VS §3 Is een smartphone noodzakelijk?

1 / 24
volgende
Slide 1: Video
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Slide 2 - Video

Is een smartphone noodzakelijk? Geef hierbij een toelichting

Slide 3 - Open vraag

timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

Stel je voor: jij bent minister van sociale zaken
Hoe hoog zou de bijstand moeten zijn? En zou er verschil moeten zitten in bijstand per leeftijd?

Slide 5 - Woordweb

Leerdoel
Je kunt uitleggen hoe de verschillende regelingen, die vallen onder sociale zekerheid werken. Je kent de functies van die verschillende regelingen en de wijze waarop zij worden gefinancierd

Slide 6 - Tekstslide

Sociaal minimum
De hoogte is moeilijk te bepalen. Gaat het hier alleen om eten, drinken en wonen of moeten ook ontspanning en
sociale participatie worden meegenomen?

907,85 euro per maand alleenstaand  20  jaar
voor een alleenstaande van 21 jaar en ouder: 1219,09 euro per maand

Slide 7 - Tekstslide

Dilemma sociaal minimum
Enerzijds moet het sociaal minimim laag genoeg zijn om mensen te motiveren om aan het werk te gaan
Anderzijds moet het hoog genoeg zijn om
van te kunnen leven en deel te kunnen nemen aan de samenleving

Slide 8 - Tekstslide

Wet Werk en Bijstand
Dit is een sociale voorziening

Heb je geen baan en geen recht op een andere uitkering dan is er dit vangnet van sociale zekerheid
Gebasseerd op het sociaal minimum (70% min.loon)

Slide 9 - Tekstslide

Twee functies verzekering
Minimumbehoeftefunctie: bijstand
Solidariteitsbeginsel

Loondervingsfunctie: WW (percentage van laatstverdiende loon 70%)
equivalentiebeginsel

Slide 10 - Tekstslide

Twee uitgangspunten
Individuele rechten en plichten: uitkering is niet afhankelijk van huishouden. Dit geldt voor werknemers- en volksverzekeringen

Draagkracht van de leefeenheid: uitkering is wel afhankelijk van huishouden. Dit geldt voor sociale voorzieningen

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Bismarckiaans
Garanderen sociale en economische status
 doormiddel van premies

Slide 13 - Tekstslide

Werknemersverzekeringen
Ontstaan eind 19e eeuw toen groepen arbeiders elke week geld bij elkaar legden. Als er dan eens iemand ziek werd dan werd hij uit deze pot doorbetaald.

Slide 14 - Tekstslide

Werknemersverzekeringen
Voordeel van werknemersverzekering is dat je inkomen niet meteen drastisch minder wordt als je geen werk meer hebt

Dit is ook een voordeel voor de economie als geheel

Slide 15 - Tekstslide

Beveridgiaans
Garanderen van minimuminkomen
doormiddel van belastingen

Slide 16 - Tekstslide

Volksverzekeringen
Na WOII kwam het besef dat alle mensen recht zouden moeten heben op sociale zekerheid

Deze verzekeringen, die meestal beginnen met 'algemene', zijn er voor iedereendie in Nederland woont of werkt.
Aow: algemene ouderdomswet
AnW: algemente nabestaandenwet
Wlz: wet langdurige zorg

Slide 17 - Tekstslide

Sociale verzekeringen
Volks- en werknemersverzekeringen samen

Werknemers en werkgevers betalen hier samen voor doormiddel van premies (inkomstenbelastingen)

Slide 18 - Tekstslide

Sociale voorzieningen
Dit is er voor om ervoor te zorgen dat niemand onder het sociaal minimum zakt
 (Participatiewet, voorheen wet werk en bijstand)
Wordt betaald uit belastingen
Het sociale vangnet
Participatiewet, Wajong, IOAW, IOW, IOAZ, TW

Slide 19 - Tekstslide

Draagkracht van de leefeenheid
Bijstand: hangt dus af van het inkomen van je partner

Slide 20 - Tekstslide

Maken
Zie planner

Challenge 2 uitwerken


Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Meer weten?
Wil je meer weten over de voedselbank en met name over de gezinnen die hiervan afhankelijk zijn? Kijk dan naar de volgende documentaire van de voedselbank in Groningen

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video