07/03 Klas 4: uitleg betoog

Welkom
Een betoog schrijven

Programma:
Uitleg theorie betoog +/- 20 min incl filmpjes
+/- 30 min zelfstandig werken
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Een betoog schrijven

Programma:
Uitleg theorie betoog +/- 20 min incl filmpjes
+/- 30 min zelfstandig werken

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze les
- Je weet wat een betoog is en hoe deze wordt opgebouwd

- Je kunt met behulp van een schrijfplan een gestructureerd betoog schrijven met een inleiding, middenstuk en slot

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat heb je net gezien?
Wat viel je op?

Slide 4 - Woordweb

Mensen gebruiken argumenten om elkaar van iets te overtuigen. Dit doen ze ook op papier. 
Bijvoorbeeld in een betoog. 

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een betoog
Een tekst waarin je een standpunt (jouw mening) verdedigd.

Dit doe je met argumenten.

Slide 6 - Tekstslide

Hoe ziet een betoog er uit?
Inleiding
Kern
Slot

Slide 7 - Tekstslide

Inleiding
Je introduceert het onderwerp.
Je maakt je standpunt duidelijk.

In de inleiding zet je geen argumenten.

Slide 8 - Tekstslide

Dus de twee doelen van een inleiding zijn...
A
aandacht trekken en stelling noemen
B
aandacht trekken en onderwerp introduceren
C
onderwerp uitleggen en stelling noemen
D
aandacht trekken en stelling noemen

Slide 9 - Quizvraag

Middenstuk
  • In het middenstuk staan je  argumenten
  • Je betoog bestaat uit twee argumenten 
  • Een tegenargument 
  • Je werkt je argumenten uit tot volledige alinea's

Slide 10 - Tekstslide

0

Slide 11 - Video

Slot
  • Herhaal kort je argumenten 
  • Trek een conclusie (en daarom ben ik van mening dat ...)
  • Sluit af met een uitsmijter; een pakkende zin om je betoog mee af te sluiten --> Laten we dit plan zo snel mogelijk uitvoeren, want de scholieren zijn onze toekomst!

Slide 12 - Tekstslide

Hoe ziet het er schematisch uit?
Alinea 1:                inleiding
Alinea 2:               argument 1
Alinea 3:               argument 2
Alinea 4:               tegenargument 
Alinea 5:               slot

Slide 13 - Tekstslide

Oefenstelling
We oefenen in deze presentatie met de stelling: scholieren moeten gratis met het openbaar vervoer kunnen reizen. 

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld inleiding actualiteit
De laatste jaren is het een terugkerend probleem: toegangswegen naar middelbare scholen lopen helemaal vol. Ook rondom de scholen is het een chaos: alle parkeerplekken zijn vol, waardoor docenten niet kunnen parkeren. Deze problemen spelen vooral als het slecht weer is en leerlingen niet willen fietsen. Dit probleem kunnen we makkelijk oplossen door scholieren gratis met het openbaar vervoer te laten reizen.

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld inleiding anekdote
Truusje (12) woont in Zunderdorp. Elke dag moet zij vijftien kilometer fietsen om bij haar school te komen. Ze moet erg vroeg opstaan en ze is 's middags pas laat thuis. Truusje is niet de enige leerling bij wie dit speelt. Dagelijks moeten honderden kinderen ver fietsen van huis naar school. Naar mijn idee zou het een goed idee zijn om scholieren gratis met het openbaar vervoer te laten reizen.

Slide 16 - Tekstslide

Welk doel heeft een anekdote in de inleiding?
A
onderwerp uitleggen
B
stelling noemen
C
onderwerp en stelling uitleggen
D
aandacht trekken

Slide 17 - Quizvraag

Voorbeeld argument
Scholieren hebben vaak erg lange en vermoeiende lesdagen. Gratis met het openbaar vervoer reizen zorgt er ten eerste voor dat scholieren met meer energie aan de schooldag beginnen, waardoor ze hun energie in hun schoolwerk kunnen steken en mogelijk betere resultaten halen. 

Slide 18 - Tekstslide

Voorbeeld tegenargument 
Er zitten helaas ook nadelen aan het plan. Als alle leerlingen met het openbaar vervoer reizen in plaats van met de fiets, dan wordt er veel meer CO2 uitgestoten. De laatste jaren is er veel aandacht voor het terugbrengen van CO2-uitstoot en dit plan zou dat volkomen tegenwerken. Aan de andere kant wordt er ook heel veel CO2 uitgestoten op momenten dat leerlingen met de auto gebracht worden en daardoor lang in de file staan. Het zou dus zo maar kunnen dat op de lange termijn het openbaar vervoer beter is voor het milieu.

Slide 19 - Tekstslide

Samengevat
  • Inleiding (actualiteit of anekdote) waarin je standpunt staat, maar niet je argumenten
  • Twee alinea's met argumenten
  • Eén alinea met een tegenargument 
  • Eén slotalinea met daarin je argumenten, conclusie en een uitsmijter

Slide 20 - Tekstslide

Instructie
Wat: Kies een stelling 1 of 2  zie stencil en vul het schrijfplan 
Hoe: individueel
Hulp: docent

Slide 21 - Tekstslide

Schrijfplan
Je maakt eerst een schrijfplan.

In het schrijfplan bedenk je eigenlijk alle informatie voordat je het betoog echt gaat schrijven. 

Slide 22 - Tekstslide

Doelen behaald? 
- Je weet wat een betoog is en hoe deze wordt opgebouwd

- Je kunt met behulp van een schrijfplan een gestructureerd betoog schrijven met een inleiding, middenstuk en slot

Slide 23 - Tekstslide