor de patiënt;
Vertel wie je bent en wat je komt doen!
Maak gebruik van bril en/of hoortoestel wanneer van toepassing
Ondersteun oriëntatie met datum, klok/horloge en plaats in verzameldocument VBI op KMS
Leg patiënt bij het raam + gebruik gordijnen voor dag-nacht ritme
Rooming-in (Gast)
Slide 15 - Tekstslide
Creëer een herkenbare en veilige omgeving voor de patiënt;
De familie die aanwezig is om de verpleging te ondersteunen registreren als GAST
Wanneer familie niet ingezet kan worden overleg dan met de leiding of een medisch student 's nachts een optie is.
Vpk interventie - VBI
Slide 16 - Tekstslide
Creëer een veilige omgeving voor de patiënt.
Wanneer VBI nodig;
kies voor de minst ingrijpende interventie
WGBO - overleg met de arts
Noteer op voorblad HIX
Voeg sjabloon VBI toe in activiteitenplan
Ontslag naar hospice
Slide 17 - Tekstslide
Een patiënt met dwaalgedrag die daarvoor in het tentbed ligt kan niet met tentbed naar het hospice ontslagen worden.
Het delier is geen contra indicatie voor opname in het hospice. Het hospice is echter geen gesloten instelling.
Medische behandeling
Slide 18 - Tekstslide
Eerste doelstelling van de medische behandeling is het onderliggende probleem behandelen.
Vervolgens volgt de behandeling van het delier.
Medicatie bij delier
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat is het eerste middel van voorkeur in de palliatieve fase?
A
Haldol
B
Dipiperon
C
Olanzepine
D
Quetiapine
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
Geef haldol op vaste tijden en op tijd -> 20 uur = voor de nacht
De benzodiazepines zijn effectief als rescue medicatie; lorazepam, oxazepam of midazolam
Wat is het middel van voorkeur in de terminale fase?
A
Midazolam
B
Olanzepine
C
Lorazepam
D
Haldol
Slide 22 - Quizvraag
Haldol toediening; druppels, iv, sc
Quetiatepine: oplossen en met spuitje in de mond, hoeft niet door geslikt!
Olanzepine: smelttablet (mond vochtig!)
Midazolam; neusspray, iv, sc
Palliatieve sedatie
Starten bij refractaire klachten +
Een verwacht overlijden binnen 14 dagen
We spreken van refractaire klachten wanneer:
Onderliggend probleem niet op te lossen is
Wanneer een behandeling onvoldoende effect, het effect duurt te lang of ongewenste bijwerkingen heeft
Slide 23 - Tekstslide
Wanneer het delier onbehandelbaar is (terminaal delier) en het overlijden binnen 14 dagen verwacht wordt, dan is er een indicatie voor palliatieve sedatie.