les 3: verschillende spanningsbronnen (2.2)

Verschillende 
spanningsbronnen 
(blz. 66)
Benodigheden
- Boek, schrift, iPad
- Pen, potlood, geo


Tassen in
de tassenkast
Telefoons in de telefoontas
Bluetooth 
- AAN
- VPN uit
 
- Lesdoelen (5 min)
- Inhoud bespreken (15 min)
- Zelfstandig werken 
       (15 min)
- Opgaven nakijken (7 min)

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Verschillende 
spanningsbronnen 
(blz. 66)
Benodigheden
- Boek, schrift, iPad
- Pen, potlood, geo


Tassen in
de tassenkast
Telefoons in de telefoontas
Bluetooth 
- AAN
- VPN uit
 
- Lesdoelen (5 min)
- Inhoud bespreken (15 min)
- Zelfstandig werken 
       (15 min)
- Opgaven nakijken (7 min)

Slide 1 - Tekstslide

                       Lesdoelen:
- Leg uit op wat voor spanning onze 
   elektriciteitsnet werkt.

- Het verschil tussen gelijkspanning 
   en wisselspanning uitleggen.

- Leg uit hoe batterijen, dynamo's 
   en zonecellen werken. 

Slide 2 - Tekstslide

Elektriciteit van stopcontact komt van:
- Elektriciteitscentrale
- Windturbines
- Zonnecellen


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide

Spanning
De eenheid van spanning is Volt

Zaklamp: 4,5 V                                   Spaarlamp 230 V

Slide 6 - Tekstslide

Lamp gemaakt voor 4,5 V brandt zwak op 3V en gaat kapot bij een spanning hoger dan 4,5 V

Hogere spanning is gevaarlijker 
dan lagere spanning, 
hoger dan 100 V is dodelijk

Slide 7 - Tekstslide

Wisselspanning en gelijkspanning
Gelijkspanning: Een batterij heeft een 
+ en - symbool en levert gelijkspanning
Wisselspanning: Stopcontact wisselt 
       + en - razend snel
Apparaat voor wisselspanning werkt niet op gelijkspanning.
Fiets dynamo levert wisselspanning.

Slide 8 - Tekstslide

Batterijen:
  • Aan de + en - pool verschillende chemische reacties.
  • Stoffen worden omgezet in andere stoffen.
  • Zo komt spanning op polen.
  • Bij een aansluiting gaat elektrische 
       stroom vloeien.

Slide 9 - Tekstslide

  • Als batterij leeg is, zijn de stoffen op.
  • Meest gebruikte alkaline batterijen 1,5V
  • Oplaadbaar iets minder dan 1,5 V
  • Accu - meerdere oplaadbare batterijen.
  • Accu bestaat uit oplaadbare batterijen/ cellen.

Slide 10 - Tekstslide

Dynamo
  • As, spoel en magneet & lijkt op elektromotor.
  • As draait, en spoelen bewegen langs magneten en leveren elektrische spanning.
  • Meestal wisselspanning 
  • Fiets dynamo licht brandt feller als je 
  • sneller rijdt - draait sneller, hogere spanning.
  • Elektriciteitcentrale heeft een 
       hele grote dynamo (generator)

Slide 11 - Tekstslide

Zonnecellen:
  • Gelijkspanning, duur, je kan ze tientalle jaren gebruiken.
  • Je hebt een omvormer nodig om wisselspanning te krijgen.

Slide 12 - Tekstslide

Alle batterijen leveren een spanning van 1,5 V
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Een batterij is een chemische spanningsbron.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Batterijen leveren altijd gelijkspanning.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Oplaadbare batterijen leveren een evengrote spanning als
niet-oplaadbare batterijen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

In een windmolen zit een grote dynamo.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

In een dynamo zitten spoelen en magneten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Gelijkspanning is ongevaarlijk.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Maak opgaven 19 t/m 27 (blz. 70)
ALS JE KLAAR BENT:  lees blz 71 -72 maak samenvatting
timer
15:00
REGELS:
  • Schrijven in je schrift


  • Hulp: je boek
  • Geen overleg

  • Over 15 minuten bespreken we de opgaven

Slide 20 - Tekstslide

Samenvatting
- Elektricitiet wordt geleverd door 
    een spanningsbron (in volt).
- Elektrische apparaten moeten op 
    de juiste spanning worden aangesloten.
- Bij gelijkspanning gaat stroom altijd in dezelfde richting en bij wisselspanning verandert de stroomrichting voortdurend.
- Batterij levert gelijkspanning en een dynamo levert wisselspanning.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide