5.4 + 5.5 BO

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Startopdracht

Lees 5.4, beantwoord daarna de vragen:

Leg op tafel:

   - Werkboek 1b

   - Tekstboek 1b

   - Wisbordje + stift

1: Welke 4 botverbindingen hebben wij in het skelet?

2: Welke 4 soorten gewrichten hebben wij in ons skelet?

Wat gaan we vandaag doen

• Startopdracht
  
• Herhaling
• bespreken startopdracht
• Leerdoelen en uitleg basisstof 5.4 en 5.5
  
• Aan de slag!
  
• Samen afsluiten
  

Vorige les

Verandering in samenstelling van bot en kraakbeen

Tijdens groei:  

kraakbeenweefsel wordt beenweefsel

     > bevat kalkzouten (voor stevigheid) en 

         lijmstof (voor buigzaamheid)

Kraakbeen 

Kraakbeenweefsel = stevig en buigzaam

    > o.a. in neus en oorschelp

Zoolganger, teenganger en topganger

Leerdoelen 5.4

Na deze les kun je:

   > vier beenverbindingen onderscheiden en aangeven of er 

      tussen botten beweging mogelijk is 

 

Beenverbindingen

• Vergroeid (vb. heiligbeen en staartbeen)
  
• Naden (vb. schedel)
  
• Kraakbeen
  
• Gewrichten
  

Beenverbindingen

Gewrichten

Twee botten, een met een 

gewrichtskogel en een met een 

gewrichtskom

    > beide bedekt met een laagje

       kraakbeen

Typen gewrichten

                                                 Kogelgewricht

                                                  Rolgewricht

                                              Scharniergewricht

Aan de slag!

Maak opdracht 11 en 14 vanaf pagina 14 in je werkboek

   > gebruik je tekstboek (pagina 15 t/m 18) 

       om de antwoorden te zoeken

Klaar? Lees basisstof 5.5 vanaf pagina 19 in je tekstboek

Aan de slag!

Maak opdracht 11 en 14 vanaf pagina 14 in je werkboek

   > gebruik je tekstboek (pagina 15 t/m 18) 

       om de antwoorden te zoeken

Klaar? Lees basisstof 5.5 vanaf pagina 19 in je tekstboek

praatopdracht met de boeken dicht!

Overleg met je naaste medeleerling welke botverbindingen er zijn en welke gewrichten je tegen kunt komen in je lichaam.

Schrijf op een wisbordje:

• Verbindingen (4X)
• gewrichten (3X)
• En geef van allen een voorbeeld

Pak je wisbordje (of schrift) 

en een stift/pen

Docent stelt vragen

Je schrijft het antwoord in stilte op 

Je houd het bordje pas omhoog als docent dat zegt

Beenweefsel bevat kalkzouten, dit zorgt voor:

1. Stevigheid
2. Buigzaamheid

Bij een verbinding met kraakbeen is er WEL beweging mogelijk

1. Juist
2. Onjuist

Je knie is een voorbeeld van een:

1. Kogelgewricht
2. Scharniergewricht
3. Rolgewricht

Leerdoelen 5.5: spieren

Na deze les kun je:

   > de werking van spieren beschrijven

 

Samen lezen

Ga naar pagina 19 in je tekstboek

Regels:

- docent kies wie voorleest

- de rest is stil en leest mee

- je kunt op ieder moment 

  verder lezen

Spieren

Spierstelsel

     > Alle spieren samen 

Aan je botten van je skelet zitten

spieren vast

   > Functies: rechtop staan & beweging

Een spier zit met pezen aan de

beenderen vast

Spieren

Spieren kunnen samentrekken

   > wordt korter

Botten bewegen naar elkaar toe

Denkvraag: wat gebeurd er als de 

kuitspier samentrekt? ------------------->

Samentrekken spieren

Spieren in bovenarm

Bicep = armbuigspier

Tricep = armstrekspier

Antagonisten zijn spieren met

tegengestelde werking

Soorten spieren

Skeletspieren zitten vast aan je skelet en zorgen voor beweging

Onbewuste spieren

Spieren die bewegen zonder dat je het door hebt

    > in je darmkanaal (maag, slokdarm, darmen)

    > hartspier

Aan de slag!

Maak ondertussen opdracht 18, 19 en 20 

vanaf pagina 18 in je werkboek

Klaar? check nog even de andere vragen in paragraaf 4

Aan de slag!

Maak ondertussen opdracht 18, 19 en 20 

vanaf pagina 18 in je werkboek

Klaar? check nog even de andere vragen in paragraaf 4

Leerdoelen 5.5: spieren

Na deze les kun je:

   > de werking van spieren beschrijven

 

Pak je wisbordje (of schrift) 

en een stift/pen

Docent stelt vragen

Je schrijft het antwoord in stilte op 

Je houd het bordje pas omhoog als docent dat zegt

Beenweefsel bevat kalkzouten, dit zorgt voor:

1. Stevigheid
2. Buigzaamheid

Bij een verbinding met kraakbeen is er WEL beweging mogelijk

1. Juist
2. Onjuist

Je knie is een voorbeeld van een:

1. Kogelgewricht
2. Scharniergewricht
3. Rolgewricht

Huiswerk

L: thema 5, basisstof 4  en 5 

M: 

Maak paragraaf 4: opdracht 11 en 14 

Maak paragraaf 5: opdracht 18, 19 en 20