Hoofdstuk 2 les 2 - par 2.2

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Startopdracht les

1. Zet je tas op de grond.
2. De rest van tafel.
3. boek pen rekenmachine schrift
4. Wacht rustig tot dat we starten.

Economie 

Economie 

Wat gaan we doen?

1. Herhaling vorige les - begrippen
2. Uitleg 2.2 hoe betaal je?
   
3. Aan de slag met paragraaf 2
4. Blooket paragraaf 1 en 2
5. Afsluiting
   

LET OP! differentiatie 

Lesdoelen

1. Ik heb de leerdoelen van hoofdstuk 2  paragraaf 2 behaald.
   
2. Ik heb aantekeningen van paragraaf 2 gemaakt.
3. Ik heb met mijn buurman/vrouw samengewerkt.
4. Ik heb mijn begrip kennis dmv blooket getest.

Hoofdstuk 2  Jij en je geld

Studiewijzer

Herhaling leerdoelen paragraaf 2.1 

1. Directe en indirecte ruil

2. Soort geld (chartaal/giraal)

3. Rekenen met procenten

    (Klassikaal of alleen opdr
     9/12)

Wat is het verschil tussen directe ruil en indirecte ruil?

1. Bij directe ruil betaal je gelijk
2. Bij indirecte ruil gebruik je geld als ruilmiddel en bij directe ruil niet
3. Bij indirecte ruil koop je iets en ontvang je het pas later
4. Bij indirecte ruil krijg je je geld pas later

Je hebt chartaal geld en giraal geld. Wat is chartaal geld?

1. Geld in je zak
2. Geld op je rekening
3. geld in het buitenland
4. alle geld in Nederland

Sleep de plaatjes naar de juiste vakkken.

Directe ruil

Indirecte ruil

Huiswerk 

Wat ga je doen	Controle antwoorden + vragen stellen
Hoe ga je dit maken?	Klassikaal nakijken - schrift/pen + boek nodig. Zelfstandig nakijken (hoge scoorders)
Hoge scoorders ->	klaar? bekijk par 2.2.
LET OP!	Het stoplicht.

huiswerk controle 

Aanmelden / Inloggen 

        Lesson up                                                Teams

Hoofdstuk 2  Jij en je geld

Studiewijzer

Ik weet aan het eind van deze les:

1. Spaarmotieven

2. Wat rente is.

3. Geldfuncties.

Rekenen:

4. Rekenen met procenten (verhoudingstabel)

LET OP!! maak aantekeningen ! 

Verdeling in de uitleg

1. Korte instructie en dan aan de slag
   of
2. Meedoen klassikaal en dan aan de slag.

Spaarmotieven

Mensen sparen voor om verschillende redenen. Dat noemen we spaarmotieven.

Er zijn drie soorten spaarmotieven!

• Sparen voor een grote uitgave
  
• Sparen voor een onverwachte 
    uitgave
  
• Sparen voor de rente

Geldfuncties

.

.

Aan de slag

d

Wat ga je doen	Maken van paragraaf 2 blz 42 maken 13 t/m 25 opdrachten overslaan -> 18 t/m 22
Hoe ga je dit maken? > Powerpoint 2.2 in magister voor extra uitleg	Zelfstandig eerste 10 min in stilte. Vragen? kom naar de uitleg tafel. 1 per keer Verlengde instructie voor sommige eerst.
Ben je klaar? (snelle werkers )	Maak de uitdagende opdrachten; - herhalingsopdrachten paragraaf 2.2 blz 60
LET OP!	Stoplicht

rustmoment

Stappenkaart Rekenen

Verhoudingstabel

uitdelen van geprinte variant.

Uitleg vraag 18 t/m 22

Ik roep enkele van jullie naar voren.

Uitleg en maken onder begeleiding van 18 t/m 22

Wie niet is uitgenodigd en wilt mag naderhand ook naar voren komen.

Wat doe je als je niet naar voren moet? Dan aan de slag paragraaf 2

Aan de slag

d

Wat ga je doen	Maken van paragraaf 2 blz 42 maken 18 t/m 22
Hoe ga je dit maken? > Powerpoint 2.2 in magister voor extra uitleg	Zelfstandig eerste 10 min in stilte. Vragen? kom naar de uitleg tafel. 1 per keer Verlengde instructie voor sommige eerst.
Ben je klaar? (snelle werkers )	Maak de uitdagende opdrachten; - herhalingsopdrachten paragraaf 2.2 blz 60
LET OP!	Stoplicht

Afsluiting

Ik weet aan het eind van deze les:

1. Spaarmotieven

2. Wat rente is.

3. Geldfuncties.

Rekenen:

4. Rekenen met procenten (verhoudingstabel)

Blooket

Hoe goed weten wij de begrippen.

SPELEN maar.

Geef aan hoe leuk je de les vond.

😒🙁😐🙂😃

Huiswerk

§2.2xzcxx af en in je schrift.

Neem de spullen die je voor de les nodigt hebt mee?

Eindopdracht les

1. Pak je spullen in.
2. Blijf zitten
3. Wacht rustig tot de bel.
4. Schuif je stoel aan als de bel gaat.