H16 Afweer examentraining

H16 Afweer examentraining
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H16 Afweer examentraining

Slide 1 - Tekstslide

De ziekte van Pfeiffer (1)
De ziekte van Pfeiffer wordt veroorzaakt door het Epstein-Barr-virus (EBV). Meer dan 90 procent van de bevolking is zonder het te merken drager van dit virus dat door speekselcontact (bijvoorbeeld zoenen) wordt overgedragen. Van een eerste besmetting word je na ongeveer 4 tot 7 weken ziek en daarna blijf je levenslang drager. Bij jonge kinderen verloopt de ziekte vaak ongemerkt, maar bij jongvolwassenen, zoals Nicky, is het verloop heftiger. De eerste symptomen van de ziekte van Pfeiffer zijn vermoeidheid, keelpijn en koorts en na een week komen daar keelontsteking en gezwollen lymfeklieren bij. De vermoeidheid kan maanden duren.

De huisarts zal bij het eerste onderzoek voelen of bij Nicky de lymfeklieren in de hals, en eventueel ook die in de oksels en liezen, gezwollen zijn. Het volume van de lymfeklieren kan voelbaar toenemen als gevolg van de activatie van de verworven afweer.

Slide 2 - Tekstslide

Opgave 1
Waardoor zwellen bij de ziekte van Pfeiffer vooral de lymfeknopen van de hals op?

Slide 3 - Open vraag

De ziekte van Pfeiffer (2)
Het EBV bezit een aantal specifieke antigenen (EA, VCA en EBNA) waartegen antistoffen worden gemaakt die in het bloed aangetoond kunnen worden. Op internet vindt Nicky een diagram (afbeelding) dat het verloop toont van de concentratie van verschillende antistoffen in combinatie met de ernst van de symptomen na een eerste besmetting en na reactivatie, een periode waarin opnieuw virusdeeltjes worden geproduceerd. De drager merkt zelf doorgaans niets van deze reactivatie.
De dag na haar forumbericht laat Nicky bloed afnemen voor onderzoek.

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 2
Welke uitslag van de antistoffentest past bij Nicky als na het bloedprikken inderdaad blijkt dat ze de ziekte van Pfeiffer heeft?
A
VCA-IgM - VCA-IgG + EBNA-IgG -
B
VCA-IgM - VCA-IgG + EBNA-IgG +
C
VCA-IgM + VCA-IgG + EBNA-IgG -
D
VCA-IgM + VCA-IgG - EBNA-IgG -

Slide 5 - Quizvraag

De ziekte van Pfeiffer (3)
De sterke reactie van het immuunsysteem na een eerste besmetting is de oorzaak van de vermoeidheid bij de ziekte van Pfeiffer. Als je door bijvoorbeeld een zoen voor het eerst besmet wordt met EBV raken eerst de epitheelcellen van de mond- en keelholte geïnfecteerd (zie afbeelding).

Slide 6 - Tekstslide

Opgave 3
B-cellen hebben een receptor op het celoppervlak waarvan het EBV gebruikmaakt. Deze receptor, in combinatie met een MHC-II-molecuul als co-receptor, maakt fusie met het celmembraan van de gastheercel mogelijk. MHC-II-moleculen zijn niet bedoeld om virussen de cellen in te laten.
- Wat is wel de functie van MHC-II op celniveau?
- En op organismeniveau?

Slide 7 - Open vraag

Opgave 4
Op het internetforum stelt Nicky twee vragen. Formuleer een juist antwoord op deze twee vragen, gebaseerd op de informatie in de drie informatiekaders.

Slide 8 - Open vraag

Teken en de ziekte van Lyme (5)
De ziekte van Lyme wordt veroorzaakt door een bacterie die meestal op de mens wordt overgedragen door een besmette schapenteek. Onderzoek laat zien dat het aantal tekenbeten en het aantal besmette teken de laatste jaren toenemen.
Teken hebben een stekende zuigsnuit om de huid van hun gastheer te doorboren, waarna ze bloed kunnen opzuigen. In het bloed kunnen de volgende processen plaatsvinden:
  1. activatie van T-lymfocyten
  2. antistofproductie
  3. migratie van macrofagen

Slide 9 - Tekstslide

Opgave 5

(1. activatie van T-lymfocyten, 2. antistofproductie, 3. migratie van macrofagen)
Worden deze processen in gang gezet onmiddellijk na het doorboren van de huid van de gastheer? Schrijf de nummers 1, 2 en 3 onder elkaar en noteer erachter of het betreffende proces wel of niet onmiddellijk in gang gezet wordt.

Slide 10 - Open vraag

Opgave 6
Om een immuunreactie van de gastheer tegen te gaan, spuit een teek altijd eerst wat speeksel bij de gastheer naar binnen. Een van de speekseleiwitten remt afweercellen die een sleutelrol spelen bij het opwekken van een immuunrespons bij de gastheer.
Welke afweercellen spelen deze sleutelrol?
A
B-lymfocyten
B
cytotoxische T-cellen
C
APC's
D
plasmacellen

Slide 11 - Quizvraag