V5 week 8 les 1

V5 week 8 les 1
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

V5 week 8 les 1

Slide 1 - Tekstslide

Startvraag: waarom werden sprookjes en griezelverhalen in de 19e eeuw populair?

Slide 2 - Open vraag

Planning
  • 10 minuten: lezen Max Havelaar
  • 5 minuten: lesopstart, startvraag, planning, leerdoelen 
  • 20 minuten: theorie realisme + opdrachten 
  • 10 minuten: uitleg opdracht Max Havelaar 
  • 5 minuten: afronding

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les...
  • kun je de romantiek kernachtig samenvatten
  • weet je waarom het realisme opkwam
  • weet je welke twee periodes er waren in het Nederlands realisme

Slide 4 - Tekstslide

Herhaling: wat waren de belangrijkste kenmerken van de romantiek?

Slide 5 - Woordweb

Theorie 2.2 en 2.3
romantiek = gevoel/hart, intuitie, weltschmerz en sehnsucht, escapisme, natuur, fantasie. 

--> tegenreactie: realisme
= alledaagse om zich heen 
enerzijds bekeerde romantici, anderzijds nieuwe schrijvers (journalisten, stenografen)

Slide 6 - Tekstslide

Gustave Courbet - De steenbrekers (1847)

Slide 7 - Tekstslide

theorie 2.2 en 2.3  
In de literatuur: Camera Obscura - Hildebrand/Nicolaas Beets (1839)

kleine geschreven portretten van mensen om hem heen

Slide 8 - Tekstslide

theorie 2.2 en 2.3
'Kees!' zei ik: 'Je bent te oud om verdriet te hebben. Is er niets aan te doen, vrind?'
De oude man zag vreemd op bij het horen van het woorde 'vrind'. Helaas, misschien was 't hem op zijn negenenzestigste jaar nog geheel nieuw. Een zenuwachtige glimlach, die iets verschrikkelijks had, kwam over zijn mager gezicht; zijn grijze ogen luisterden eerst op, werden toen weer dof, en schoten vol tranen. Zijn ganse gelaat zeide: ik zal u vertrouwen. Zijn lippen zeiden: 'Hoor reis meheer! Kent uwé Klein Klaasje?' Hoewel ik nu een zeer bijzonder vriend heb, die Nicolaas gedoopt is, en van wie 't niet ondenkbaar was, dat Keesje hem wel eens gezien had, zo kon ik echter onmogelijk op gemelde Nicolaas de naam van Klein Klaasje toepassen, aangezien hij een zeer 'lange blonde jongen' is, en nooit zou ik hebben willen geloven, dat gemelde Nicolaas, hoe onaardig hij ook somtijds wezen kan, de oorzaak zou kunnen zijn van oude Keesjes tranen. Ik antwoordde dus dat ik Klein Klaasje niet kende.
'Heeft meheer Pieter hem uwé dan niet gewezen? De hele stad kent Klein Klaasje. Hij krijgt centen genoeg,' ging Keesje voort.
'Maar wat is het dan voor een man?' vroeg ik.
'Het is,' zie Keesje, 'in 't geheel geen man. 't is een dwerg, meheer! een dwerg, zo waar as ik hier voor je sta. Je kent er mee in een spul reizen. Maar 't is een kwaad kreng. Ik ken hem goed.

Slide 9 - Tekstslide

Welke realistische elementen zie je terug in dit verhaal?

Slide 10 - Open vraag

Is Hildebrand/Nicolaas Beets meer een bekeerde romanticus of meer een nieuwe realist?
A
bekeerde romanticus
B
nieuwe realist

Slide 11 - Quizvraag

Opdracht Max Havelaar
Beschouwend essay over het waarom/nut van lezen Max Havelaar op school
- zelf een centrale vraag opstellen
- minstens drie gedegen bronnen + verwijzing 
- in je eentje 


Slide 12 - Tekstslide

Opdracht Max Havelaar
Planning: 
- week 8: lezen en bronnen zoeken
- week 9: vakantie, uitlezen Max Havelaar
- week 10: schrijfplan in de les + schrijven eerste versie 
- week 14: feedback op de eerste versie + schrijven 2e versie
- week 15: inleveren beschouwing + schrijfdossier

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht Max Havelaar
Schrijfdossier = 
1. taalonderzoekjezo P1 
2. beschouwende recensie slavernij P2 
--> mist er een onderdeel? -1 cijferpunt 
3. essay Max Havelaar --> essay wordt becijferd

Trek lessen uit de formatieve beoordelingen! 

Slide 14 - Tekstslide

Afronding
HW voor woensdag: 
  • lezen Max Havelaar tot deel 11
  • Maken opdracht 4, 5, 6, 7 uit reader romantiek/verlichting
  • Inlezen over het nut van Max Havelaar op school d.m.v.  minstens 3 bronnen (die je voor jezelf opslaat)

Slide 15 - Tekstslide