Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Herhaling van A tot Zin - les 2.10 t/m 2.13
Herhaling van A tot Zin:
les 2.10 t/m 2.13
1 / 25
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
In deze les zitten
25 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Herhaling van A tot Zin:
les 2.10 t/m 2.13
Slide 1 - Tekstslide
Les 2.10 - Mijn boek, ons boek
Wat schrijf je als iets van jou is?
mijn - van mij
jouw/je - van jou
zijn - van hem
haar - van haar
uw - van u
ons - van ons
jullie - van jullie
hun - van hen
Slide 2 - Tekstslide
Les 2.10 - Mijn boek, ons boek
Wat schrijf je als iets van jou is?
mijn - van mij
jouw/je - van jou
zijn - van hem
haar - van haar
uw - van u
ons - van ons
jullie - van jullie
hun - van hen
Wanneer schrijf je
ons
of
onze
?
Slide 3 - Tekstslide
Les 2.10 - Mijn boek, ons boek
Wat schrijf je als iets van jou is?
mijn - van mij
jouw/je - van jou
zijn - van hem
haar - van haar
uw - van u
ons - van ons
jullie - van jullie
hun - van hen
Wanneer schrijf je
ons
of
onze
?
het-woord - ons (ons huis)
de-woord - onze (onze tafel)
Slide 4 - Tekstslide
Shalaan praat graag over ______ hobby's.
Slide 5 - Open vraag
Heb jij vandaag ____ huiswerk al gemaakt?
Slide 6 - Open vraag
U kunt nu vertrekken in ____ nieuwe auto.
Slide 7 - Open vraag
Zijn jullie al verhuisd? Wanneer mag ik ______ nieuwe huis zien?
Slide 8 - Open vraag
2.11 - Deze vrachtwagen, dat huis
Dichtbij (hier)
Ver weg (daar)
de-woord
deze
die
het-woord
dit
dat
meervoud
deze
die
Slide 9 - Tekstslide
Hoe wijs je iets aan?
dichtbij
ver weg
enkelvoud
Dit is mijn vrouw.
Dit is mijn huis
Dat is mijn vrouw.
Dat is mijn huis
meervoud
Dit zijn mijn kinderen
Dat zijn mijn kinderen.
Slide 10 - Tekstslide
Ik wil jullie voorstellen aan mijn vriend. __________ Samir.
Slide 11 - Open vraag
Kent u Karlijn en Laila? ___________ de dames die bij de balie werken.
Slide 12 - Open vraag
Boven zijn nog twee kamers. __________ slaapkamers.
Slide 13 - Open vraag
Zie je daar het huis met het blauwe dak? __________ mijn huis.
Slide 14 - Open vraag
2.12 - Sterk - sterke
Bijvoeglijke naamwoorden: woorden die een mens, dier of ding beschrijven.
Slide 15 - Tekstslide
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
De groene auto is van mij.
A
De
B
groene
C
auto
D
mij
Slide 16 - Quizvraag
Schrijf het bijvoeglijk naamwoord:
Ons huiswerk is extra moeilijk.
Slide 17 - Open vraag
Schrijf het bijvoeglijk naamwoord:
Juf marijke is een lieve docent.
Slide 18 - Open vraag
Het _______ paard. (snel)
Slide 19 - Open vraag
De _______ buurt. (rustig)
Slide 20 - Open vraag
De __________ ring. (goud)
Slide 21 - Open vraag
De ______ pen. (plastic)
Slide 22 - Open vraag
2.13 mooi - mooier - mooist
De bruine ui is klein.
De witte ui is kleiner.
De rode ui is het kleinst.
Slide 23 - Tekstslide
2.13 mooi - mooier - mooist
De bruine ui is klein.
De witte ui is kleiner.
De rode ui is het kleinst.
basiswoord
+-er
het +st
klein
klein
er
het
klein
st
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
A1 - A2 Bijvoeglijke naamwoorden
February 2023
- Les met
19 slides
NT2
MBO
Studiejaar 1
Oefentoets taalverzorging mh1
February 2023
- Les met
35 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
bijvoeglijke naamwoorden
January 2022
- Les met
12 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Bezittelijke voornaamwoorden- P1B
12 days ago
- Les met
25 slides
NT2
ISK
zesde leerjaar herhaling woordleer
October 2024
- Les met
11 slides
Taal
Kleuteronderwijs
Lager onderwijs
Bezittelijke voornaamwoorden begrijpen en toepassen
March 2023
- Les met
21 slides
Bezittelijk voornaamwoord - 2de klassen
February 2021
- Les met
32 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Taaltrap les 9.8 - Bezittelijke voornaamwoorden
October 2023
- Les met
29 slides
NT2
Middelbare school
vmbo b, mavo
Leerjaar 1