Herhaling Wateroverlast

Wateroverlast: Rivieren, kust, maatregelen en beleid tegen wateroverlast
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wateroverlast: Rivieren, kust, maatregelen en beleid tegen wateroverlast

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stroomgebied
Het stroomstelsel bestaat uit drie delen:
bovenloop - middenloop - benedenloop

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk antwoord gaat alleen over de benedenloop?
A
groot verhang - sedimentatie - riviervlakte
B
klein verhang - erosie - rivierdal
C
klein verhang - sedimentatie - riviervlakte
D
groot verhang - erosie - rivierdal

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Regiem en debiet
Regiem = afvoer gedurende het jaar, zichtbaar op afbeelding hiernaast.

Debiet =  afvoer op 1 plaats op 1 moment.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De vertragingstijd is de laatste 150 jaar sterk afgenomen. Leg dit uit met een oorzaak - gevolg relatie.

Slide 5 - Open vraag

Wat is er toegenomen in de laatste 150 jaar? Denk aan geofactor de Mens.
Klimaatverandering
Klimaatverandering heeft invloed op het regiem en het debiet van Maas en Waal. 
Opwarming zorgt voor meer verdamping en meer neerslag, vaak in de vorm van heftige buien = hoger debiet - piekafvoer
Tegelijkertijd komen er vaker langere droge perioden voor = onregelmatiger regiem

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het debiet van de Maas is in de winter .... dan in de zomer omdat....
A
hoger, minder verdamping en minder vegetatie
B
hoger, meer verdamping en meer neerslag
C
lager, minder verdamping en minder vegetatie
D
lager, meer verdamping en meer neerslag

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Steden krijgen steeds vaker te maken met wateroverlast. Leg uit hoe dan komt en noem een maatregel om de overlast te beperken.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

In de video gaat het met name over laagwater in de Maas. Wat doen stuwen tijdens laagwater?
A
Open zetten zodat het water wordt vastgehouden.
B
Open zetten zodat het water wordt afgevoerd.
C
Dicht zetten zodat het water wordt vastgehouden
D
Dicht zetten zodat het water wordt afgevoerd.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De stuwen in de Rijn zijn aangelegd om
A
regelen watertoevoer naar de IJssel + scheepvaart mogelijk houden
B
stuwmeren voor irrigatie aan te leggen
C
het land te beschermen tegen overstromingen
D
de doorvoer van water te bevorderen

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat past het beste bij de nevengeul?
A
Bergen, er past meer water in de rivier.
B
Afvoeren, water stroomt sneller naar zee.

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke windrichting van een storm is de afvoer van water in de IJssel het lastigst?
A
Zuidoosten wind
B
Zuidwesten wind
C
Noordoosten wind
D
Noordwesten wind

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stap?
1. Uiterwaard verlaging
2. Krib verlaging
A
1. Vasthouden 2. Afvoeren
B
1. Afvoeren 2. Bergen
C
1. Bergen 2. Afvoeren
D
1. Bergen 2. Vasthouden

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stap?
1. Groene daken
2. Waterpleinen
A
1. Bergen 2. Afvoeren
B
1. Vasthouden 2. Bergen
C
1. Afvoeren 2. Bergen
D
1. Vasthouden 2. Afvoeren

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Harde- en zachte kusten

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proces waarbij de erosiebestendige harde kust verder in zee komt te liggen dan de omliggende zachte kust die verder geërodeerd is.
Kust met trechtervormige riviermondingen met een duidelijk getijdeverschil.
Door de wind opgeblazen zandheuvel.
Kunstmatige kustverdediging met zeedijken.
Barrière die het water van rivieren of zee tegenhoudt.
Door de mens aangelegde waterkering langs de kust.
Kustgebied dat wordt gekenmerkt door zandplaten die bij eb droogvallen.
wad
zeedijk
waterkering
harde kust
duin
estuaria
bolwerkvorming

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Natuurlijke kustprocessen





dynamische kust:
Zandverplaatsingen en stromingen maken de kust tot een systeem dat steeds beweegt en verandert: een dynamisch systeem.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De dynamische kustprocessen in volgorde
  • Hoe ontstaan de duinen?
  1. De zeestroom verdeelt zand langs de kust (van zw --> no)
  2. .....................
  3. .....................
  4. ...................... 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De dynamische kustprocessen in volgorde
  • Hoe ontstaan de duinen?
  1. De zeestroom verdeelt zand langs de kust (van zw --> no)
  2. Het getij laat bij vloed meer zand achter dan er bij eb wordt meegenomen
  3. .....................
  4. ...................... 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De dynamische kustprocessen in volgorde
  • Hoe ontstaan de duinen?
  1. De zeestroom verdeelt zand langs de kust (van zw --> no)
  2. Het getij laat bij vloed meer zand achter dan er bij eb wordt meegenomen
  3. De wind blaast dit landinwaarts en vormt heuvels
  4. ...................... 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De dynamische kustprocessen in volgorde
  • Hoe ontstaan de duinen?
  1. De zeestroom verdeelt zand langs de kust (van zw --> no)
  2. Het getij laat bij vloed meer zand achter dan er bij eb wordt meegenomen
  3. De wind blaast dit landinwaarts en vormt heuvels
  4. Plantengroei (helmgras) legt het zand 'vast' 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zandmotor, blik richting zuiden

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De zandmoter zorgt voor versterking van de duinen, waar en hoe (volgorde)
A
ten noorden, erosie, stroming, wind
B
ten zuiden, wind, erosie, stroming
C
ten noorden wind stroming, erosie
D
ten zuiden erosie, stroming, wind

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies