Persoonlijke voornaamwoorden + Bezittelijke voornaamwoorden

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

WELCOME!

Welcome!

What did we do / talk about last lesson?

What are we going to do today?

• Herhaling: Persoonlijke voornaamwoorden
• Herhaling: Bezittelijke voornaamwoorden

Today's goal

Today's goal is to know how and when to use the personal and possessive pronouns

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
my friends and I

1. I
2. they
3. we
4. you

Grammar

Een persoonlijk voornaamwoord gebruiken je in plaats van een zelfstandig naamwoord (een persoon, een dier, of een ding)...

Het meisje loopt - she walks

De jongen loopt   - he walks

De kat loopt -         it walks

Grammar

Een persoonlijk voornaamwoord kun je ook gebruiken op deze manier:

• Abby vindt mij leuk - Abby like me.
• Abby vindt haar leuk  - Abby likes her.
• Abby vindt jullie leuk - Abby likes you.

Welke persoonlijke voornaamwoorden ken je nu al in het Engels?

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
Susan

1. he
2. we
3. you
4. she

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
dog

1. he
2. it
3. you
4. I

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
my teachers

1. you
2. we
3. I
4. they

Bezittelijke voornaamwoorden geven aan..

1. voor wie iets is
2. over wie iets gaat
3. van wie iets is

Grammar

Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan wie iets bezit, van wie iets is.

• Dat is mijn eten. - That's my food.
• Dat is haar eten. - That's her food.
• Dat is hun eten. - That's their food.    

Grammar

Je kun een bezittelijk voornaamwoord ook op deze manier gebruiken.

• Het eten is van mij. - The food is mine.
• Het eten is van haar. - The food is hers.
• Het eten is van hun . - The food is theirs.    

Welke bezittelijke voornaamwoorden ken je nu al in het Engels?

Chad and Mike have a sister.
It's ... sister

1. his
2. her
3. our
4. their

Fred and I have a bike.
It's ... bike

1. my
2. our
3. their
4. his

You have a house. It's ... house

1. my
2. your
3. his
4. its

Schuif de voorbeelden naar de juiste kolom

Persoonlijk

Bezittelijk

he

my

our

their

we

theyt

Ours

him