Les 1.4 Katern 2

1.4 De invloed van inkomen
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

1.4 De invloed van inkomen

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling 1.3
Prijselasticiteit van de vraag

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de juiste formule van prijselasticiteit
A
Ev = Verandering prijs / verandering hoeveelheid
B
Ev = verandering prijs X verandering hoeveelheid
C
Ev = verandering hoeveelheid / verandering prijs
D
Ev = verandering hoeveelheid X verandering prijs

Slide 3 - Quizvraag

Bereken de prijselasticiteit van de vraag.
Bij een prijsverlaging van 15%. Stijgt de vraag van 240 naar 300.

Slide 4 - Open vraag

Bereken de prijselasticiteit van de vraag.
Bij een prijsverlaging van 15%. Stijgt de vraag van 240 naar 300.
Verandering van de hoeveelheid:
(300 - 240) / 240 = 25%
Ev = 25% / -15% = -1,67

Elastisch of inelastisch?

Slide 5 - Tekstslide

Als een product inelastisch is dan reageert de vraag meer dan de prijs.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Als een product inelastisch is dan zal bij een prijsverhoging de omzet stijgen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Omzet verandering
Als het aantal producten dat je verkoopt in procenten minder is dan de prijsverhoging, wat gebeurt er dan met je omzet?
En wat gebeurt er met je omzet als je prijsverhoging meer is dan het de afname van het aantal producten dat je verkoopt?

Slide 8 - Tekstslide

1.4 Wat doet een verandering van je inkomen met het kopen van goederen?


Slide 9 - Tekstslide

Als je inkomen stijgt waar ga je dan meer van kopen?

Slide 10 - Woordweb

Als je inkomen daalt waar ga je dan meer van kopen?

Slide 11 - Woordweb

Goederen
Noodzakelijke goederen: afname van de vraag lager dan de prijsstijging.
Luxe goederen: afname van de vraag groter dan prijsstijging.

Inferieure goederen: ga je minder van kopen naarmate je inkomen stijgt.

Slide 12 - Tekstslide

Inferieure goederen
Ga je minder van kopen naarmate je inkomen stijgt. Of ga je meer van kopen naarmate je inkomen daalt.


Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk
Blz. 39 en 40

Opdracht 37 t/m 41

Slide 14 - Tekstslide