Slapen

Slapen




Gezondheid en Ziekte
Thema: Vitaliteit
Leerjaar 2
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Maatschappelijke zorgMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slapen




Gezondheid en Ziekte
Thema: Vitaliteit
Leerjaar 2

Slide 1 - Tekstslide

Planning van de les
  • Leerdoelen
  • Quiz 
  • Theorie over slapen en met elkaar in gesprek over slaapproblemen bij clienten
  • Afsluiting van de les 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je benoemt de functies van slapen 
  • Je herkent de verschillende slaapfasen
  • Je benoemt oorzaken en gevolgen van slecht slapen
  • Je legt uit hoe je een client met slaapproblemen kan ondersteunen

Slide 3 - Tekstslide

Ieder mens heeft een eigen slaap-waakritme?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel uur per nacht slaap jij gemiddeld?
Minder dan 5 uur per nacht
5-6 uur
7-8 uur
Meer dan 8 uur

Slide 5 - Poll

Slide 6 - Tekstslide

Mensen slapen gemiddeld een derde van hun leven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Waarom kom je slechter in slaap met je smartphone op je nachtkastje?
A
Door het licht
B
Door de straling
C
Door het geluid
D
Omdat je nieuwsgierig bent naar je berichten

Slide 8 - Quizvraag

In de meeste gevallen gaan nachtmerries over...
A
School en examens
B
Achtervolgt worden
C
Vallen
D
Controle verliezen

Slide 9 - Quizvraag

1 op de 10 kinderen slaapwandelt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Een ander woord voor chronische slapeloosheid:
A
Slaapapneu
B
Insomnia
C
Narcolepsie
D
Vermoeidheidsyndroom

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel procent van de Nederlanders is ontevreden over eigen slaapkwaliteit?
A
15%
B
38%
C
63%
D
78%

Slide 12 - Quizvraag

Slaapmiddelen zijn verslavend:

A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Heb jij een slaapritueel?

Slide 14 - Open vraag

Cortisol- en Melatonine niveau 
  • Om goed in slaap te komen is het belangrijk dat het level van het stress hormoon cortisol laag is
  • Als cortisol laag is weet het lichaam dat het “veilig” is om te gaan slapen en wordt melatonine goed aangemaakt
  • Melatonine zorgt er dus voor dat je goed in slaap kan vallen
  • Maar als cortisol te hoog blijft wordt er dus onvoldoende melatonine aangemaakt waardoor je dus niet in slaap kan vallen




Slide 15 - Tekstslide

Op welke manier lig jij het fijnst in je eigen bed. Welke eisen stel je aan je bed en omgeving?
(bv. temperatuur, soort deken)

Slide 16 - Open vraag

Noemt tenminste 2 functies
van slapen

Slide 17 - Woordweb

Functies van slapen
  1.  Belangrijk voor herstel en opbouw van je lichaam
  2. Je hersenen spoelen als het ware schoon
  3. Je verwerkt de emoties van de dag
  4. Je onthoudt beter wat je de dag ervoor hebt geleerd

Slide 18 - Tekstslide

Hoeveel slaapfasen zijn er?
A
4
B
5
C
3
D
6

Slide 19 - Quizvraag

Slaapfasen
NON-REM SLAAP:
1. De sluimerfase: moeite om je ogen op te houden, hersenactiviteit neemt af
2. De lichte slaap: slaap begint, maar nog heel licht
3. De diepere slaap (lichamelijk herstel, ademhaling en hartritme laagste niveau)
REM-SLAAP:
4. De droomslaap (geestelijk herstel, snelle oogbewegingen)

Elke fase duurt 90-120 min, 3-5 x per nacht slaapcyclus.



Slide 20 - Tekstslide

Slaapfasen

Slide 21 - Tekstslide

Slaapcyclus

Slide 22 - Tekstslide

Gevolgen van slecht slapen
Slecht slapen verhoogt risico op:
  • Obesitas
  • Kanker
  • Dementie
  • Depressie
  • Vaataandoeningen en beroerte
  • Bij jongeren: slechter cognitief functioneren en gedragsproblemen

Slide 23 - Tekstslide

Slapeloosheid (insomnia) komt vaak voor.
Bedenk een oorzaak waardoor een client niet goed kan slapen

Slide 24 - Open vraag

Oorzaken slecht slapen
  • Zorgen en piekeren / stress
  • Lichamelijke ongemakken (bijv. pijn of door krampachtige houding)
  • Eet- en drinkpatroon van de client
  • Omgevingsfactoren zoals lawaai of temperatuur 

Slide 25 - Tekstslide


Welke zaken kun je met een client onderzoeken wanneer er sprake is van slapeloosheid?

Slide 26 - Open vraag

In gesprek met je client
Wat zijn de wensen en gewoonten van de client, als je kijkt naar slaaptijden, beddengoed, slaaprituelen?
Is de client gewoonlijk na het ontwaken goed uitgerust en klaar voor de dag?
Heeft client problemen met inslapen?
Maakt client gebruik van hulpmiddelen?
Heeft client last van dromen?
Heeft client last van angst in donkere ruimtes?
Is client (te) vroeg wakker?
Hanteert de client regelmatige perioden voor rust en ontspanning?
Gebruikt de client slaapmedicatie?
Wat is het dag-en-nachtritme van de client?

Slide 27 - Tekstslide

Wat kun jij als MZ'er doen als
je client al de gehele dag op bed ligt?

Slide 28 - Woordweb

Afsluiting van de les:
Was de lesstof duidelijk en de les interactief?
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Poll

Zelf aan de slag
Werken aan de eindopdracht in je groepje

Slide 30 - Tekstslide