Pruiken en Revoluties 7b

Pruiken en Revoluties 7b
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Pruiken en Revoluties 7b

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud les
Huiswerk
Opdracht 3, 4, 5, 6, 7 en 8
Herhaling
Uitleg
Opdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
3 a: Hij kan in een oorlog mensen gevangen hebben genomen en van hen slaven hebben gemaakt.

3 b: In Dahomey werden bij een jaarlijks festival mensen aan de goden geofferd. Daar kwamen veel toeschouwers op af, dus de inwoners van Dahomey vonden dit belangrijk.

4 a: Minstens twaalf miljoen Afrikanen.
4 b: Bijvoorbeeld: Omdat deze landen tegen de oceaan aan lagen. Slaven werden vaak in schepen over zee vervoerd.  
5a: 
C2, C3 en D2, D3
B1 en B2
F1, F2 en G1, G2
D1 en E1
D2 en E2
E2
5 b: Eigen antwoord, bijvoorbeeld: In de vakken F3 en G3 zie ik ook nog Arabieren staan. Zijn dat ook slavenhandelaren?  












Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk
6 a: Er was al een uitgebreid slavenhandelsnetwerk in Afrika, opgezet door Arabische slavenhandelaren. Daarnaast hadden de Portugezen vuurwapens en ruilden Afrikaanse kooplieden graag slaven voor geweren.

6 b: De eerste slaven die de Portugezen kochten werden aan het werk gezet op plantages op eilanden voor de Afrikaanse kust, die de Portugezen hadden veroverd. Later brachten de Portugezen ook slaven naar plantages in hun kolonie Brazilië. Op de plantages werd suikerriet verbouwd. De Portugezen lieten de slaven het suikerriet oogsten, omdat ze dachten dat het heel zwaar werk was.
 7: Juist, Onjuist, Onjuist, Onjuist, Juist, Onjuist, Juist  
8 a: Azteken offerden slaven aan de goden en rukten hun hart eruit. Ze vonden het leven van een slaaf dus niets waard.
Slaven waren toch ook waardevol voor de Azteken, want de Azteken dachten dat als ze geen slaven offerden, de zon niet meer zou opkomen. Ze hadden slaven dus nodig.
8 b: De Azteken konden krijgsgevangenen tot slaaf maken.
8 c: Noord-Amerika.
8 d: Afrika, Azië en Zuid-Amerika.  













Slide 4 - Tekstslide

Pruiken en revoluties

Slide 5 - Woordweb

Slavenhandel

Slide 6 - Woordweb

De reis
De zeereis verliep in een driehoek. Eerst van Europa naar Afrika. Daarna volgde de middentocht. Honderden mensen werden tegelijk vervoerd. De laatste reis was van Amerika naar Europa met plantageproducten. 

De reis in de driehoek was heel gunstig door de winden. Toch duurde zo'n tocht ruim een jaar. De middentocht duurde gemiddeld 2 maanden.

Slide 7 - Tekstslide

De middentocht
De middentocht was afschuwelijk. Afrikanen werden eerst in hun dorp overvallen door slavenrovers. Er werden vooral mannen geroofd, omdat die meer opleverden. Gezinnen werden uit elkaar gerukt. Geboeid werden de slaven naar de forten aan de kust gebracht. Daar werden ze gekeurd, verkocht en ingescheept. 

Op het schil zat je dicht opeengepakt in het ruim. Elke tocht vielen al slachtoffers: minstens 1 op 10 overleefde de tocht niet. Mensen stierven door slechte omstandigheden, zoals ziektes. Vele slaven stierven ook door opstanden, die hardhandig werden neergeslagen. 

Slide 8 - Tekstslide

De markt
In Amerika werden de slaven op een markt verkocht aan plantage-eigenaren. De meesten gingen aan het werk op het land. Anderen kregen een huishoudelijke taak of werk als ambachtsman. Vond een eigenaar dat er niet hard genoeg gewerkt werd, dan werd er wreed gestraft. 
Slaven verzetten zich door langzaam te werken, gereedschap te vernielen of door weg te lopen. Sommigen slaagden erin om uit handen te blijven van de plantage-eigenaren. Sommigen leefden eeuwenlang in de bossen, waar ze de Afrikaanse tradities levend hielden. 

Slide 9 - Tekstslide

Plantage
Marron-groep

Slide 10 - Tekstslide

Opstanden
Grote slavenopstanden kwamen redelijk vaak voor.
De meest succesvolle was de opstand in de Franse kolonie Saint-Domingue in 1791. 
In de kolonie woonden 15x zoveel slaven als vrijen. De Fransen werden allemaal weggejaagd. De kolonie werd de eerste vrije republiek onder leiding van vroegere slaven: Haïti.

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk
Handboek blz. 71 t/m 72

Werkboek blz. 85 t/m 87
Opdracht 9, 10, 11, 12 en 13



Einde les: Post-it

Slide 12 - Tekstslide