Er waren drie belangrijke politieke stromingen:
Er waren drie belangrijke politieke stromingen:
2. Het socialisme. Socialisten vonden dat geld en bezit eerlijker verdeeld moesten worden en dat bestuurders veel meer moesten doen om de armen te helpen. Zo moest er meer gelijkheid komen tussen arm en rijk. Sommige socialisten wilden
desnoods met geweld (revolutie) de macht overnemen.(communisten)
Er waren ook sociaaldemocraten: zij wilden op democratische wijze (middels stemrecht) voor verandering zorgen. Het parlement moest wetten aannemen die arbeiders beter beschermden.